Chords for De Vondeling Van Ameland

_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [Em] _ _
Op het strand van Ameland was hij als zuigling aangespoeld, [C] _ overboord gegooid, op een [G] reddingsboei gebonden.
_ _ _ _ _ [Em] Hij had zich op de golven als in de baarmoeder gevoeld en [C] schreeuwde tot hij [B] door een jutter [Em] werd gevonden.
_ _ [E] _ _
_ _ [Am] Ameland sprak schande van de jutter, _ een zonderling die leefde van de wind, die al [D] de [Dm] raarste dingen had gevonden.
Hoe kwam [E] die jutter nu weer aan dat [Am] kind? _
_ _ _ _ Als hij er dags op uit ging om te jutten, _ moest [C] de vondeling altijd met hem mee.
_ En [F] toen hij na een jaar begon te praten, _ was zijn [G] eerste woordje _ [C] zee. _ _ _
_ _ _ [Em] _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ Op het strand van Ameland speelde de kleuter jarenlang, de [C] jutter was zijn meester die hem [D] wijze lessen [G] leerde. _ _ _ _
Hij stond [Em] wijdbeens in het zand, was voor de woeste zee niet bang en schreeuwde [C] net zo lang [B] tot de vloed zich [Em] keerde.
_ _ [E] _ _ _ _ [Am] Ameland sprak schande van de kleuter, _ de vondeling die schreeuwde als de wind.
_ [Dm] Hoe was het in vredesnaam toch mogelijk [A] dat [E] de zee zich terug trok voor [Am] een kind? _ _ _ _
Wat hij riep, zou niemand kunnen zeggen, _ dat [C] was uit de verte moeilijk te verstaan.
_ [F] En toen ze het de jutter vroegen, zei die, [G] volgens mij roept hij, ik [C] kom eraan.
_ _ _ _ [F] Ik kom eraan, ik kom [G] _ eraan, _ [C] _ _
zeven [F] _ _ zonnen zee aan, _ _ [G] _ ik [C] kom eraan.
_ _ _ _ _ [F#] _ _
_ _ _ _ _ _ _ [Em] _
_ _ _ [B] _ _ _ _ [Em] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ Op het strand van Ameland stond hij als knaap in Davons zon, [C]
hij zei geen woord, begon zich [D] langzaam uit te [G] kleden.
_ _ _ _ De [Em] vloed kwam hem tegemoet, hij zag alleen de horizon, nog [C] eenmaal draaide hij [B] zich om, liep toen [Em] de zee in.
_ [E] _ _
_ _ [Am] Ameland sprak schande van de jongen, _ die naakte zonderlinge vondeling. _
_ [Dm] Men had zich boven op het tuin verzameld, omdat [E] men voelde dat er iets [Am] gebeuren ging. _
_ _ _ _ _ En toen begon hij plotseling te schreeuwen, [C] zo hard dat het tot aan de duinen klonk.
Nog [F] even zag men hem op het water lopen, voor hij [G] in de diepte zakte [C] en verdronk. _ _ _
_ [F] Ik kom eraan, ik kom [G] _ _
eraan, [C] _ zeven _ [F] _
[C] zonnen [F] zee aan, _ _ [G] _ _
ik [C] kom _ eraan. _ _
Ik [F] kom eraan, ik kom [G] eraan, _ _ [C] _ [G] zeven _ [F] _
[C] zonnen zee [F] aan, _ _ [G] _ _
ik [C] kom eraan. _ _ _ _
_ _ [F] _ _ _ _ _ _
_ _ [F#] _ _ _ _ _ _
_ _ [C] _ _ _ _ [G] _ _
_ [G] _ _ [C] _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [N] _ _