Chords for Diego - Feest voor Sinterklaas (Officiële Video)
Tempo:
110.15 bpm
Chords used:
A
D
Bm
G
Am
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Am] [D]
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
[G] Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] Sinterklaas.
De melkboer die doet mee, [A] de dokter die doet mee.
[D] De boer verlaat zijn vee, [A] en hij sluit [D] gezellig aan.
De postbode doet mee, [A] de [Em] tweeling met zijn twee.
[D] En zelfs de dominee [A] zal op het [D] feestje niet misstaan.
Heb je het grote [A] nieuws gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is onderweg, geef het [F#] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
Het wordt een heel [A] groot feest voor [D]
Sinterklaas.
Oma's helpen mee, [A] opa's helpen mee.
[D] En van de wc [A] schreeuwt vaderlief, [D] ik kom eraan.
Moeders helpen mee, [A] omzetantes helpen mee.
[D] Het klinkt als een cliché, [A] maar zo'n kans laat je [D] niet zomaar gaan.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [Bm] onderweg, geef het [Am] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
De bakker die helpt mee, [A] de kakker die helpt mee.
[D] De plakker die helpt mee, [A] [D] iedereen die doet zijn best.
Politie die helpt mee, [A] justitie die helpt mee.
[D] Een tamboer met een heil, [A] daar is [D] dus het [A] showorkest.
[C#m]
[G] [A] [D] Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [A] [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [F#m] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D]
Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
[G] Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] Sinterklaas.
De melkboer die doet mee, [A] de dokter die doet mee.
[D] De boer verlaat zijn vee, [A] en hij sluit [D] gezellig aan.
De postbode doet mee, [A] de [Em] tweeling met zijn twee.
[D] En zelfs de dominee [A] zal op het [D] feestje niet misstaan.
Heb je het grote [A] nieuws gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is onderweg, geef het [F#] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
Het wordt een heel [A] groot feest voor [D]
Sinterklaas.
Oma's helpen mee, [A] opa's helpen mee.
[D] En van de wc [A] schreeuwt vaderlief, [D] ik kom eraan.
Moeders helpen mee, [A] omzetantes helpen mee.
[D] Het klinkt als een cliché, [A] maar zo'n kans laat je [D] niet zomaar gaan.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [Bm] onderweg, geef het [Am] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
De bakker die helpt mee, [A] de kakker die helpt mee.
[D] De plakker die helpt mee, [A] [D] iedereen die doet zijn best.
Politie die helpt mee, [A] justitie die helpt mee.
[D] Een tamboer met een heil, [A] daar is [D] dus het [A] showorkest.
[C#m]
[G] [A] [D] Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [A] [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [F#m] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D]
Sinterklaas.
Key:
A
D
Bm
G
Am
A
D
Bm
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [Am] _ [D] _ _ _ _ _ _
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
[G] Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] _ _ Sinterklaas.
De melkboer die doet mee, [A] de dokter die doet mee.
[D] De boer verlaat zijn vee, [A] en hij sluit [D] gezellig aan.
De postbode doet mee, [A] de [Em] tweeling met zijn twee.
[D] En zelfs de dominee [A] zal op het [D] feestje niet misstaan.
Heb je het grote [A] nieuws gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is onderweg, geef het [F#] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] _ _
Sinterklaas.
Oma's helpen mee, [A] opa's helpen mee.
[D] En van de wc [A] schreeuwt vaderlief, [D] ik kom eraan.
Moeders helpen mee, [A] omzetantes helpen mee.
[D] Het klinkt als een cliché, [A] maar zo'n kans laat je [D] niet zomaar gaan.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [Bm] onderweg, geef het [Am] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] _ _ Sinterklaas.
De bakker die helpt mee, [A] de kakker die helpt mee.
[D] De plakker die helpt mee, [A] _ [D] iedereen die doet zijn best.
Politie die helpt mee, [A] justitie die helpt mee.
[D] Een tamboer met een heil, [A] daar is [D] dus het [A] showorkest.
_ [C#m] _
_ [G] _ _ [A] _ _ [D] Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [A] [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [F#m] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] _ _
Sinterklaas. _ _ _ _ _ _ _
_ [Am] _ [D] _ _ _ _ _ _
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
[G] Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] _ _ Sinterklaas.
De melkboer die doet mee, [A] de dokter die doet mee.
[D] De boer verlaat zijn vee, [A] en hij sluit [D] gezellig aan.
De postbode doet mee, [A] de [Em] tweeling met zijn twee.
[D] En zelfs de dominee [A] zal op het [D] feestje niet misstaan.
Heb je het grote [A] nieuws gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is onderweg, geef het [F#] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn kop.
[A] De Pieten lopen stoer voorop, [Bm] iedereen die vindt het top.
Het wordt een heel [A] groot feest voor [D] _ _
Sinterklaas.
Oma's helpen mee, [A] opa's helpen mee.
[D] En van de wc [A] schreeuwt vaderlief, [D] ik kom eraan.
Moeders helpen mee, [A] omzetantes helpen mee.
[D] Het klinkt als een cliché, [A] maar zo'n kans laat je [D] niet zomaar gaan.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [B] verstoord.
Sinterklaas is [Bm] onderweg, geef het [Am] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] _ _ Sinterklaas.
De bakker die helpt mee, [A] de kakker die helpt mee.
[D] De plakker die helpt mee, [A] _ [D] iedereen die doet zijn best.
Politie die helpt mee, [A] justitie die helpt mee.
[D] Een tamboer met een heil, [A] daar is [D] dus het [A] showorkest.
_ [C#m] _
_ [G] _ _ [A] _ _ [D] Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [A] [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [F#m] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] Sinterklaas.
Heb je het grote nieuws [A] gehoord?
De rust in de stad werd ruw [Bm] verstoord.
Sinterklaas is [G] onderweg, geef het [A] door.
Het is geen [D] grapje, heel de stad staat op zijn [A] kop.
De Pieten lopen stoer [Bm] voorop, iedereen die vindt het [G] top.
Het wordt een [A] heel groot feest voor [D] _ _
Sinterklaas. _ _ _ _ _ _ _