Chords for IOS - Altijd Wel Iemand | NPO Radio 2
Tempo:
59.55 bpm
Chords used:
D
C
G
Am
E
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] [A] Er
[G] is [D] altijd wel iemand die [Am] meer aan je denkt.
[G] [D] Altijd wel iemand voor wie [Am] je de hele wereld bent.
[G] Er is vast [D] wel een man, vast [Am] wel een vrouw,
[G] die beter luistert [D] dan ik en die alles [Am] zou doen voor jou.
[G] Maar als het moet, [Em] weet je dan niet dat ik naast je sta.
Weet je dan niet [F] dat ik alles voor je [C] achterlaat en met jou [D] verder ga.
[G] Er is [D] altijd wel iemand die je [Am] beter begrijpt.
[G] Die er [D] veel vaker is en die ook [Am] veel langer blijft.
[G] Want ik [D] ben er haast nooit dat je [Am] weet hoe het gaat liepen.
[G] Ik ben [D] steeds onderweg, ik kom [Am] altijd te laat.
[C] Maar als het moet, weet je dan [Em] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik [C] alles voor je [D] achterlaat.
Ik ga altijd weer [Bm] naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het [E] ook niet, die ik meer aan je [Em] denk.
Je geeft me de [F] rust die ik als geen [C] ander nodig heb.
[D] Om te zijn wie ik [E] ben.
[C] Als geen ander begrijpt, [E] [C] was ik al [Bm] eens erbij [E] gezien.
[C]
[Bm] Weet je dan niet hoe vaak ik [Am] overblijf.
[Bm] Ik kom [E] altijd weer bij je terug.
Altijd, altijd.
[B]
[E]
[Bm]
Maar [Am]
[E] [C] als het moet, weet je dan [E] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik alles voor
[C] [D] je achterlaat.
Ik ga altijd weer naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het ook niet, die [E] ik meer aan je denk.
Je geeft me de rust [F] die ik als geen ander.
[C] [D] Om te zijn wie ik ben.
[G] Er is [D] altijd wel iemand, maar [Am] niemand als jij.
[G] Als jij.
[E]
[G] is [D] altijd wel iemand die [Am] meer aan je denkt.
[G] [D] Altijd wel iemand voor wie [Am] je de hele wereld bent.
[G] Er is vast [D] wel een man, vast [Am] wel een vrouw,
[G] die beter luistert [D] dan ik en die alles [Am] zou doen voor jou.
[G] Maar als het moet, [Em] weet je dan niet dat ik naast je sta.
Weet je dan niet [F] dat ik alles voor je [C] achterlaat en met jou [D] verder ga.
[G] Er is [D] altijd wel iemand die je [Am] beter begrijpt.
[G] Die er [D] veel vaker is en die ook [Am] veel langer blijft.
[G] Want ik [D] ben er haast nooit dat je [Am] weet hoe het gaat liepen.
[G] Ik ben [D] steeds onderweg, ik kom [Am] altijd te laat.
[C] Maar als het moet, weet je dan [Em] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik [C] alles voor je [D] achterlaat.
Ik ga altijd weer [Bm] naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het [E] ook niet, die ik meer aan je [Em] denk.
Je geeft me de [F] rust die ik als geen [C] ander nodig heb.
[D] Om te zijn wie ik [E] ben.
[C] Als geen ander begrijpt, [E] [C] was ik al [Bm] eens erbij [E] gezien.
[C]
[Bm] Weet je dan niet hoe vaak ik [Am] overblijf.
[Bm] Ik kom [E] altijd weer bij je terug.
Altijd, altijd.
[B]
[E]
[Bm]
Maar [Am]
[E] [C] als het moet, weet je dan [E] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik alles voor
[C] [D] je achterlaat.
Ik ga altijd weer naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het ook niet, die [E] ik meer aan je denk.
Je geeft me de rust [F] die ik als geen ander.
[C] [D] Om te zijn wie ik ben.
[G] Er is [D] altijd wel iemand, maar [Am] niemand als jij.
[G] Als jij.
[E]
Key:
D
C
G
Am
E
D
C
G
_ _ [D] _ _ [A] Er _ _
[G] is [D] altijd wel iemand die [Am] meer aan je denkt. _ _ _
[G] _ [D] Altijd wel iemand voor wie [Am] je de hele wereld bent.
[G] Er is vast [D] wel een man, vast [Am] wel een vrouw, _
[G] die beter luistert [D] dan ik en die alles [Am] zou doen voor jou.
[G] Maar als het moet, [Em] weet je dan niet dat ik naast je sta.
Weet je dan niet [F] dat ik alles voor je [C] achterlaat en met jou [D] verder ga.
_ _ [G] Er is [D] altijd wel iemand die je [Am] beter begrijpt.
_ _ [G] Die er [D] veel vaker is en die ook [Am] veel langer blijft.
_ _ [G] Want ik [D] ben er haast nooit dat je [Am] weet hoe het gaat liepen.
_ [G] Ik ben [D] steeds onderweg, ik kom [Am] altijd te laat.
_ [C] Maar als het moet, weet je dan [Em] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik [C] alles voor je [D] achterlaat.
Ik ga altijd weer [Bm] naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het [E] ook niet, die ik meer aan je [Em] denk.
Je geeft me de [F] rust die ik als geen [C] ander nodig heb.
[D] Om te zijn wie ik [E] ben.
_ _ _ [C] Als geen ander begrijpt, [E] _ _ _ _ [C] was ik al [Bm] eens erbij [E] gezien.
_ _ [C] _
[Bm] Weet je dan niet hoe vaak ik [Am] overblijf.
_ [Bm] Ik kom [E] altijd weer bij je terug.
_ Altijd, altijd.
_ _ _ [B] _ _
_ [E] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Bm] _ _
Maar _ _ [Am] _ _ _ _
_ _ [E] _ [C] als het moet, weet je dan [E] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik alles voor _
[C] _ [D] je achterlaat.
Ik ga altijd weer naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het ook niet, die [E] ik meer aan je denk.
Je geeft me de rust [F] die ik als geen ander.
[C] _ [D] Om te zijn wie ik ben.
[G] _ Er is [D] altijd wel iemand, maar [Am] niemand als jij.
_ _ [G] Als jij.
_ _ _ _ [E] _ _ _
[G] is [D] altijd wel iemand die [Am] meer aan je denkt. _ _ _
[G] _ [D] Altijd wel iemand voor wie [Am] je de hele wereld bent.
[G] Er is vast [D] wel een man, vast [Am] wel een vrouw, _
[G] die beter luistert [D] dan ik en die alles [Am] zou doen voor jou.
[G] Maar als het moet, [Em] weet je dan niet dat ik naast je sta.
Weet je dan niet [F] dat ik alles voor je [C] achterlaat en met jou [D] verder ga.
_ _ [G] Er is [D] altijd wel iemand die je [Am] beter begrijpt.
_ _ [G] Die er [D] veel vaker is en die ook [Am] veel langer blijft.
_ _ [G] Want ik [D] ben er haast nooit dat je [Am] weet hoe het gaat liepen.
_ [G] Ik ben [D] steeds onderweg, ik kom [Am] altijd te laat.
_ [C] Maar als het moet, weet je dan [Em] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik [C] alles voor je [D] achterlaat.
Ik ga altijd weer [Bm] naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het [E] ook niet, die ik meer aan je [Em] denk.
Je geeft me de [F] rust die ik als geen [C] ander nodig heb.
[D] Om te zijn wie ik [E] ben.
_ _ _ [C] Als geen ander begrijpt, [E] _ _ _ _ [C] was ik al [Bm] eens erbij [E] gezien.
_ _ [C] _
[Bm] Weet je dan niet hoe vaak ik [Am] overblijf.
_ [Bm] Ik kom [E] altijd weer bij je terug.
_ Altijd, altijd.
_ _ _ [B] _ _
_ [E] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Bm] _ _
Maar _ _ [Am] _ _ _ _
_ _ [E] _ [C] als het moet, weet je dan [E] niet dat ik naast je sta.
Weet je dan [F] niet dat ik alles voor _
[C] _ [D] je achterlaat.
Ik ga altijd weer naar je [C] opzoeken.
Al lijkt het ook niet, die [E] ik meer aan je denk.
Je geeft me de rust [F] die ik als geen ander.
[C] _ [D] Om te zijn wie ik ben.
[G] _ Er is [D] altijd wel iemand, maar [Am] niemand als jij.
_ _ [G] Als jij.
_ _ _ _ [E] _ _ _