Chords for KATASTROOF - AENTWAERPE SCHOON EN GOED (akoestische versie 2011)
Tempo:
98.15 bpm
Chords used:
Bm
A
F#m
E
Em
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
Ik ben verkocht [A] om de stad om te [Bm]
schelden, ik ben verknokt [A] om de stad om te [Bm]
strooien.
Dit is toch het ooit, [A] mijn prachtige [Bm]
beelden, brabant weer [A] rommels, de stad is [Bm] een droom.
Altijd ga straalij door Petrieën te wachten, en al zoveel vreemdduilingen heb ik gehoord.
Maar ik heb toch, ik heb ingedacht, dat ik [E] ons al stillen gesnekken als [Bm] koffermoor.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien.
Zit ik op een bank [F#m] om de plaatsje aan het [Bm] zien taanenke, taan is de klank [F#m] van de stad zo [Bm] dichtbij,
dan denk ik [A] stillekes, dez is [Bm] het manenke, wat ik hier zing, [F#m] da's een [Bm]
schilderij.
De kathedraal en de Borenklauren, dan droom ik weg, het wordt interessant.
Ik zing in Stadspark bij het Tochtendgelaar, Filip [Em] en de Patrick, de [Bm] zomaand in Aans.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat klopt, [Bm] verreden rien.
Vanom de grens [A] tot ontuit van [Bm] de kooien, zee die dremmings [F#m] voor de wereld [Bm]
begint, miljoenen [A] lichten die niet uit zijn [Bm] te draaien, die plusteren [A] verplichten als de booi [Bm] hoort klinkt.
Ik zing in gebouwen, ik zing [F#m] in getouwen, en tot de dag dat de [G] pendezen moet gaan, zweer ik dat ik nooit een woord in geluiden, over mijn Antwerpen zing ik [Bm] spontaan.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien.
[A] [Bm]
[A] [Bm]
[A] [Bm]
[F#m] [Bm]
[A]
Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de bloed, [A]
van het schuin [Bm] tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] verreden rien.
[A] Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm]
verreden [B] rien.
schelden, ik ben verknokt [A] om de stad om te [Bm]
strooien.
Dit is toch het ooit, [A] mijn prachtige [Bm]
beelden, brabant weer [A] rommels, de stad is [Bm] een droom.
Altijd ga straalij door Petrieën te wachten, en al zoveel vreemdduilingen heb ik gehoord.
Maar ik heb toch, ik heb ingedacht, dat ik [E] ons al stillen gesnekken als [Bm] koffermoor.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien.
Zit ik op een bank [F#m] om de plaatsje aan het [Bm] zien taanenke, taan is de klank [F#m] van de stad zo [Bm] dichtbij,
dan denk ik [A] stillekes, dez is [Bm] het manenke, wat ik hier zing, [F#m] da's een [Bm]
schilderij.
De kathedraal en de Borenklauren, dan droom ik weg, het wordt interessant.
Ik zing in Stadspark bij het Tochtendgelaar, Filip [Em] en de Patrick, de [Bm] zomaand in Aans.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat klopt, [Bm] verreden rien.
Vanom de grens [A] tot ontuit van [Bm] de kooien, zee die dremmings [F#m] voor de wereld [Bm]
begint, miljoenen [A] lichten die niet uit zijn [Bm] te draaien, die plusteren [A] verplichten als de booi [Bm] hoort klinkt.
Ik zing in gebouwen, ik zing [F#m] in getouwen, en tot de dag dat de [G] pendezen moet gaan, zweer ik dat ik nooit een woord in geluiden, over mijn Antwerpen zing ik [Bm] spontaan.
[A] Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien.
[A] [Bm]
[A] [Bm]
[A] [Bm]
[F#m] [Bm]
[A]
Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de bloed, [A]
van het schuin [Bm] tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] verreden rien.
[A] Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm]
verreden [B] rien.
Key:
Bm
A
F#m
E
Em
Bm
A
F#m
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
Ik ben verkocht [A] om de stad om te [Bm]
schelden, ik ben verknokt [A] om de stad om te [Bm]
strooien.
Dit is toch het ooit, [A] mijn prachtige [Bm]
beelden, brabant weer [A] rommels, de stad is [Bm] een droom. _ _ _ _
Altijd ga straalij door Petrieën te wachten, en al zoveel vreemdduilingen heb ik gehoord.
Maar ik heb toch, ik heb ingedacht, dat ik [E] ons al stillen gesnekken als [Bm] _ koffermoor.
_ _ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat [Bm] klopt, verreden _ rien.
Zit ik op een bank [F#m] om de plaatsje aan het [Bm] zien taanenke, taan is de klank [F#m] van de stad zo [Bm] dichtbij,
dan denk ik [A] stillekes, dez is [Bm] het manenke, wat ik hier zing, [F#m] da's een [Bm]
schilderij.
_ _ _ De kathedraal en de Borenklauren, dan droom ik weg, het wordt interessant.
Ik zing in Stadspark bij het Tochtendgelaar, Filip [Em] en de Patrick, de [Bm] zomaand in Aans.
_ _ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat klopt, [Bm] _ verreden rien. _
Vanom de grens [A] tot ontuit van [Bm] de kooien, zee die dremmings [F#m] voor de wereld [Bm]
begint, miljoenen [A] lichten die niet uit zijn [Bm] te draaien, die plusteren [A] verplichten als de booi [Bm] hoort klinkt.
Ik _ _ zing in gebouwen, ik zing [F#m] in getouwen, en tot de dag dat de [G] pendezen moet gaan, zweer ik dat ik nooit een woord in geluiden, over mijn Antwerpen zing ik _ [Bm] spontaan.
_ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien. _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [F#m] _ _ [Bm] _
_ _ _ _ _ [A]
Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de bloed, [A]
van het schuin [Bm] tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] _ verreden _ rien.
[A] Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] _
verreden _ _ [B] rien.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _
Ik ben verkocht [A] om de stad om te [Bm]
schelden, ik ben verknokt [A] om de stad om te [Bm]
strooien.
Dit is toch het ooit, [A] mijn prachtige [Bm]
beelden, brabant weer [A] rommels, de stad is [Bm] een droom. _ _ _ _
Altijd ga straalij door Petrieën te wachten, en al zoveel vreemdduilingen heb ik gehoord.
Maar ik heb toch, ik heb ingedacht, dat ik [E] ons al stillen gesnekken als [Bm] _ koffermoor.
_ _ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat [Bm] klopt, verreden _ rien.
Zit ik op een bank [F#m] om de plaatsje aan het [Bm] zien taanenke, taan is de klank [F#m] van de stad zo [Bm] dichtbij,
dan denk ik [A] stillekes, dez is [Bm] het manenke, wat ik hier zing, [F#m] da's een [Bm]
schilderij.
_ _ _ De kathedraal en de Borenklauren, dan droom ik weg, het wordt interessant.
Ik zing in Stadspark bij het Tochtendgelaar, Filip [Em] en de Patrick, de [Bm] zomaand in Aans.
_ _ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat klopt, [Bm] _ verreden rien. _
Vanom de grens [A] tot ontuit van [Bm] de kooien, zee die dremmings [F#m] voor de wereld [Bm]
begint, miljoenen [A] lichten die niet uit zijn [Bm] te draaien, die plusteren [A] verplichten als de booi [Bm] hoort klinkt.
Ik _ _ zing in gebouwen, ik zing [F#m] in getouwen, en tot de dag dat de [G] pendezen moet gaan, zweer ik dat ik nooit een woord in geluiden, over mijn Antwerpen zing ik _ [Bm] spontaan.
_ _ [A] _ Want [Bm] maar per schoen en [A] goot, geld dat [Bm] is in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het [A] stier, al hard, dat [Bm] klopt, verreden rien. _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [A] _ _ [Bm] _
_ _ _ [F#m] _ _ [Bm] _
_ _ _ _ _ [A]
Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de bloed, [A]
van het schuin [Bm] tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] _ verreden _ rien.
[A] Want maar [Bm] per schoen en [A] goot, geld dat is [Bm] in jou de [A] bloed, van het [Bm] schuin tot on het stier, [A] al hard, dat klopt, [Bm] _
verreden _ _ [B] rien.
_ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _