Chords for Christoff - De Muziekdoos - We Nemen Elkaar Zoals We Zijn (1996)
Tempo:
108 bpm
Chords used:
E
B
A
C#m
F#m
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[E] [F#m]
[E] Toen ik jou pas leerde kennen, scheen de zon de [C#m] ganse dag.
Vrijvlucht moest ik er [A] aan wennen, dat ik jou heel [B] anders zag.
Maar nu wil ik [A] herverkennen, dat dit anders is [E] vanaf.
Omdat ik jou [B] overwende, met alleen een [E] gruwe lach.
Genieuwe [B] lach, voel als [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de
[E] vleugelrijderij.
Want ik ben [A] begonnen, en ook niet [E] begonnen.
Verreden [B] met ieders, klein [E] beheid.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de
[E] vleugelrijderij.
Alleen naar [A] de doden, we kunnen [E] niet konden.
Dat heel lief [B] straaltje,
[E] zonschijn.
Nu de tijd begint te wegen, zie ik jou [C#m] zoals je bent.
Ik ben niet langer meer [A] verlegen, omdat jij me [B] beter kent.
[G#m] [B] Jouw gebreken [A] zijn een zegen, waar je [E] evenzeer aan bent.
Van perfectie kon [B] je tekenen, als je in de [E] hemel bent.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We [B] doen wat wateren, de [E] vleugelrijderij.
Want ik ben [A] begonnen, en ook niet [E] begonnen.
[B] Verreden met ieders, klein [E] beheid.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de [E] vleugelrijderij.
Alleen naar [A] de doden, we kunnen [E] niet konden.
Dat heel lief [B] straaltje,
[E] zonschijn.
[E] Toen ik jou pas leerde kennen, scheen de zon de [C#m] ganse dag.
Vrijvlucht moest ik er [A] aan wennen, dat ik jou heel [B] anders zag.
Maar nu wil ik [A] herverkennen, dat dit anders is [E] vanaf.
Omdat ik jou [B] overwende, met alleen een [E] gruwe lach.
Genieuwe [B] lach, voel als [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de
[E] vleugelrijderij.
Want ik ben [A] begonnen, en ook niet [E] begonnen.
Verreden [B] met ieders, klein [E] beheid.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de
[E] vleugelrijderij.
Alleen naar [A] de doden, we kunnen [E] niet konden.
Dat heel lief [B] straaltje,
[E] zonschijn.
Nu de tijd begint te wegen, zie ik jou [C#m] zoals je bent.
Ik ben niet langer meer [A] verlegen, omdat jij me [B] beter kent.
[G#m] [B] Jouw gebreken [A] zijn een zegen, waar je [E] evenzeer aan bent.
Van perfectie kon [B] je tekenen, als je in de [E] hemel bent.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We [B] doen wat wateren, de [E] vleugelrijderij.
Want ik ben [A] begonnen, en ook niet [E] begonnen.
[B] Verreden met ieders, klein [E] beheid.
We nemen [B] aan gaat, zoals [E] we zijn.
We doen [B] wat wateren, de [E] vleugelrijderij.
Alleen naar [A] de doden, we kunnen [E] niet konden.
Dat heel lief [B] straaltje,
[E] zonschijn.
Key:
E
B
A
C#m
F#m
E
B
A
_ [E] _ _ _ _ [F#m] _ _ _
_ [E] _ _ _ _ Toen ik jou pas leerde kennen, _ _ scheen de zon de [C#m] ganse dag.
_ _ Vrijvlucht moest ik er [A] aan wennen, _ dat ik jou heel [B] anders zag.
_ _ Maar nu wil ik [A] herverkennen, _ _ dat dit anders is [E] _ vanaf.
_ _ Omdat ik jou [B] overwende, _ _ met alleen een [E] gruwe _ _ lach. _
Genieuwe [B] lach, _ _ _ _ _ voel als [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ wateren, de _ _
_ [E] _ vleugelrijderij.
_ _ Want ik ben [A] _ begonnen, _ _ en ook niet [E] _ _ begonnen. _ _
Verreden [B] met _ _ ieders, _ klein [E] _ beheid.
_ _ We nemen [B] aan gaat, _ _ _ zoals [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ _ wateren, de _ _
_ [E] _ vleugelrijderij. _ _ _
Alleen naar [A] de doden, _ _ we kunnen [E] niet konden.
_ _ Dat heel lief _ [B] _ _ straaltje, _ _
_ [E] _ zonschijn.
_ Nu de tijd begint te wegen, _ _ zie ik jou [C#m] zoals je bent.
_ Ik ben niet langer meer [A] verlegen, _ _ omdat jij me [B] beter kent.
_ _ _ [G#m] [B] Jouw gebreken [A] zijn een zegen, _ waar je [E] evenzeer aan bent.
_ Van perfectie kon [B] je _ _ tekenen, als je in de [E] hemel _ bent.
_ We nemen [B] aan _ gaat, _ _ zoals [E] we zijn.
_ _ We [B] doen wat _ _ _ _ wateren, de [E] _ vleugelrijderij.
_ _ Want ik ben [A] _ begonnen, _ _ en ook niet [E] _ _ begonnen. _ _
[B] Verreden met _ _ ieders, _ klein [E] _ _ beheid.
_ We nemen [B] aan _ _ _ gaat, zoals [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ _ _ _ wateren, de [E] _ _ vleugelrijderij.
_ Alleen naar [A] de doden, _ _ we kunnen [E] niet konden.
_ _ Dat heel lief [B] _ _ _ straaltje, _ _
_ [E] _ zonschijn. _ _ _ _
_ [E] _ _ _ _ Toen ik jou pas leerde kennen, _ _ scheen de zon de [C#m] ganse dag.
_ _ Vrijvlucht moest ik er [A] aan wennen, _ dat ik jou heel [B] anders zag.
_ _ Maar nu wil ik [A] herverkennen, _ _ dat dit anders is [E] _ vanaf.
_ _ Omdat ik jou [B] overwende, _ _ met alleen een [E] gruwe _ _ lach. _
Genieuwe [B] lach, _ _ _ _ _ voel als [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ wateren, de _ _
_ [E] _ vleugelrijderij.
_ _ Want ik ben [A] _ begonnen, _ _ en ook niet [E] _ _ begonnen. _ _
Verreden [B] met _ _ ieders, _ klein [E] _ beheid.
_ _ We nemen [B] aan gaat, _ _ _ zoals [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ _ wateren, de _ _
_ [E] _ vleugelrijderij. _ _ _
Alleen naar [A] de doden, _ _ we kunnen [E] niet konden.
_ _ Dat heel lief _ [B] _ _ straaltje, _ _
_ [E] _ zonschijn.
_ Nu de tijd begint te wegen, _ _ zie ik jou [C#m] zoals je bent.
_ Ik ben niet langer meer [A] verlegen, _ _ omdat jij me [B] beter kent.
_ _ _ [G#m] [B] Jouw gebreken [A] zijn een zegen, _ waar je [E] evenzeer aan bent.
_ Van perfectie kon [B] je _ _ tekenen, als je in de [E] hemel _ bent.
_ We nemen [B] aan _ gaat, _ _ zoals [E] we zijn.
_ _ We [B] doen wat _ _ _ _ wateren, de [E] _ vleugelrijderij.
_ _ Want ik ben [A] _ begonnen, _ _ en ook niet [E] _ _ begonnen. _ _
[B] Verreden met _ _ ieders, _ klein [E] _ _ beheid.
_ We nemen [B] aan _ _ _ gaat, zoals [E] we zijn.
_ _ We doen [B] wat _ _ _ _ wateren, de [E] _ _ vleugelrijderij.
_ Alleen naar [A] de doden, _ _ we kunnen [E] niet konden.
_ _ Dat heel lief [B] _ _ _ straaltje, _ _
_ [E] _ zonschijn. _ _ _ _