Chords for Mannes - Wie zegt mij welterusten
Tempo:
82.1 bpm
Chords used:
E
A
B
G
Gb
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret

Start Jamming...
[G]
[E]
[A] [B] [Gb]
[E] Als u nooit een ander vindt, wie beantwoordt dan [D] al je [A] vragen?
[B] Wie doet ooit je eenzaamheid, als er niemand is om [E] mee te praten?
[B] Dan is het [B] zwaar.
[E] Het leven is soms heel erg hard.
Het is zo fijn om alles te [A] kunnen delen.
[B] Maar het missen van een medemens geldt helaas nog steeds [E] voor zo'n velen.
Wie zegt mij [A] wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
[E] Als je dan die ander vindt, die het leven wel met [A] jou wil delen.
[B] Dan verdwijnt de eenzaamheid, die maakt plaats voor liefde, [E] waarde en geluk.
[B] Heel veel geluk.
[E] En dan denk je nu en dan, hoe heb ik ooit zo [A] kunnen leven?
[B] Je beseft hoe fijn het is, om geluk te krijgen [E] en te geven.
Wie zegt [A] mij wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
Wie zegt [A] mij wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
[E]
[Bb] [A]
[E]
[A] [B] [Gb]
[E] Als u nooit een ander vindt, wie beantwoordt dan [D] al je [A] vragen?
[B] Wie doet ooit je eenzaamheid, als er niemand is om [E] mee te praten?
[B] Dan is het [B] zwaar.
[E] Het leven is soms heel erg hard.
Het is zo fijn om alles te [A] kunnen delen.
[B] Maar het missen van een medemens geldt helaas nog steeds [E] voor zo'n velen.
Wie zegt mij [A] wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
[E] Als je dan die ander vindt, die het leven wel met [A] jou wil delen.
[B] Dan verdwijnt de eenzaamheid, die maakt plaats voor liefde, [E] waarde en geluk.
[B] Heel veel geluk.
[E] En dan denk je nu en dan, hoe heb ik ooit zo [A] kunnen leven?
[B] Je beseft hoe fijn het is, om geluk te krijgen [E] en te geven.
Wie zegt [A] mij wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
Wie zegt [A] mij wat rusten?
Wie geeft [E] mij zoen?
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan?
Wie zou dat [B] willen doen?
[E]
[Bb] [A]
Key:
E
A
B
G
Gb
E
A
B
_ _ _ _ _ _ _ [G] _
_ _ [E] _ _ _ _ _ _
[A] _ _ _ [B] _ _ _ _ [Gb] _
_ [E] _ _ Als u nooit een ander vindt, wie beantwoordt dan [D] al je [A] vragen? _ _
_ _ _ [B] Wie doet ooit je eenzaamheid, als er niemand is om [E] mee te praten?
[B] Dan is het [B] zwaar.
_ [E] Het leven is soms heel erg hard.
Het is zo fijn om alles te [A] kunnen _ delen. _
_ _ _ [B] Maar het missen van een medemens geldt helaas nog steeds [E] voor zo'n _ velen. _
Wie zegt mij [A] wat _ rusten? _
Wie geeft [E] mij zoen? _ _ _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
_ _ _ [E] Als je dan die ander vindt, die het leven wel met [A] jou wil delen. _
_ _ _ [B] Dan verdwijnt de eenzaamheid, die maakt plaats voor liefde, [E] waarde en geluk.
[B] Heel veel geluk.
[E] En dan denk je nu en dan, hoe heb ik ooit zo [A] kunnen leven? _ _
_ _ _ [B] Je beseft hoe fijn het is, om geluk te krijgen [E] en te geven. _ _ _
Wie zegt [A] mij wat rusten? _ _
Wie geeft [E] mij zoen? _ _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
Wie zegt [A] mij wat _ _ rusten?
_ Wie geeft [E] mij _ zoen? _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
_ _ _ [E] _ _ _ _ _
_ _ _ [Bb] _ _ [A] _ _ _
_ _ [E] _ _ _ _ _ _
[A] _ _ _ [B] _ _ _ _ [Gb] _
_ [E] _ _ Als u nooit een ander vindt, wie beantwoordt dan [D] al je [A] vragen? _ _
_ _ _ [B] Wie doet ooit je eenzaamheid, als er niemand is om [E] mee te praten?
[B] Dan is het [B] zwaar.
_ [E] Het leven is soms heel erg hard.
Het is zo fijn om alles te [A] kunnen _ delen. _
_ _ _ [B] Maar het missen van een medemens geldt helaas nog steeds [E] voor zo'n _ velen. _
Wie zegt mij [A] wat _ rusten? _
Wie geeft [E] mij zoen? _ _ _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
_ _ _ [E] Als je dan die ander vindt, die het leven wel met [A] jou wil delen. _
_ _ _ [B] Dan verdwijnt de eenzaamheid, die maakt plaats voor liefde, [E] waarde en geluk.
[B] Heel veel geluk.
[E] En dan denk je nu en dan, hoe heb ik ooit zo [A] kunnen leven? _ _
_ _ _ [B] Je beseft hoe fijn het is, om geluk te krijgen [E] en te geven. _ _ _
Wie zegt [A] mij wat rusten? _ _
Wie geeft [E] mij zoen? _ _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
Wie zegt [A] mij wat _ _ rusten?
_ Wie geeft [E] mij _ zoen? _
Wie kruipt [A] snelst tegen me aan? _
Wie zou dat [B] willen doen? _ _ _
_ _ _ [E] _ _ _ _ _
_ _ _ [Bb] _ _ [A] _ _ _