Chords for Droomland - Witte Rozen - Jan Smit & Jan Dulles
Tempo:
101.05 bpm
Chords used:
C
F
G
D
A
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] [G] Zwerver [Am] gijvend, daar [D] vrede, [Am] zieke gij [C] kent [Db] geen [Bb] pijn.
[G]
Daar wordt geen strijd [D]
gestreden, [A] daar waar mijn broeders [D] nog zijn.
Droomland, [G] Droomland, [Em] oh ik [A] verlang zo [D] naar Droomland.
[G] Daar is [D] steeds vrij, [G] dus ga met [C] mij [Cm] mee, [G]
samen naar het heerlijke [Am] [D] [G] Droomland.
[Bm] [E] [A]
[Gbm] [B]
[E] [A]
Daar is [E] steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, [A] samen naar het heerlijke [Bm] [E] [A] Droomland.
[Bm]
[E] Droomland, [A] Droomland,
[Gbm] oh ik [B] verlang zo [E] naar Droomland.
[A] Daar [E] is steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee,
[Dm] [A]
samen naar het heerlijke [D]
[E] Droomland.
[A]
[F] [Cm] [D] [Gm]
[Am] [Bb] [Dm]
[G] [Bb] [C]
[F] Jantje was een [C] kleine kleute, en als kind je tier [F] verwen.
En op [G] zekere dag [C] zei moeder, [G] hoor eens even [C] lieve vent.
Als je zoet bent komt [F] er spoedig [G] een broertje of een [C] zusje bij.
[F] [Cm] Nou dat was [D] wel wat [G] voor Jantje, en het ventje zei [C] toen blij.
Wanneer er eens [F] een [C] zusje kwam, kreeg [Eb] zij van [F] mij wat moois voor [C] man.
[F] Dan gaat [D] een [G] spaarpot open, [C] en krijgt die [F] schatte [Am] [A] [Dm] bouw [F] een [Cm] [D] boeketje [G] witte rook.
[Bbm] [F]
[Gm] [C] Waar mamie zo [F] van houdt.
[Cm] [D]
[Gb] [Gm] [Am] [Bb]
[Dm] [G] [Gm]
[C] [F] Toen de ooievaar verwacht [C] [Am] werd, [C] ging kleine Jan met [Dm] tante mee.
En hij was daar [C] voor een nachtje, [G] dra de vrolijke [C] logier.
[D] [C] Voor het geld uit [Bb] Jantjes [F] spaarpot, [G] eerst wel tien keer [C] nagedeld.
[F] [Cm] Werd er in een [G]
bloemenwinkel, eens een mooi boeket [C] besteld.
En s'avonds [Dm] laat nog in z'n [C] sla, zong in z'n [F] droom die kleine [C] knaap.
[F] Dan gaat [D] een [G] spaarpot open, [C] en [Cm] krijgt [C] die schatte [F]
[Am] [A] bouw [Dm] [D] [C] [F] een [Cm] boeketje [D] witte [G] [Bbm] rook.
[F] Waar [C] mamie zo [F] van houdt.
[Cm] [D] [Gm]
[Am] [Db] [Dm] [G]
[Gm] [C]
[F] De andere morgen bij z'n [C] thuiskomst, dacht kleine Jan wat [Bb] vreed [F] vandaag.
Kijk, en [B] stonden [C] de gordijnen, [G] zijn nog helemaal [C]
omlaag.
Snicket spraak [Gm] z'n [F] vader Jantje,
[G] schat je hebt geen [C] moesje meer.
[F] [Cm] Ze ging vannacht met [G] kleine [Em] [G] zusje, weg naar onze [C] lieve heer.
En zachtjes [D] legde [C] Jant boeket, [Gm] bij dode [Gbm] zusje [Dm] [C] neer op bed.
[F] En [D] weenend [Dm] zei toen [G]
Jantje, [C] pracht witte
[E] roosjes [Fm] [Am] [Eb] mee.
[Dm] [Db] [C]
[F] Hier [Cm] mam, [D] hier lief, [G] klein [F] zusje, die [Bb] zijn [C] voor [Am] jullie [F] twee.
[Bbm]
[F]
[E] [D] [E]
[A] [E] [N]
[G]
Daar wordt geen strijd [D]
gestreden, [A] daar waar mijn broeders [D] nog zijn.
Droomland, [G] Droomland, [Em] oh ik [A] verlang zo [D] naar Droomland.
[G] Daar is [D] steeds vrij, [G] dus ga met [C] mij [Cm] mee, [G]
samen naar het heerlijke [Am] [D] [G] Droomland.
[Bm] [E] [A]
[Gbm] [B]
[E] [A]
Daar is [E] steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, [A] samen naar het heerlijke [Bm] [E] [A] Droomland.
[Bm]
[E] Droomland, [A] Droomland,
[Gbm] oh ik [B] verlang zo [E] naar Droomland.
[A] Daar [E] is steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee,
[Dm] [A]
samen naar het heerlijke [D]
[E] Droomland.
[A]
[F] [Cm] [D] [Gm]
[Am] [Bb] [Dm]
[G] [Bb] [C]
[F] Jantje was een [C] kleine kleute, en als kind je tier [F] verwen.
En op [G] zekere dag [C] zei moeder, [G] hoor eens even [C] lieve vent.
Als je zoet bent komt [F] er spoedig [G] een broertje of een [C] zusje bij.
[F] [Cm] Nou dat was [D] wel wat [G] voor Jantje, en het ventje zei [C] toen blij.
Wanneer er eens [F] een [C] zusje kwam, kreeg [Eb] zij van [F] mij wat moois voor [C] man.
[F] Dan gaat [D] een [G] spaarpot open, [C] en krijgt die [F] schatte [Am] [A] [Dm] bouw [F] een [Cm] [D] boeketje [G] witte rook.
[Bbm] [F]
[Gm] [C] Waar mamie zo [F] van houdt.
[Cm] [D]
[Gb] [Gm] [Am] [Bb]
[Dm] [G] [Gm]
[C] [F] Toen de ooievaar verwacht [C] [Am] werd, [C] ging kleine Jan met [Dm] tante mee.
En hij was daar [C] voor een nachtje, [G] dra de vrolijke [C] logier.
[D] [C] Voor het geld uit [Bb] Jantjes [F] spaarpot, [G] eerst wel tien keer [C] nagedeld.
[F] [Cm] Werd er in een [G]
bloemenwinkel, eens een mooi boeket [C] besteld.
En s'avonds [Dm] laat nog in z'n [C] sla, zong in z'n [F] droom die kleine [C] knaap.
[F] Dan gaat [D] een [G] spaarpot open, [C] en [Cm] krijgt [C] die schatte [F]
[Am] [A] bouw [Dm] [D] [C] [F] een [Cm] boeketje [D] witte [G] [Bbm] rook.
[F] Waar [C] mamie zo [F] van houdt.
[Cm] [D] [Gm]
[Am] [Db] [Dm] [G]
[Gm] [C]
[F] De andere morgen bij z'n [C] thuiskomst, dacht kleine Jan wat [Bb] vreed [F] vandaag.
Kijk, en [B] stonden [C] de gordijnen, [G] zijn nog helemaal [C]
omlaag.
Snicket spraak [Gm] z'n [F] vader Jantje,
[G] schat je hebt geen [C] moesje meer.
[F] [Cm] Ze ging vannacht met [G] kleine [Em] [G] zusje, weg naar onze [C] lieve heer.
En zachtjes [D] legde [C] Jant boeket, [Gm] bij dode [Gbm] zusje [Dm] [C] neer op bed.
[F] En [D] weenend [Dm] zei toen [G]
Jantje, [C] pracht witte
[E] roosjes [Fm] [Am] [Eb] mee.
[Dm] [Db] [C]
[F] Hier [Cm] mam, [D] hier lief, [G] klein [F] zusje, die [Bb] zijn [C] voor [Am] jullie [F] twee.
[Bbm]
[F]
[E] [D] [E]
[A] [E] [N]
Key:
C
F
G
D
A
C
F
G
[D] _ [G] _ Zwerver _ [Am] gijvend, daar [D] vrede, _ _ [Am] _ zieke gij [C] kent [Db] geen [Bb] pijn.
[G] _ _
Daar wordt geen strijd [D] _ _
gestreden, _ [A] daar waar mijn broeders [D] nog _ zijn. _ _ _ _
Droomland, [G] _ _ _ _ Droomland, _ [Em] oh ik [A] verlang zo [D] naar _ _ Droomland.
[G] _ Daar is [D] steeds vrij, [G] dus ga met [C] mij [Cm] mee, [G]
samen naar het heerlijke [Am] _ [D] _ [G] Droomland.
_ [Bm] _ _ _ [E] _ _ _ [A] _
_ _ _ _ [Gbm] _ _ _ [B] _
_ [E] _ _ _ _ _ _ [A]
Daar is [E] steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, [A] _ samen naar het heerlijke [Bm] _ [E] _ [A] Droomland.
_ [Bm] _ _
[E] Droomland, _ _ [A] _ _ Droomland, _
[Gbm] oh ik [B] verlang zo [E] naar _ _ Droomland.
_ [A] Daar [E] is steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, _ _
[Dm] _ _ _ _ _ _ [A] _
samen naar het _ heerlijke [D] _ _
_ [E] Droomland.
_ [A] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[F] _ _ [Cm] _ [D] _ _ _ [Gm] _ _
_ _ [Am] _ _ [Bb] _ [Dm] _ _ _
[G] _ _ _ [Bb] _ _ _ _ [C] _
_ _ [F] Jantje was een [C] kleine kleute, _ en als kind je tier [F] verwen.
En op [G] zekere dag [C] zei moeder, _ [G] hoor eens even [C] lieve vent.
Als je zoet bent komt [F] er spoedig [G] een broertje of een [C] zusje bij. _
[F] [Cm] Nou dat was [D] wel wat [G] voor Jantje, _ en het ventje zei [C] toen blij.
_ Wanneer er eens [F] een [C] zusje kwam, kreeg [Eb] zij van [F] mij wat moois voor [C] _ man. _ _ _
[F] Dan gaat [D] een _ [G] spaarpot _ _ open, _ [C] en krijgt die _ [F] schatte [Am] _ [A] [Dm] bouw _ [F] een _ _ [Cm] [D] boeketje _ [G] witte rook.
_ [Bbm] _ _ _ [F] _
_ [Gm] [C] Waar mamie zo [F] van houdt.
_ _ _ _ _ [Cm] _ [D] _
_ [Gb] _ [Gm] _ _ _ [Am] _ _ [Bb] _
_ [Dm] _ _ _ [G] _ _ _ [Gm] _
_ _ [C] _ _ _ [F] Toen de ooievaar verwacht [C] [Am] werd, [C] ging kleine Jan met [Dm] tante mee.
_ En hij was daar [C] voor een nachtje, [G] dra de vrolijke [C] logier.
[D] _ [C] Voor het geld uit [Bb] Jantjes [F] spaarpot, [G] eerst wel tien keer [C] nagedeld.
_ [F] [Cm] Werd er in een [G]
bloemenwinkel, _ eens een mooi boeket [C] _ besteld.
En s'avonds [Dm] laat nog in z'n [C] sla, _ zong in z'n [F] droom die kleine [C] _ knaap. _
_ _ [F] _ Dan gaat [D] een _ [G] spaarpot _ _ open, _ [C] en [Cm] krijgt [C] die schatte [F] _
[Am] [A] bouw [Dm] _ [D] _ [C] [F] een _ [Cm] boeketje [D] _ witte [G] _ _ [Bbm] rook.
_ [F] Waar _ _ [C] mamie zo [F] van houdt. _ _ _ _
_ [Cm] _ [D] _ _ _ [Gm] _ _ _
[Am] _ _ [Db] _ _ [Dm] _ _ _ [G] _
_ _ [Gm] _ _ _ [C] _ _ _
[F] De andere morgen bij z'n [C] thuiskomst, dacht kleine Jan wat [Bb] vreed [F] vandaag.
_ Kijk, en [B] stonden [C] de gordijnen, [G] zijn nog helemaal [C] _
omlaag.
Snicket spraak [Gm] z'n [F] vader Jantje, _
[G] schat je hebt geen [C] moesje meer.
_ [F] [Cm] Ze ging vannacht met [G] kleine [Em] [G] zusje, weg naar onze [C] lieve heer.
En zachtjes [D] legde [C] Jant boeket, [Gm] bij dode [Gbm] zusje [Dm] [C] neer op bed.
_ _ _ [F] En _ _ [D] weenend [Dm] zei toen [G] _ _ _
Jantje, [C] pracht _ witte _
[E] roosjes [Fm] _ [Am] [Eb] mee.
[Dm] _ [Db] _ [C]
[F] Hier [Cm] mam, [D] hier lief, [G] klein _ _ _ _ [F] zusje, die [Bb] zijn [C] voor [Am] jullie [F] twee. _ _ _
_ [Bbm] _ _ _ _ _ _ _
_ _ [F] _ _ _ _ _ _
_ _ _ [E] _ _ [D] _ _ [E] _
_ [A] _ [E] _ _ _ _ _ [N] _
[G] _ _
Daar wordt geen strijd [D] _ _
gestreden, _ [A] daar waar mijn broeders [D] nog _ zijn. _ _ _ _
Droomland, [G] _ _ _ _ Droomland, _ [Em] oh ik [A] verlang zo [D] naar _ _ Droomland.
[G] _ Daar is [D] steeds vrij, [G] dus ga met [C] mij [Cm] mee, [G]
samen naar het heerlijke [Am] _ [D] _ [G] Droomland.
_ [Bm] _ _ _ [E] _ _ _ [A] _
_ _ _ _ [Gbm] _ _ _ [B] _
_ [E] _ _ _ _ _ _ [A]
Daar is [E] steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, [A] _ samen naar het heerlijke [Bm] _ [E] _ [A] Droomland.
_ [Bm] _ _
[E] Droomland, _ _ [A] _ _ Droomland, _
[Gbm] oh ik [B] verlang zo [E] naar _ _ Droomland.
_ [A] Daar [E] is steeds vrij, [A] dus ga met [D] mij mee, _ _
[Dm] _ _ _ _ _ _ [A] _
samen naar het _ heerlijke [D] _ _
_ [E] Droomland.
_ [A] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[F] _ _ [Cm] _ [D] _ _ _ [Gm] _ _
_ _ [Am] _ _ [Bb] _ [Dm] _ _ _
[G] _ _ _ [Bb] _ _ _ _ [C] _
_ _ [F] Jantje was een [C] kleine kleute, _ en als kind je tier [F] verwen.
En op [G] zekere dag [C] zei moeder, _ [G] hoor eens even [C] lieve vent.
Als je zoet bent komt [F] er spoedig [G] een broertje of een [C] zusje bij. _
[F] [Cm] Nou dat was [D] wel wat [G] voor Jantje, _ en het ventje zei [C] toen blij.
_ Wanneer er eens [F] een [C] zusje kwam, kreeg [Eb] zij van [F] mij wat moois voor [C] _ man. _ _ _
[F] Dan gaat [D] een _ [G] spaarpot _ _ open, _ [C] en krijgt die _ [F] schatte [Am] _ [A] [Dm] bouw _ [F] een _ _ [Cm] [D] boeketje _ [G] witte rook.
_ [Bbm] _ _ _ [F] _
_ [Gm] [C] Waar mamie zo [F] van houdt.
_ _ _ _ _ [Cm] _ [D] _
_ [Gb] _ [Gm] _ _ _ [Am] _ _ [Bb] _
_ [Dm] _ _ _ [G] _ _ _ [Gm] _
_ _ [C] _ _ _ [F] Toen de ooievaar verwacht [C] [Am] werd, [C] ging kleine Jan met [Dm] tante mee.
_ En hij was daar [C] voor een nachtje, [G] dra de vrolijke [C] logier.
[D] _ [C] Voor het geld uit [Bb] Jantjes [F] spaarpot, [G] eerst wel tien keer [C] nagedeld.
_ [F] [Cm] Werd er in een [G]
bloemenwinkel, _ eens een mooi boeket [C] _ besteld.
En s'avonds [Dm] laat nog in z'n [C] sla, _ zong in z'n [F] droom die kleine [C] _ knaap. _
_ _ [F] _ Dan gaat [D] een _ [G] spaarpot _ _ open, _ [C] en [Cm] krijgt [C] die schatte [F] _
[Am] [A] bouw [Dm] _ [D] _ [C] [F] een _ [Cm] boeketje [D] _ witte [G] _ _ [Bbm] rook.
_ [F] Waar _ _ [C] mamie zo [F] van houdt. _ _ _ _
_ [Cm] _ [D] _ _ _ [Gm] _ _ _
[Am] _ _ [Db] _ _ [Dm] _ _ _ [G] _
_ _ [Gm] _ _ _ [C] _ _ _
[F] De andere morgen bij z'n [C] thuiskomst, dacht kleine Jan wat [Bb] vreed [F] vandaag.
_ Kijk, en [B] stonden [C] de gordijnen, [G] zijn nog helemaal [C] _
omlaag.
Snicket spraak [Gm] z'n [F] vader Jantje, _
[G] schat je hebt geen [C] moesje meer.
_ [F] [Cm] Ze ging vannacht met [G] kleine [Em] [G] zusje, weg naar onze [C] lieve heer.
En zachtjes [D] legde [C] Jant boeket, [Gm] bij dode [Gbm] zusje [Dm] [C] neer op bed.
_ _ _ [F] En _ _ [D] weenend [Dm] zei toen [G] _ _ _
Jantje, [C] pracht _ witte _
[E] roosjes [Fm] _ [Am] [Eb] mee.
[Dm] _ [Db] _ [C]
[F] Hier [Cm] mam, [D] hier lief, [G] klein _ _ _ _ [F] zusje, die [Bb] zijn [C] voor [Am] jullie [F] twee. _ _ _
_ [Bbm] _ _ _ _ _ _ _
_ _ [F] _ _ _ _ _ _
_ _ _ [E] _ _ [D] _ _ [E] _
_ [A] _ [E] _ _ _ _ _ [N] _