Chords for Karin Bloemen - Geen kind meer (met tekst op clip)
Tempo:
126.2 bpm
Chords used:
Ebm
Cm
Eb
G
Bb
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[C]
[Cm] [Eb] [Fm]
[C]
[Ebm] [Fm] [Ab]
[Cm]
[Ab] [D]
[G] Je leeft je eigen [Cm] leven, wat [Fm] zij er ook van vindt.
[G] Je bent allang geen kind meer, [D] al blijf je ook haar [Cm] kind.
Je wilt erover praten, [Fm] maar niet op haar manier.
[Eb] Je zult haar best [Bb] verdriet doen, [G] maar niet voor je plezier.
[Eb] Wat moet je nog [D] met [F] haar en [Cm] met haar ouderlijk [Bm] gezag?
[Ab] En dan opeens, dan is hier [G] die dag.
[Fm]
[C] [Cm]
[Ab]
[G] De [Cm] dag waarop je moeder sterft, [Fm] dat jij wordt losgelaten.
En [G] al haar eigenschappen ernst, [D] die jij zo in haar [Cm] haken.
De scherpe tong, de bokkenpijp, [C] de zure [Fm] schoole vrouw.
[F] Die zullen ze [Bb] dan binnenkort [G] herkennen gaan in jou.
[Eb] En hopelijk ook [D] de andere kant, [Cm] de aardige, de [Bm] zachte.
[Ab] Maar of je die hebt meegeërfd, [G] valt nog maar af te wachten.
[Eb] De dag waarna [D] de rest een [Cm] kwestie wordt van [Bm] tijd en pijn.
[Ab] De dag waarna je nooit meer [G] kind zult zijn.
[Abm] [Eb] [Ebm]
[B]
[Bb]
Wat [Ebm] al die jaren fout ging, komt dan [Abm] niet meer terecht.
En wat je nog wou zeggen, blijft eeuwig [Ebm] ongezet.
De machteloze frazen van je genegenheid.
En [Db] dat het niet haar [Db] schuld was, [Bb] en ook dat het je spijt.
De [Ebm] dingen die je lang niet zeggen kon en [Dm] zeggen wou.
En [B] dan zo graag nog één keer [Bb] zeggen zou.
[B]
[Eb]
[Ebm] [B]
[Eb]
[B] [Bbm]
[B]
[F] [Bb]
[Ebm] De dag waarop je moeder sterft.
De dag [Abm] die al je dagen [F] vanaf dan af aan het grijs erverft.
[Abm] Al hou je niks [Ebm] te klagen.
Je hebt je goede vrienden nog, [Gb] die staan je ook [Abm] dichtbij.
[Gb] En als je soms een [Db] minnaar zoekt, [Bb] dan staan ze in de rij.
[Gb] Maar niemand zal [F] meer weten, [Ebm] hoe je met [Eb] je pop kon [B]
spelen.
En niemand zal nog ooit, je vroegste [Bb] vroeger met je delen.
[Gb] De dag [Ebm] waarna je nooit meer kwetsbaar wezen kunt en [B] klein.
De dag waarna [Bb] je nooit meer kind [Eb] zult zijn.
[Ebm]
***
[Cm] [Eb] [Fm]
[C]
[Ebm] [Fm] [Ab]
[Cm]
[Ab] [D]
[G] Je leeft je eigen [Cm] leven, wat [Fm] zij er ook van vindt.
[G] Je bent allang geen kind meer, [D] al blijf je ook haar [Cm] kind.
Je wilt erover praten, [Fm] maar niet op haar manier.
[Eb] Je zult haar best [Bb] verdriet doen, [G] maar niet voor je plezier.
[Eb] Wat moet je nog [D] met [F] haar en [Cm] met haar ouderlijk [Bm] gezag?
[Ab] En dan opeens, dan is hier [G] die dag.
[Fm]
[C] [Cm]
[Ab]
[G] De [Cm] dag waarop je moeder sterft, [Fm] dat jij wordt losgelaten.
En [G] al haar eigenschappen ernst, [D] die jij zo in haar [Cm] haken.
De scherpe tong, de bokkenpijp, [C] de zure [Fm] schoole vrouw.
[F] Die zullen ze [Bb] dan binnenkort [G] herkennen gaan in jou.
[Eb] En hopelijk ook [D] de andere kant, [Cm] de aardige, de [Bm] zachte.
[Ab] Maar of je die hebt meegeërfd, [G] valt nog maar af te wachten.
[Eb] De dag waarna [D] de rest een [Cm] kwestie wordt van [Bm] tijd en pijn.
[Ab] De dag waarna je nooit meer [G] kind zult zijn.
[Abm] [Eb] [Ebm]
[B]
[Bb]
Wat [Ebm] al die jaren fout ging, komt dan [Abm] niet meer terecht.
En wat je nog wou zeggen, blijft eeuwig [Ebm] ongezet.
De machteloze frazen van je genegenheid.
En [Db] dat het niet haar [Db] schuld was, [Bb] en ook dat het je spijt.
De [Ebm] dingen die je lang niet zeggen kon en [Dm] zeggen wou.
En [B] dan zo graag nog één keer [Bb] zeggen zou.
[B]
[Eb]
[Ebm] [B]
[Eb]
[B] [Bbm]
[B]
[F] [Bb]
[Ebm] De dag waarop je moeder sterft.
De dag [Abm] die al je dagen [F] vanaf dan af aan het grijs erverft.
[Abm] Al hou je niks [Ebm] te klagen.
Je hebt je goede vrienden nog, [Gb] die staan je ook [Abm] dichtbij.
[Gb] En als je soms een [Db] minnaar zoekt, [Bb] dan staan ze in de rij.
[Gb] Maar niemand zal [F] meer weten, [Ebm] hoe je met [Eb] je pop kon [B]
spelen.
En niemand zal nog ooit, je vroegste [Bb] vroeger met je delen.
[Gb] De dag [Ebm] waarna je nooit meer kwetsbaar wezen kunt en [B] klein.
De dag waarna [Bb] je nooit meer kind [Eb] zult zijn.
[Ebm]
***
Key:
Ebm
Cm
Eb
G
Bb
Ebm
Cm
Eb
_ _ _ _ _ [C] _ _ _
[Cm] _ _ _ _ [Eb] _ _ _ [Fm] _
_ _ _ [C] _ _ _ _ _
_ [Ebm] _ _ _ [Fm] _ _ _ [Ab] _
_ _ [Cm] _ _ _ _ _ _
[Ab] _ _ _ _ _ [D] _ _ _
_ [G] _ _ _ Je leeft je eigen [Cm] leven, wat [Fm] zij er ook van _ vindt.
[G] Je bent allang geen kind meer, [D] al blijf je ook haar [Cm] kind.
_ Je wilt erover praten, _ [Fm] maar niet op haar _ manier.
[Eb] Je zult haar best [Bb] verdriet doen, [G] maar niet voor je plezier. _
[Eb] Wat moet je nog [D] met [F] haar en [Cm] met haar ouderlijk [Bm] _ gezag?
[Ab] En dan opeens, dan is hier [G] die _ _ dag.
_ _ _ _ [Fm] _ _ _
_ _ [C] _ _ [Cm] _ _ _ _
_ _ _ [Ab] _ _ _ _ _
[G] _ _ _ _ _ De [Cm] dag waarop je moeder sterft, [Fm] dat jij wordt losgelaten.
_ En [G] al haar eigenschappen ernst, [D] die jij zo in haar [Cm] haken. _
De scherpe tong, de bokkenpijp, [C] de zure [Fm] schoole vrouw.
[F] Die zullen ze [Bb] dan binnenkort [G] herkennen gaan in jou.
_ [Eb] En hopelijk ook [D] de andere kant, [Cm] de aardige, de [Bm] zachte.
_ [Ab] Maar of je die hebt meegeërfd, [G] valt nog maar af te wachten.
_ [Eb] De dag waarna [D] de rest een [Cm] kwestie wordt van [Bm] tijd en pijn.
[Ab] De dag waarna je nooit meer [G] kind zult _ zijn. _ _ _ _
[Abm] _ _ _ _ [Eb] _ _ _ [Ebm] _
_ _ _ _ [B] _ _ _ _
_ [Bb] _ _ _ _ _ _
Wat [Ebm] al die jaren fout ging, komt dan [Abm] niet meer terecht.
_ En wat je nog wou zeggen, blijft eeuwig [Ebm] ongezet.
_ De machteloze frazen van je _ _ genegenheid.
En [Db] dat het niet haar [Db] schuld was, [Bb] en ook dat het je spijt.
De [Ebm] dingen die je lang niet zeggen kon en [Dm] zeggen wou.
En [B] dan zo graag nog één keer [Bb] zeggen zou.
_ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ _ [Eb] _ _ _ _
[Ebm] _ _ _ _ [B] _ _ _ _
_ [Eb] _ _ _ _ _ _ _
[B] _ _ _ _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ [Ebm] De dag waarop je moeder sterft. _
De dag [Abm] die al je dagen [F] vanaf dan af aan het grijs erverft.
[Abm] Al hou je niks [Ebm] te klagen.
_ Je hebt je goede vrienden nog, [Gb] die staan je ook [Abm] dichtbij. _
[Gb] En als je soms een [Db] minnaar zoekt, [Bb] dan staan ze in de rij.
[Gb] Maar niemand zal [F] meer weten, [Ebm] hoe je met [Eb] je pop kon [B]
spelen.
_ En niemand zal nog ooit, je vroegste [Bb] vroeger met je delen.
_ [Gb] De dag [Ebm] waarna je nooit meer kwetsbaar wezen kunt en [B] _ klein.
_ De dag waarna [Bb] je nooit _ meer _ kind _ [Eb] zult zijn.
[Ebm] _
_ _ _ _ _ _ ***
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[Cm] _ _ _ _ [Eb] _ _ _ [Fm] _
_ _ _ [C] _ _ _ _ _
_ [Ebm] _ _ _ [Fm] _ _ _ [Ab] _
_ _ [Cm] _ _ _ _ _ _
[Ab] _ _ _ _ _ [D] _ _ _
_ [G] _ _ _ Je leeft je eigen [Cm] leven, wat [Fm] zij er ook van _ vindt.
[G] Je bent allang geen kind meer, [D] al blijf je ook haar [Cm] kind.
_ Je wilt erover praten, _ [Fm] maar niet op haar _ manier.
[Eb] Je zult haar best [Bb] verdriet doen, [G] maar niet voor je plezier. _
[Eb] Wat moet je nog [D] met [F] haar en [Cm] met haar ouderlijk [Bm] _ gezag?
[Ab] En dan opeens, dan is hier [G] die _ _ dag.
_ _ _ _ [Fm] _ _ _
_ _ [C] _ _ [Cm] _ _ _ _
_ _ _ [Ab] _ _ _ _ _
[G] _ _ _ _ _ De [Cm] dag waarop je moeder sterft, [Fm] dat jij wordt losgelaten.
_ En [G] al haar eigenschappen ernst, [D] die jij zo in haar [Cm] haken. _
De scherpe tong, de bokkenpijp, [C] de zure [Fm] schoole vrouw.
[F] Die zullen ze [Bb] dan binnenkort [G] herkennen gaan in jou.
_ [Eb] En hopelijk ook [D] de andere kant, [Cm] de aardige, de [Bm] zachte.
_ [Ab] Maar of je die hebt meegeërfd, [G] valt nog maar af te wachten.
_ [Eb] De dag waarna [D] de rest een [Cm] kwestie wordt van [Bm] tijd en pijn.
[Ab] De dag waarna je nooit meer [G] kind zult _ zijn. _ _ _ _
[Abm] _ _ _ _ [Eb] _ _ _ [Ebm] _
_ _ _ _ [B] _ _ _ _
_ [Bb] _ _ _ _ _ _
Wat [Ebm] al die jaren fout ging, komt dan [Abm] niet meer terecht.
_ En wat je nog wou zeggen, blijft eeuwig [Ebm] ongezet.
_ De machteloze frazen van je _ _ genegenheid.
En [Db] dat het niet haar [Db] schuld was, [Bb] en ook dat het je spijt.
De [Ebm] dingen die je lang niet zeggen kon en [Dm] zeggen wou.
En [B] dan zo graag nog één keer [Bb] zeggen zou.
_ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ _ [Eb] _ _ _ _
[Ebm] _ _ _ _ [B] _ _ _ _
_ [Eb] _ _ _ _ _ _ _
[B] _ _ _ _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ [B] _ _ _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ [Ebm] De dag waarop je moeder sterft. _
De dag [Abm] die al je dagen [F] vanaf dan af aan het grijs erverft.
[Abm] Al hou je niks [Ebm] te klagen.
_ Je hebt je goede vrienden nog, [Gb] die staan je ook [Abm] dichtbij. _
[Gb] En als je soms een [Db] minnaar zoekt, [Bb] dan staan ze in de rij.
[Gb] Maar niemand zal [F] meer weten, [Ebm] hoe je met [Eb] je pop kon [B]
spelen.
_ En niemand zal nog ooit, je vroegste [Bb] vroeger met je delen.
_ [Gb] De dag [Ebm] waarna je nooit meer kwetsbaar wezen kunt en [B] _ klein.
_ De dag waarna [Bb] je nooit _ meer _ kind _ [Eb] zult zijn.
[Ebm] _
_ _ _ _ _ _ ***
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _