Rowwen Heze - 't Roeie Klied Chords
Tempo:
89.8 bpm
Chords used:
D
A
G
Em
E
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[D] [A]
[D] [A]
[D] [C#] [A]
[D] [C#]
[A] [D] [A] Ik werd gek, loop ik hier naar [Em] boete, breng ik [A] bijna mijn nek om mijn [Em] dak.
Ik wist [F#m] niet wat ik zag, het is raar, [Em] heel raar.
Ze vroeg me hoe het ging, ik haalde alles [F#m] door elkaar.
Het is waar, [A] echt waar, 36 [D] jaar.
Ik wist niet dat [A] dat nog bestond, ik [D] zaalde zes jaar jong.
Ze kwam [A] op de fiets voorbij en laagde [D] tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode mond, stond [D] vaasgenagel aan de grond.
Ik kleurde [A] langzaam in de zon, leente [D] diepe gond.
[G] Hoi hoi, [D] hoi ho, hoi hoi [G]
[D] ho.
[G] [A] [D] Verrek, [A] dat is gek.
Ik stond in de [Bm] regio met een gevallen [D] nek en mond, [A] zo groot.
Geluid kwam [D] er neerdoen, maar hoe, [A] wat nou.
Zo'n mooie [G] naak, een [A] verlutting, niet [D] meer goud, het is waar, [A] echt waar.
[A] Maar één [D] keer per jaar.
Ik wist [A] niet dat dat nog bestond, ik [D] zwaalde en zei zo jong.
Ze [A] kwam op de fiets voorbij en [D] laagde tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode monstron, [D] vaasgenagel van de grond.
[A] Bleurde langzaam in de zon, [D] leente die [E] puchons.
[A] Een jaar of [E] nou zag ik haar terug, [G] maar ze [A] fietste vulst te vlug.
Ze had je [E] rode kleed neer aan, liefde van [A] de baan.
[D]
[A] [D]
[A] [D]
[A] [D]
[A] [D] [G] Ik wist niet dat [D] dat nog bestond, ik [G] zwaalde en zei zo jong.
Ze kwam op [D] de fiets voorbij en laagde tegen [G] mij.
Dat rode kleed, [D] die rode monstron, [G] vaasgenagel van de grond.
[D] Bleurde langzaam in de zon, [G] leente die puchons.
[D] [G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G]
[D] [A]
[D] [C#] [A]
[D] [C#]
[A] [D] [A] Ik werd gek, loop ik hier naar [Em] boete, breng ik [A] bijna mijn nek om mijn [Em] dak.
Ik wist [F#m] niet wat ik zag, het is raar, [Em] heel raar.
Ze vroeg me hoe het ging, ik haalde alles [F#m] door elkaar.
Het is waar, [A] echt waar, 36 [D] jaar.
Ik wist niet dat [A] dat nog bestond, ik [D] zaalde zes jaar jong.
Ze kwam [A] op de fiets voorbij en laagde [D] tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode mond, stond [D] vaasgenagel aan de grond.
Ik kleurde [A] langzaam in de zon, leente [D] diepe gond.
[G] Hoi hoi, [D] hoi ho, hoi hoi [G]
[D] ho.
[G] [A] [D] Verrek, [A] dat is gek.
Ik stond in de [Bm] regio met een gevallen [D] nek en mond, [A] zo groot.
Geluid kwam [D] er neerdoen, maar hoe, [A] wat nou.
Zo'n mooie [G] naak, een [A] verlutting, niet [D] meer goud, het is waar, [A] echt waar.
[A] Maar één [D] keer per jaar.
Ik wist [A] niet dat dat nog bestond, ik [D] zwaalde en zei zo jong.
Ze [A] kwam op de fiets voorbij en [D] laagde tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode monstron, [D] vaasgenagel van de grond.
[A] Bleurde langzaam in de zon, [D] leente die [E] puchons.
[A] Een jaar of [E] nou zag ik haar terug, [G] maar ze [A] fietste vulst te vlug.
Ze had je [E] rode kleed neer aan, liefde van [A] de baan.
[D]
[A] [D]
[A] [D]
[A] [D]
[A] [D] [G] Ik wist niet dat [D] dat nog bestond, ik [G] zwaalde en zei zo jong.
Ze kwam op [D] de fiets voorbij en laagde tegen [G] mij.
Dat rode kleed, [D] die rode monstron, [G] vaasgenagel van de grond.
[D] Bleurde langzaam in de zon, [G] leente die puchons.
[D] [G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G] [D]
[G]
Key:
D
A
G
Em
E
D
A
G
[D] _ _ _ _ [A] _ _ _ _
[D] _ _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ [D] _ _ _ _ [C#] _ [A] _
_ _ [D] _ _ _ _ _ [C#] _
[A] _ _ _ [D] _ _ _ [A] Ik werd gek, loop ik hier naar [Em] boete, breng ik [A] bijna mijn nek om mijn [Em] dak.
Ik wist [F#m] niet wat ik zag, het is raar, [Em] heel raar.
Ze vroeg me hoe het ging, ik haalde alles [F#m] door elkaar.
Het is waar, [A] echt waar, 36 [D] jaar.
Ik wist niet dat [A] dat nog bestond, ik [D] zaalde zes jaar jong.
Ze kwam [A] op de fiets voorbij en laagde [D] tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode mond, stond [D] vaasgenagel aan de grond.
Ik kleurde [A] langzaam in de zon, leente [D] diepe gond.
[G] Hoi hoi, [D] hoi ho, hoi hoi [G] _ _ _ _
[D] ho.
_ _ [G] _ [A] _ [D] Verrek, [A] dat is gek.
Ik stond in de [Bm] regio met een gevallen [D] nek en mond, [A] zo groot.
Geluid kwam [D] er neerdoen, maar hoe, [A] wat nou.
Zo'n mooie [G] naak, een [A] verlutting, niet [D] meer goud, het is waar, [A] echt waar.
[A] Maar één [D] keer per jaar.
Ik wist [A] niet dat dat nog bestond, ik [D] zwaalde en zei zo jong.
Ze [A] kwam op de fiets voorbij en [D] laagde tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode monstron, [D] vaasgenagel van de grond.
[A] Bleurde langzaam in de zon, [D] leente die [E] puchons.
[A] Een jaar of [E] nou zag ik haar terug, [G] maar ze [A] fietste vulst te vlug.
Ze had je [E] rode kleed neer aan, liefde van [A] de baan.
[D] _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ [G] Ik wist niet dat [D] dat nog bestond, ik [G] zwaalde en zei zo jong.
Ze kwam op [D] de fiets voorbij en laagde tegen [G] mij.
Dat rode kleed, [D] die rode monstron, _ [G] vaasgenagel van de grond.
[D] Bleurde langzaam in de zon, [G] leente die puchons. _ _ _
[D] _ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ [G] _ _ _ _ [D] _ _
_ _ [G] _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[D] _ _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ [D] _ _ _ _ [C#] _ [A] _
_ _ [D] _ _ _ _ _ [C#] _
[A] _ _ _ [D] _ _ _ [A] Ik werd gek, loop ik hier naar [Em] boete, breng ik [A] bijna mijn nek om mijn [Em] dak.
Ik wist [F#m] niet wat ik zag, het is raar, [Em] heel raar.
Ze vroeg me hoe het ging, ik haalde alles [F#m] door elkaar.
Het is waar, [A] echt waar, 36 [D] jaar.
Ik wist niet dat [A] dat nog bestond, ik [D] zaalde zes jaar jong.
Ze kwam [A] op de fiets voorbij en laagde [D] tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode mond, stond [D] vaasgenagel aan de grond.
Ik kleurde [A] langzaam in de zon, leente [D] diepe gond.
[G] Hoi hoi, [D] hoi ho, hoi hoi [G] _ _ _ _
[D] ho.
_ _ [G] _ [A] _ [D] Verrek, [A] dat is gek.
Ik stond in de [Bm] regio met een gevallen [D] nek en mond, [A] zo groot.
Geluid kwam [D] er neerdoen, maar hoe, [A] wat nou.
Zo'n mooie [G] naak, een [A] verlutting, niet [D] meer goud, het is waar, [A] echt waar.
[A] Maar één [D] keer per jaar.
Ik wist [A] niet dat dat nog bestond, ik [D] zwaalde en zei zo jong.
Ze [A] kwam op de fiets voorbij en [D] laagde tegen mij.
Dat rode [A] kleed, die rode monstron, [D] vaasgenagel van de grond.
[A] Bleurde langzaam in de zon, [D] leente die [E] puchons.
[A] Een jaar of [E] nou zag ik haar terug, [G] maar ze [A] fietste vulst te vlug.
Ze had je [E] rode kleed neer aan, liefde van [A] de baan.
[D] _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ [D] _ [G] Ik wist niet dat [D] dat nog bestond, ik [G] zwaalde en zei zo jong.
Ze kwam op [D] de fiets voorbij en laagde tegen [G] mij.
Dat rode kleed, [D] die rode monstron, _ [G] vaasgenagel van de grond.
[D] Bleurde langzaam in de zon, [G] leente die puchons. _ _ _
[D] _ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ [D] _
_ _ [G] _ _ _ _ [D] _ _
_ _ [G] _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _