Chords for Pruuf Mar - Zoeëmar dat moment (Finalist LVK 2019)
Tempo:
159.6 bpm
Chords used:
D
C
G
Cm
F
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret

Jam Along & Learn...
[Bb] [C]
Lopende drie dagen, [Eb] ging ik rustig ermee heen.
[F] Al trommelde en blooste het, [C] ik voel me [Gm] kalm waar ik ben.
Zie dat [Cm] meisjes wonen, [Eb] vele vriends bovenop hun nek.
Later wil ze groot zien, maar ze zitten [D] dus klaar, dat is niet [G] zo gek.
Hun heeft maak [D] met zinglood [F] zien, wat vast [G] belovend is.
[D] Zomaar [C]
dat
Lopende drie dagen, [Eb] ging ik rustig ermee heen.
[F] Al trommelde en blooste het, [C] ik voel me [Gm] kalm waar ik ben.
Zie dat [Cm] meisjes wonen, [Eb] vele vriends bovenop hun nek.
Later wil ze groot zien, maar ze zitten [D] dus klaar, dat is niet [G] zo gek.
Hun heeft maak [D] met zinglood [F] zien, wat vast [G] belovend is.
[D] Zomaar [C]
dat
100% ➙ 160BPM
D
C
G
Cm
F
D
C
G
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [Bb] _ _ _ [C] _
_ Lopende drie dagen, [Eb] ging ik rustig ermee _ heen.
[F] Al trommelde en blooste het, [C] ik voel me [Gm] kalm waar ik ben. _ _
Zie dat [Cm] meisjes wonen, _ [Eb] vele vriends bovenop hun nek.
_ _ [F] _
Later wil ze groot zien, maar ze zitten [D] dus klaar, dat is niet [G] zo gek.
_ _ [Cm]
Hun heeft maak [D] met _ zinglood [F] zien, wat vast [G] belovend is. _ _
_ _ _ _ [D] _ Zomaar [C] _
_ _ _ _ dat_
[D] Die ze _ neerhebben, [Em] gauw.
_ [C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ [G] _
_ _ _ _ [D] Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [Bm] Als we jou beschrijven, [C] samen blijven [D] in z'n muur rijden.
We _ [G] hebben _ _ _ [D] _ zomaar ons [G] _
moment.
_ _ _ _ _ [Cm] _
Struik langzaam verder, [Eb] je vast belovend _ tiraat.
_ [F]
Zie ik zoveel meer, je rood [Cm]-gebruine hart, dat steeds [G] _ _ verbarst.
[Cm] Wat zit [D] hier aan [Cm] de bak, met meer [Eb] dan de kleuren op z'n snuit.
_ [F] Laag slikken, oor dat nekje, en ze snippelt [C] heet wat voor [G] liefde is.
_ _ [Cm]
Hun hoofd maakt met [D] _ zinglood zien, [F] wat vast _ [G] belovend _ is. _
_ _ _ [D] _ Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [D] Die ze _ neerhebben, [Em] _ _ gauw.
[C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ [G] _
_ _ _ [D] _ Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [Bm] Als we jou [C] beschrijven, samen blijven [D] in z'n muur rijden.
We hebben _ _ _ _ _ _ zomaar ons moment.
_ [Bm] _ Al die _ momenten.
_ [C] Al wat _ gebeurt.
[D] _ _ _ Iedereen _ anders, [Em] is wat vast belovend [C] _
_ _ _ [D] _ _ kleurt.
[G]
Zo _ _ [D] maar dat [C] moment.
_ _ _ _ _ Die [D] ze _ neerhebben, [Em] gauw.
_ _ [C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ _ [G]
Zo _ [D] maar _ dat [C] moment.
_ _ _ _ _ Als [Bm] we jou _ [C] beschrijven, samen _ blijven [D] in z'n muur rijden.
We hebben _ _ _ _ _ _ zomaar ons [G] moment.
_ _ _ [Bb] _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [Bb] _ _ _ [C] _
_ Lopende drie dagen, [Eb] ging ik rustig ermee _ heen.
[F] Al trommelde en blooste het, [C] ik voel me [Gm] kalm waar ik ben. _ _
Zie dat [Cm] meisjes wonen, _ [Eb] vele vriends bovenop hun nek.
_ _ [F] _
Later wil ze groot zien, maar ze zitten [D] dus klaar, dat is niet [G] zo gek.
_ _ [Cm]
Hun heeft maak [D] met _ zinglood [F] zien, wat vast [G] belovend is. _ _
_ _ _ _ [D] _ Zomaar [C] _
_ _ _ _ dat_
[D] Die ze _ neerhebben, [Em] gauw.
_ [C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ [G] _
_ _ _ _ [D] Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [Bm] Als we jou beschrijven, [C] samen blijven [D] in z'n muur rijden.
We _ [G] hebben _ _ _ [D] _ zomaar ons [G] _
moment.
_ _ _ _ _ [Cm] _
Struik langzaam verder, [Eb] je vast belovend _ tiraat.
_ [F]
Zie ik zoveel meer, je rood [Cm]-gebruine hart, dat steeds [G] _ _ verbarst.
[Cm] Wat zit [D] hier aan [Cm] de bak, met meer [Eb] dan de kleuren op z'n snuit.
_ [F] Laag slikken, oor dat nekje, en ze snippelt [C] heet wat voor [G] liefde is.
_ _ [Cm]
Hun hoofd maakt met [D] _ zinglood zien, [F] wat vast _ [G] belovend _ is. _
_ _ _ [D] _ Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [D] Die ze _ neerhebben, [Em] _ _ gauw.
[C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ [G] _
_ _ _ [D] _ Zomaar dat [C]
moment.
_ _ _ _ _ [Bm] Als we jou [C] beschrijven, samen blijven [D] in z'n muur rijden.
We hebben _ _ _ _ _ _ zomaar ons moment.
_ [Bm] _ Al die _ momenten.
_ [C] Al wat _ gebeurt.
[D] _ _ _ Iedereen _ anders, [Em] is wat vast belovend [C] _
_ _ _ [D] _ _ kleurt.
[G]
Zo _ _ [D] maar dat [C] moment.
_ _ _ _ _ Die [D] ze _ neerhebben, [Em] gauw.
_ _ [C] Dus dat moet zijn, [D] gauw.
_ _ _ [G]
Zo _ [D] maar _ dat [C] moment.
_ _ _ _ _ Als [Bm] we jou _ [C] beschrijven, samen _ blijven [D] in z'n muur rijden.
We hebben _ _ _ _ _ _ zomaar ons [G] moment.
_ _ _ [Bb] _ _ _ _ [Bbm] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _























