Jesus Gee Krag Chords by Juanita Du Plessis
Tempo:
114.6 bpm
Chords used:
C
G
D
A
F
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[F] [C]
Waar is uw vruchten?
Voel jij [F] belast?
Is jij [C] vermoeid?
Jezus [G] geeft kracht!
[C] Is jij eenzaam?
Voel jij [F] alleen?
Vertel [C] dit verhond, [G] wan kracht [C] zal Hij geven!
Heef [G] op jouw handen, [C] verheef jouw stem, [G] vraag Jezus wat jij [C] wil hebben.
Hij [F] geeft jou prijzen, je [C] eeuwige leven, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, voel jij verloeren?
Te moe [F] om te strijden?
Leen [C] maar op hond, wan kracht [G] zal jij krijgen.
Heet jij [C] soms vreesen?
Te bang [F] om te lachen?
Vertrouw [C] maar op hond,
[G] wan Jezus [C] geeft kracht.
Heef op [G] jouw handen, verheef [C] jouw stem,
[G] vraag Jezus wat jij [C] wil hebben.
Hij [F] geeft jou prijzen, je [C] eeuwige leven,
verbie op [G] omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht,
[A] [D] [A]
[D] tijdens de spijt, [G] naast de graaf.
Hou [D] vast aan hond, [A] wan Jezus [D] geeft kracht.
[G]
[D] [A]
[D]
Heef op [A] jouw handen, verheef [D] jouw stem, vraag [A] Jezus wat jij [D] wil hebben.
Hij geeft [G] jou prijzen, je [D] eeuwige leven, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht,
heef op [A] jouw handen, verheef [D] jouw stem, vraag [A] Jezus wat jij [D] wil hebben.
Hij geeft [G] jou prijzen, je [D] eeuwige leven, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht.
Waar is uw vruchten?
Voel jij [F] belast?
Is jij [C] vermoeid?
Jezus [G] geeft kracht!
[C] Is jij eenzaam?
Voel jij [F] alleen?
Vertel [C] dit verhond, [G] wan kracht [C] zal Hij geven!
Heef [G] op jouw handen, [C] verheef jouw stem, [G] vraag Jezus wat jij [C] wil hebben.
Hij [F] geeft jou prijzen, je [C] eeuwige leven, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, voel jij verloeren?
Te moe [F] om te strijden?
Leen [C] maar op hond, wan kracht [G] zal jij krijgen.
Heet jij [C] soms vreesen?
Te bang [F] om te lachen?
Vertrouw [C] maar op hond,
[G] wan Jezus [C] geeft kracht.
Heef op [G] jouw handen, verheef [C] jouw stem,
[G] vraag Jezus wat jij [C] wil hebben.
Hij [F] geeft jou prijzen, je [C] eeuwige leven,
verbie op [G] omwacht.
Geef [C] Jezus kracht, verbie [G] op omwacht.
Geef [C] Jezus kracht,
[A] [D] [A]
[D] tijdens de spijt, [G] naast de graaf.
Hou [D] vast aan hond, [A] wan Jezus [D] geeft kracht.
[G]
[D] [A]
[D]
Heef op [A] jouw handen, verheef [D] jouw stem, vraag [A] Jezus wat jij [D] wil hebben.
Hij geeft [G] jou prijzen, je [D] eeuwige leven, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht,
heef op [A] jouw handen, verheef [D] jouw stem, vraag [A] Jezus wat jij [D] wil hebben.
Hij geeft [G] jou prijzen, je [D] eeuwige leven, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht, verbie op [A] omwacht.
Geef [D] Jezus kracht.
Key:
C
G
D
A
F
C
G
D
[F] _ [C] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Waar is uw vruchten? _ _ _
Voel jij [F] belast? _ _ _
Is jij [C] vermoeid? _ _ _
Jezus [G] geeft kracht! _ _ _ _
[C] Is jij eenzaam? _ _ _
Voel jij [F] alleen? _ _ _ _
Vertel [C] dit verhond, _ _ [G] _ wan kracht [C] zal Hij geven! _ _ _ _
Heef [G] op jouw _ handen, _ _ _ [C] verheef jouw stem, _ _ _ _ [G] vraag Jezus _ _ _ wat jij [C] wil hebben. _ _ _
Hij [F] geeft jou _ _ prijzen, je [C] eeuwige leven, _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ voel jij _ verloeren?
_ _ Te moe [F] om te strijden? _ _ _ _
Leen [C] maar op hond, _ _ _ wan kracht [G] zal jij krijgen. _ _ _ _
Heet jij [C] soms vreesen?
_ _ Te bang [F] om te lachen? _ _ _ _
Vertrouw [C] maar op hond,
_ _ [G] _ wan Jezus [C] geeft _ kracht. _ _
Heef op [G] jouw handen, _ _ _ verheef [C] jouw stem, _ _ _ _
[G] vraag Jezus _ _ _ wat jij [C] wil hebben. _ _ _
Hij [F] geeft jou _ _ prijzen, je [C] eeuwige leven, _ _ _
verbie op [G] omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ _
_ [A] _ _ [D] _ _ [A] _ _ _
[D] tijdens de _ spijt, _ _ _ [G] naast de graaf. _ _ _ _
Hou [D] vast aan hond, _ _ [A] _ wan Jezus [D] geeft kracht. _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [G] _ _ _ _ _ _ _
_ [D] _ _ _ _ [A] _ _ _
_ [D] _ _ _ _ _ _
Heef op [A] jouw _ _ handen, _ verheef [D] jouw stem, _ _ _ vraag [A] _ _ Jezus _ _ wat jij [D] wil _ hebben. _ _
Hij geeft [G] jou _ _ prijzen, je [D] eeuwige leven, _ _ _ verbie op [A] _ omwacht.
_ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie op [A] _ omwacht.
_ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _
heef op [A] jouw _ handen, _ _ verheef [D] jouw stem, _ _ _ vraag [A] Jezus _ _ _ wat jij [D] wil hebben. _ _ _
Hij geeft [G] jou _ _ prijzen, je [D] eeuwige leven, _ _ _ verbie op [A] omwacht.
_ _ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie op [A] omwacht. _ _ _ _
Geef _ [D] Jezus _ kracht. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Waar is uw vruchten? _ _ _
Voel jij [F] belast? _ _ _
Is jij [C] vermoeid? _ _ _
Jezus [G] geeft kracht! _ _ _ _
[C] Is jij eenzaam? _ _ _
Voel jij [F] alleen? _ _ _ _
Vertel [C] dit verhond, _ _ [G] _ wan kracht [C] zal Hij geven! _ _ _ _
Heef [G] op jouw _ handen, _ _ _ [C] verheef jouw stem, _ _ _ _ [G] vraag Jezus _ _ _ wat jij [C] wil hebben. _ _ _
Hij [F] geeft jou _ _ prijzen, je [C] eeuwige leven, _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ voel jij _ verloeren?
_ _ Te moe [F] om te strijden? _ _ _ _
Leen [C] maar op hond, _ _ _ wan kracht [G] zal jij krijgen. _ _ _ _
Heet jij [C] soms vreesen?
_ _ Te bang [F] om te lachen? _ _ _ _
Vertrouw [C] maar op hond,
_ _ [G] _ wan Jezus [C] geeft _ kracht. _ _
Heef op [G] jouw handen, _ _ _ verheef [C] jouw stem, _ _ _ _
[G] vraag Jezus _ _ _ wat jij [C] wil hebben. _ _ _
Hij [F] geeft jou _ _ prijzen, je [C] eeuwige leven, _ _ _
verbie op [G] omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie [G] op omwacht.
_ _ _ Geef [C] Jezus kracht, _ _ _ _ _
_ [A] _ _ [D] _ _ [A] _ _ _
[D] tijdens de _ spijt, _ _ _ [G] naast de graaf. _ _ _ _
Hou [D] vast aan hond, _ _ [A] _ wan Jezus [D] geeft kracht. _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [G] _ _ _ _ _ _ _
_ [D] _ _ _ _ [A] _ _ _
_ [D] _ _ _ _ _ _
Heef op [A] jouw _ _ handen, _ verheef [D] jouw stem, _ _ _ vraag [A] _ _ Jezus _ _ wat jij [D] wil _ hebben. _ _
Hij geeft [G] jou _ _ prijzen, je [D] eeuwige leven, _ _ _ verbie op [A] _ omwacht.
_ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie op [A] _ omwacht.
_ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _
heef op [A] jouw _ handen, _ _ verheef [D] jouw stem, _ _ _ vraag [A] Jezus _ _ _ wat jij [D] wil hebben. _ _ _
Hij geeft [G] jou _ _ prijzen, je [D] eeuwige leven, _ _ _ verbie op [A] omwacht.
_ _ _ Geef [D] Jezus kracht, _ _ _ _ verbie op [A] omwacht. _ _ _ _
Geef _ [D] Jezus _ kracht. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _