De man in de wolken Chords by Harrie Jekkers

[Ebm] _ _ _ _ _ _
[Bb] _ _ _ _ _ _
_ _ [Ebm] _ _ _ _
[Bbm] _ _ _ _ _ _
[Ebm] _ _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ _
[B] _ _ _ _ _ _
[Db] _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
[Ab] _ [Ebm] Hoe de man in de wolken _ [Bbm] eigenlijk [C] heette _ en waar hij [Ebm] vandaan kwam, _
[C] dat [Bbm] was onbekend.
[Ebm] _
In het dorp wou ook niemand [F] dat [C] eigenlijk weten. _ _ _
[B] De man in de wolken, _ [Db] zo stond hij bekend. _
En de man in de [Ebm] wolken _ _ [Bbm]
kwam nooit naar beneden. _
[Ebm] Alleen _ maar [Bbm] volmaakt gelukkig was hij. _ _
[C] En dat had [Ebm] een [Bbm] zeer _ bijzondere neig. _
[B] Aan de muur in zijn [Db] huis _ [Ebm] ging een [Ab] _ _ _ prachtschilderij.
_ _ [B] En de man in de wolken kon er huurder naar [Gb] kijken.
In schoonheid _ gingen zijn dagen voorbij.
_ Een [B] hoger geluk _ kon hij niet bereiken.
_ [Gb] Van kijken [B] en kijken [G] naar het _ _
[A] prachtschilderij. _ _ _ _
[E] _ En vaak zag je mensen [B] naar boven toe lopen. _
[D] Naar de man in de wolken met [A] het _ prachtschilderij.
_ [E]
De deur van zijn huis [B] stond voor iedereen open. _ _
[D] Kom er maar in, _ [A] zij altijd gastvrij. _
[C] En iedereen gaf hem, _ omdat dat [G] zo hoorde, een [D] brood of [Bb] wat wijn.
Als [F] een soort van entree. _
[C] Dat was door de jaren _
[G] _ gewoonte geworden.
[Bb] Voor de man in de wolken _ [F] nam je iets mee. _ _
_ _ _ _ En op [Ab] een stoel naast de man [D] in de wolken gezeten.
[Ab] _ _ _ [Fm] _ Werd [Ab] alles _ [D] opeens zo [C] helder als glas.
En [Db] het _ [Eb] prachtschilderij [Db] weet je even _ [Bbm] vergeten.
Hoe [Db] treurig en [G] lelijk _ het [F] leven soms [C] was.
_ _ _ _ _ _
_ Het [F] was een landschap zo mooi, [C] zo schitterend leeg.
Zo [Gm] moest het geweest zijn [Bb] toen de wereld begon.
_ Je kon [F] zien hoe alles een [C] vorm en kleur kreeg.
In [Eb] het licht van een _ [Dm] eindeloos _ _ _ _ [Bb] opgaande zon.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [C] _
_ _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ [Ebm] _
_ _ _ [Bb] _ _ _
[Bbm] _ _ _ _ Op een [Ebm] dag kreeg de man in de [Bbm] wolken bezoek.
_ [Gb] _ Van een [Ebm] vreemdeling die hem een [Bbm] hand gaf en zei.
_ [Ebm] U schijnt er bezit te zijn van een [C] doek. _
_ _ [Db] _ _ [B] Wat beneden bekend staat [Db] als het _ _ prachtschilderij.
[Ebm] En de man in de wolken zei.
_ [C] _
En de [Db] _ [Gb] _ _ _
[Ebm] vreemdeling [Gb] ging voor het [Bbm] landschap staan.
_ _ [Ebm] En raakte _ vervolgens [Bbm] _
totaal buiten zin.
_ [B] Het is niet te geloven.
[Db] _ _ [Ebm] Hoe komt u [Ab] hier _ _ aan?
[B] Een meesterwerk. _
_ En kijk toch eens heen.
_ [Gb] Compleet bedleist _ en signatuur. _
_ _ [B] Meneer u bent binnen voor de rest van uw leven. _
Hier [Gb] hangt een _ [E] _
gigantisch [G] fortuin aan de [E]
moer.
_ _ _ [A] _ _
_ _ [E] _ En de man in de wolken _ wilde vergeten.
[D] Wat de vreemdeling hem die [A] dag had verteld. _
[E] Maar er was iets _ _ veranderd alleen [B] door te weten.
De vreemdeling [D] dat schoonheid was uit de [A] drukken ingaf. _
_ _ [C] _ Tegen bezoekers _ [G] zei hij steeds vaker.
Hé [Bb] raak het niet aan _ of kom [F] niet te dichtbij. _
_ [C] Hij veranderde _ _
_ _ [G] langzaam in een bewaker.
[Bb] Een voorzichtiger man met [F] een _ _ prachtschilderij. _ _ _ _ _
_ [Ab] En toen van de [D] angst _ _ [Ab] kwamen hem [Fm] dromen.
_ _ [Ab] Dieven die [D] schreeuwden.
Kom [C] hier met dat doek.
_ [Db] En zo is het slot [Eb] _
op [Db] zijn voordeur [Bbm] gekomen.
Hij [Db] kreeg de man in de _ [G] wolken [F] steeds minder _
[C] bezoek. _ _ _ _
_ _ _ Het is een [F] landschap zo mooi, [C] zo schitterend leek. _
[Gm] Zo moest het geweest zijn [Bb] toen de wereld begon. _ _
[F] Je kon zien hoe alles [C] een vorm en een kleur kreeg.
[Eb] In het licht van een _ _
[Dm] eindeloos _ _ _ _
[Bb] _ opgaande zon. _
_ _ _ _ _
[Gm] En de man in de _ _ wolken [Eb] acht soms nog wel even [F] terug aan de tijd. _ _
[Dm] Die met _ _ prachtschilderij [Gm] nog aan iedereen _ _ troost [Eb] en warmte kon geven.
[F] Maar zo mocht hij niet denken.
_ Die [Dm] tijd was _ voorbij.
[Eb] Hij moest _ beschermen, _ _ desnoods met zijn leven. _
[Cm] Wat was hij aan de schoonheid van [D] het landschap [Gm] verplicht? _
[G] Een [F] diefstal, dat zou hij zichzelf nooit vergeven.
Dus [Bb] deed hij alles wat dicht kon, _ nog [D] dichter dan dicht.
[Eb] Maar toch werd hij banger. _
Geen nacht die voorbij ging.
Want [Cm] hij hoorde de dieven. _ _
[D] En ze vonden het [Gm] vast.
[Bb] Want zij wisten [F] dat het bij hem aan de muur hing.
En toen [Bb] sloot hij het landschap op [D] _ in een tas. _ _
[Eb] _ _ _ [D] _ _ _
_ _ _ _ Maar [Gm] de plek waar het _ _
[Eb] prachtschilderij had gehangen werd [F] _ leger en leger.
[Dm]
En op den duur _ [Gm] werd de man in de wolken _ [Eb] gek van verwangen. _
[F] En hing hij het landschap _ [Dm] terug aan de muur.
Die [Eb] nacht heeft hij uren en [Ebm] uren [Eb] gekeken.
Naar de [Cm] kleuren, de vormen en [D] de opgaande [Gm] zon.
Maar de [F] glans was verloren, de schoonheid geweken. _
[Bb] Alsof hij niet meer goed _ [D] kijken kon.
_ En [Eb] opeens zag hij alles, zo [Ebm] helder als [Eb] glas. _
[Cm] Daar ging in een lijst _ zijn [D] _ [Gm] angstaande muur.
Die [Bb] nacht in [F] de wolken, begreep hij dat pas.
_ En die [Bb] smeet hier _ _ _ _
[D] prachtschilderij in het _ vuur. _ _ _ _ _
_ _ _ [Ab] En de man in de [Bb] wolken _ [Ab] zag het landschap [Fm] verkleuren.
_ [Ab] En de opgaande [D] zon _ in vlammen [C] opgaan.
_ _ [Db] Toen stond hij [Eb] op, _ [Db] deed het slot van zijn [G] deur.
En [Db] _
verbaasd [Eb] bleef de man in de [F] wolken, _
_ _ _ [C] _ toenstaan.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ Hij [F] zag een landschap zo mooi, zo [C] schitterend leeg.
Zo moest [Cm] het geweest zijn, [Bb] toen de wereld begon.
_ [F] _
Hij zag hoe alles weer vorm en weer [Cm] kleur kreeg.
In het licht [Eb] van een prachtige _ [Dm] _ _ _ _
_ opgaande zon.
[D] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [N] _