Spontaan Chords by Riaan Benadé
Tempo:
124.5 bpm
Chords used:
E
B
C#m
A
C#
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[C#m] [E]
[B]
[C#m] Dan kan ik [E] niet slapen, als er veel wat me wakker
[C#m] houdt.
Niet [E] gedanken, ik zal weer niet, denken zo het [B] toekomstbouw.
[C#m] En ik weet [E] niet, of jij probeert [B] niet, maar alles brandt om mij in je [C#m] oog.
In je [E] laaier, onder ons waaier, [B] waar je ligt.
En ik wil je houden, maar [A] hij kan verstaan.
Hoe komt alles [C#] spontaan aan die [F#] brand te slaan, [E] onder ons [B] toon?
Om niks staan de [A] kansen die vier, tussen [E] mij [C#m] en jou.
[E]
[B] Het is gewoon niet [E] weer, hier weer.
[C#m] Je luistert [B] veel, je houdt te veel, hij komt wakker op.
[E] Want alles was [C#m] niet juist, [B] zoals ons hier.
Waar ons nachts [C#m] vast hoog in de [E] wind.
En ik [B] weet niet, of jij probeert niet, maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder ons [B] waaier, waar je ligt.
En ik [E] wil je houden, [B] maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder [B] ons toon?
[A] Om niks staan de kansen die vier, tussen [B] mij en [E] jou.
[B] En ik kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan [E] aan die brand te slaan, onder ons [B] toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, [E] tussen mij en [C#m] jou.
En ik weet niet, [E] of jij probeert niet, [B] maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder [B] ons waaier, waar je ligt.
En ik wil je houden, maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder ons [B]
toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
[B] Ja, hij kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan aan die brand [E] te slaan, onder ons [B] toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
[B]
[C#m] Dan kan ik [E] niet slapen, als er veel wat me wakker
[C#m] houdt.
Niet [E] gedanken, ik zal weer niet, denken zo het [B] toekomstbouw.
[C#m] En ik weet [E] niet, of jij probeert [B] niet, maar alles brandt om mij in je [C#m] oog.
In je [E] laaier, onder ons waaier, [B] waar je ligt.
En ik wil je houden, maar [A] hij kan verstaan.
Hoe komt alles [C#] spontaan aan die [F#] brand te slaan, [E] onder ons [B] toon?
Om niks staan de [A] kansen die vier, tussen [E] mij [C#m] en jou.
[E]
[B] Het is gewoon niet [E] weer, hier weer.
[C#m] Je luistert [B] veel, je houdt te veel, hij komt wakker op.
[E] Want alles was [C#m] niet juist, [B] zoals ons hier.
Waar ons nachts [C#m] vast hoog in de [E] wind.
En ik [B] weet niet, of jij probeert niet, maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder ons [B] waaier, waar je ligt.
En ik [E] wil je houden, [B] maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder [B] ons toon?
[A] Om niks staan de kansen die vier, tussen [B] mij en [E] jou.
[B] En ik kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan [E] aan die brand te slaan, onder ons [B] toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, [E] tussen mij en [C#m] jou.
En ik weet niet, [E] of jij probeert niet, [B] maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder [B] ons waaier, waar je ligt.
En ik wil je houden, maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder ons [B]
toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
[B] Ja, hij kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan aan die brand [E] te slaan, onder ons [B] toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
Key:
E
B
C#m
A
C#
E
B
C#m
_ _ _ _ _ _ _ _
[C#m] _ _ _ [E] _ _ _ _ _
_ [B] _ _ _ _ _ _ _
[C#m] Dan kan ik [E] niet _ slapen, _ als er veel wat me wakker _
[C#m] houdt.
Niet [E] gedanken, ik zal weer niet, _ _ denken zo het _ [B] toekomstbouw.
[C#m] En ik weet [E] niet, of jij probeert [B] niet, maar alles brandt om mij in je [C#m] oog.
In je [E] laaier, onder ons waaier, [B] waar je _ ligt.
En ik wil je houden, _ _ maar [A] hij kan verstaan.
Hoe komt alles [C#] spontaan aan die [F#] brand te slaan, [E] onder ons [B] _ toon? _
Om niks staan de [A] kansen die vier, tussen [E] mij [C#m] en jou.
_ [E] _ _ _ _ _
_ [B] _ _ _ Het is gewoon niet [E] weer, hier weer.
[C#m] Je _ luistert [B] veel, je houdt te veel, hij komt wakker op.
[E] _ Want alles was [C#m] niet juist, _ [B] zoals ons hier.
Waar ons nachts [C#m] vast hoog in de [E] wind.
En ik [B] weet niet, of jij probeert niet, maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder ons [B] waaier, waar je ligt.
En ik [E] wil je houden, _ [B] _ _ maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder [B] ons toon? _
[A] Om niks staan de kansen die vier, tussen [B] mij en [E] jou.
_ _ [B] _ _ En ik kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan [E] aan die brand te slaan, onder ons [B] toon? _
_ [A] Niks staan de kansen die vier, [E] tussen mij en [C#m] jou.
En ik weet niet, [E] of jij probeert niet, [B] maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder [B] ons waaier, waar je ligt. _
En ik wil je houden, _ _ _ maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder ons [B] _ _
toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
_ _ [B] _ _ Ja, hij kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan aan die brand [E] te slaan, onder ons [B] _ toon?
_ [A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[C#m] _ _ _ [E] _ _ _ _ _
_ [B] _ _ _ _ _ _ _
[C#m] Dan kan ik [E] niet _ slapen, _ als er veel wat me wakker _
[C#m] houdt.
Niet [E] gedanken, ik zal weer niet, _ _ denken zo het _ [B] toekomstbouw.
[C#m] En ik weet [E] niet, of jij probeert [B] niet, maar alles brandt om mij in je [C#m] oog.
In je [E] laaier, onder ons waaier, [B] waar je _ ligt.
En ik wil je houden, _ _ maar [A] hij kan verstaan.
Hoe komt alles [C#] spontaan aan die [F#] brand te slaan, [E] onder ons [B] _ toon? _
Om niks staan de [A] kansen die vier, tussen [E] mij [C#m] en jou.
_ [E] _ _ _ _ _
_ [B] _ _ _ Het is gewoon niet [E] weer, hier weer.
[C#m] Je _ luistert [B] veel, je houdt te veel, hij komt wakker op.
[E] _ Want alles was [C#m] niet juist, _ [B] zoals ons hier.
Waar ons nachts [C#m] vast hoog in de [E] wind.
En ik [B] weet niet, of jij probeert niet, maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder ons [B] waaier, waar je ligt.
En ik [E] wil je houden, _ [B] _ _ maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder [B] ons toon? _
[A] Om niks staan de kansen die vier, tussen [B] mij en [E] jou.
_ _ [B] _ _ En ik kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan [E] aan die brand te slaan, onder ons [B] toon? _
_ [A] Niks staan de kansen die vier, [E] tussen mij en [C#m] jou.
En ik weet niet, [E] of jij probeert niet, [B] maar alles brandt om mij [C#m] in je oog.
In je [E] laaier, onder [B] ons waaier, waar je ligt. _
En ik wil je houden, _ _ _ maar hij kan [A] verstaan.
Hoe komt alles spontaan aan die brand te [E] slaan, onder ons [B] _ _
toon?
[A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou.
_ _ [B] _ _ Ja, hij kan [A] verstaan, hoe komt alles spontaan aan die brand [E] te slaan, onder ons [B] _ toon?
_ [A] Niks staan de kansen die vier, tussen [E] mij en jou. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _