Nooduitgang Chords by Het Goede Doel
Tempo:
72.225 bpm
Chords used:
Am
G
F
C
Em
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] [Am] [Bm] [Bm] [G] [Am] [Bm] [G]
[F] [Am] [G] [A]
[Bm] [Am] [Bm] [C] [Bm] [Am] [Em]
[G] [Am] [G] [A]
[Am] Ik moest [Bm] naar de gevangenis, maar ik [Am] had niet gedaan.
Ik wist [Bm] wel wie de dader was, maar ik reed [G] geen dingen aan.
[F] Ik ga [G] graag op de stiep, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [C] is hier de nooduitgang?
[Am] Kon ik moeten [Dm] op een avond een vriendin [Am] van een vriendin.
Ik heb me [B] geen moment verteld, deed niets [G] tegen mijn zin.
[F] Ik ga [G] graag op bezoek, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [Am] is hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[C] [Em] Waar [Am] is hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
Ging midden [B] in de winter maar een [Am] verheidswarm land.
Maar al het [B] schaduw was bezet dus ik was [G] snel verbrand.
[F] Ik ga [G] graag op bezoek,
[F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
Waar [C] [Em] [Am] is hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
[A#m] De deur staat [Cm] altijd op, een keer de moeder [Fm] blijft steeds lopen.
[A#m] Niet zeggen ja, ik [Cm] zeg geen nee, ik laat altijd [Fm] alles open.
[B] Voor mij [C#] geen vaste grond.
[B] Voor mij [A#m] geen vaste brand.
[A] Zolang jij [F#m] niet van me houdt, bind [B] ik me [C#] nergens aan.
[F#]
[F#m] [E] [F#]
[F#m]
[E]
[F#m] [C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[C] [Em] Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, [F] ik kan niet langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em]
[F] [Am] [G] [A]
[Bm] [Am] [Bm] [C] [Bm] [Am] [Em]
[G] [Am] [G] [A]
[Am] Ik moest [Bm] naar de gevangenis, maar ik [Am] had niet gedaan.
Ik wist [Bm] wel wie de dader was, maar ik reed [G] geen dingen aan.
[F] Ik ga [G] graag op de stiep, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [C] is hier de nooduitgang?
[Am] Kon ik moeten [Dm] op een avond een vriendin [Am] van een vriendin.
Ik heb me [B] geen moment verteld, deed niets [G] tegen mijn zin.
[F] Ik ga [G] graag op bezoek, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [Am] is hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[C] [Em] Waar [Am] is hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
Ging midden [B] in de winter maar een [Am] verheidswarm land.
Maar al het [B] schaduw was bezet dus ik was [G] snel verbrand.
[F] Ik ga [G] graag op bezoek,
[F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
Waar [C] [Em] [Am] is hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
[A#m] De deur staat [Cm] altijd op, een keer de moeder [Fm] blijft steeds lopen.
[A#m] Niet zeggen ja, ik [Cm] zeg geen nee, ik laat altijd [Fm] alles open.
[B] Voor mij [C#] geen vaste grond.
[B] Voor mij [A#m] geen vaste brand.
[A] Zolang jij [F#m] niet van me houdt, bind [B] ik me [C#] nergens aan.
[F#]
[F#m] [E] [F#]
[F#m]
[E]
[F#m] [C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[C] [Em] Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] Waar is [Am] hier de nooduitgang?
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang?
[F] Ik [G] kan niet blijven, [F] ik kan niet langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em]
Key:
Am
G
F
C
Em
Am
G
F
[D] _ [Am] _ [Bm] _ [Bm] _ [G] _ [Am] _ [Bm] _ [G] _
[F] _ [Am] _ [G] _ _ [A] _ _ _ _
[Bm] _ [Am] _ [Bm] _ [C] _ [Bm] _ [Am] _ [Em] _ _
[G] _ [Am] _ [G] _ _ [A] _ _ _ _
[Am] Ik moest [Bm] naar de gevangenis, maar ik [Am] had niet gedaan. _ _
Ik wist [Bm] wel wie de dader was, maar ik reed [G] geen dingen aan. _ _
[F] Ik ga [G] graag op de stiep, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [C] is hier de nooduitgang?
[Am] _ _ Kon ik moeten [Dm] op een avond een vriendin [Am] van een vriendin.
_ _ _ Ik heb me [B] geen moment verteld, deed niets [G] tegen mijn zin.
_ _ _ [F] Ik ga [G] graag op bezoek, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [Am] is hier de nooduitgang? _
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang? _ _
[C] _ [Em] _ Waar [Am] is hier de nooduitgang? _
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
_ _ Ging midden [B] in de winter maar een [Am] verheidswarm land.
_ _ _ Maar al het [B] schaduw was bezet dus ik was [G] snel verbrand.
_ _ _ [F] Ik ga [G] graag op bezoek, _
[F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar is [Am] hier de nooduitgang? _
[C] Waar [Em] _ is [Am] hier de nooduitgang?
Waar [C] _ [Em] _ _ [Am] is hier de nooduitgang? _
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
_ _ _ [A#m] De deur staat [Cm] altijd op, een keer de moeder [Fm] blijft steeds lopen.
_ [A#m] Niet zeggen ja, ik [Cm] zeg geen nee, ik laat altijd [Fm] alles open.
_ _ [B] Voor mij [C#] geen vaste grond.
[B] Voor mij [A#m] geen vaste brand.
[A] Zolang jij [F#m] niet van me houdt, bind [B] ik me [C#] nergens aan.
_ _ [F#] _ _ _ _
_ _ [F#m] _ _ [E] _ _ _ [F#] _
[F#m] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [E] _ _ _ _
[F#m] _ _ _ [C] Waar [Em] is _ [Am] hier de nooduitgang?
_ _ [C] _ [Em] _ Waar is [Am] hier de nooduitgang?
_ [F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] _ Waar is [Am] hier de nooduitgang?
_ [C] Waar [Em] _ is [Am] hier de nooduitgang?
_ [F] Ik [G] kan niet blijven, [F] ik kan niet langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] _ _ _
[F] _ [Am] _ [G] _ _ [A] _ _ _ _
[Bm] _ [Am] _ [Bm] _ [C] _ [Bm] _ [Am] _ [Em] _ _
[G] _ [Am] _ [G] _ _ [A] _ _ _ _
[Am] Ik moest [Bm] naar de gevangenis, maar ik [Am] had niet gedaan. _ _
Ik wist [Bm] wel wie de dader was, maar ik reed [G] geen dingen aan. _ _
[F] Ik ga [G] graag op de stiep, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [C] is hier de nooduitgang?
[Am] _ _ Kon ik moeten [Dm] op een avond een vriendin [Am] van een vriendin.
_ _ _ Ik heb me [B] geen moment verteld, deed niets [G] tegen mijn zin.
_ _ _ [F] Ik ga [G] graag op bezoek, [F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar [Am] is hier de nooduitgang? _
[C] Waar [Em] is [Am] hier de nooduitgang? _ _
[C] _ [Em] _ Waar [Am] is hier de nooduitgang? _
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
_ _ Ging midden [B] in de winter maar een [Am] verheidswarm land.
_ _ _ Maar al het [B] schaduw was bezet dus ik was [G] snel verbrand.
_ _ _ [F] Ik ga [G] graag op bezoek, _
[F] maar ik blijf [G] nooit al te lang.
Waar is [Am] hier de nooduitgang? _
[C] Waar [Em] _ is [Am] hier de nooduitgang?
Waar [C] _ [Em] _ _ [Am] is hier de nooduitgang? _
[F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben [Am] hier al te lang.
_ _ _ [A#m] De deur staat [Cm] altijd op, een keer de moeder [Fm] blijft steeds lopen.
_ [A#m] Niet zeggen ja, ik [Cm] zeg geen nee, ik laat altijd [Fm] alles open.
_ _ [B] Voor mij [C#] geen vaste grond.
[B] Voor mij [A#m] geen vaste brand.
[A] Zolang jij [F#m] niet van me houdt, bind [B] ik me [C#] nergens aan.
_ _ [F#] _ _ _ _
_ _ [F#m] _ _ [E] _ _ _ [F#] _
[F#m] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [E] _ _ _ _
[F#m] _ _ _ [C] Waar [Em] is _ [Am] hier de nooduitgang?
_ _ [C] _ [Em] _ Waar is [Am] hier de nooduitgang?
_ [F] Ik [G] kan niet blijven, kan niet [F] langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] _ Waar is [Am] hier de nooduitgang?
_ [C] Waar [Em] _ is [Am] hier de nooduitgang?
_ [F] Ik [G] kan niet blijven, [F] ik kan niet langer blijven.
Ik kan niet [G] blijven, ik ben hier [C] al te lang.
[Em] _ _ _