Tim Chords by Wim De Craene
Tempo:
70.15 bpm
Chords used:
F
G
Em
A
D
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[F] [Em]
[F] [Em] Ik [F] herinner mij nog goed in [G] hoe men mij vertelde [Em] [F] van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, [F] het binnengallen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, [F] de lijven plooiden
naar de [Em] gooivork en stonken naar het zweet, [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boeren [G] zijn
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [C] een [B] paradijs was [F#] voor de men.
[A]
[D] Hier laat ik je los Tim, [A] van [D] hieraf moet je gaan, [A] [F] met vallen en [D#]
[E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [G] [Em] [F]
[G] [Em] [F] Men wees mij goeden, men Stim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim verbouwde, de
heuvels zacht, de zon was oud en [Em] het helder gerstenat, [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi
voor het jonge kalf, [F] en wie het vers gebraden kalf niet lust, [Em] zo'n man die is maar oud.
[F]
Hier heeft de [G] mens gewonnen, [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft [G] de mens met zwoeven [C] zijn
[G] hoogste [D] doel [Am]
bereikt.
[A] Hier [D] laat ik je los Tim, [A]
van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en [A]
[E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [G] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[G] [F]
[G] [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laurens
heb [G] aan dit meesterwerk [Em] verdiend, [Am] ik heb het lot bezongen [G] van de knechten en de boer,
[Am] het kerren van de boerendochter, [G] de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen,
[F] het ontwaken [G] van de stad, [F] ik heb dit [G] wel bezongen, [C] maar nooit [G] een cent [F#] [E] gehaald.
[A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en [D#] [E]
ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[G]
[F] [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [G] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld
Tim, [G] maak deuren voor je huis, [F] ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang [G] voor je jeugd, [F] de
krachten [Am] in je armen, [G] een ode aan de [Em] deugd, [F] de liefde voor [G] een vrouw Tim, [F] de [G] oogsten van
haar buik, [F] het [G] winnen van de dagen, [C] het [G] strijven [F#] naar geluk.
[Am] [E] [A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en
[D#m] [E] ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
Van [G] hieraf moet je gaan.
Van hieraf [A] moet je gaan.
Van [Bm] hieraf [A] moet je gaan.
[D] [E] [A]
[F] [Em] Ik [F] herinner mij nog goed in [G] hoe men mij vertelde [Em] [F] van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, [F] het binnengallen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, [F] de lijven plooiden
naar de [Em] gooivork en stonken naar het zweet, [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boeren [G] zijn
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [C] een [B] paradijs was [F#] voor de men.
[A]
[D] Hier laat ik je los Tim, [A] van [D] hieraf moet je gaan, [A] [F] met vallen en [D#]
[E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [G] [Em] [F]
[G] [Em] [F] Men wees mij goeden, men Stim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim verbouwde, de
heuvels zacht, de zon was oud en [Em] het helder gerstenat, [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi
voor het jonge kalf, [F] en wie het vers gebraden kalf niet lust, [Em] zo'n man die is maar oud.
[F]
Hier heeft de [G] mens gewonnen, [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft [G] de mens met zwoeven [C] zijn
[G] hoogste [D] doel [Am]
bereikt.
[A] Hier [D] laat ik je los Tim, [A]
van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en [A]
[E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan.
[Em] [F]
[Em] [G] [F]
[Em] [F]
[Em] [F]
[G] [F]
[G] [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laurens
heb [G] aan dit meesterwerk [Em] verdiend, [Am] ik heb het lot bezongen [G] van de knechten en de boer,
[Am] het kerren van de boerendochter, [G] de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen,
[F] het ontwaken [G] van de stad, [F] ik heb dit [G] wel bezongen, [C] maar nooit [G] een cent [F#] [E] gehaald.
[A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en [D#] [E]
ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
[G]
[F] [G]
Dus [F] ga en maak de mortel, [G] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld
Tim, [G] maak deuren voor je huis, [F] ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang [G] voor je jeugd, [F] de
krachten [Am] in je armen, [G] een ode aan de [Em] deugd, [F] de liefde voor [G] een vrouw Tim, [F] de [G] oogsten van
haar buik, [F] het [G] winnen van de dagen, [C] het [G] strijven [F#] naar geluk.
[Am] [E] [A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en
[D#m] [E] ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
Van [G] hieraf moet je gaan.
Van hieraf [A] moet je gaan.
Van [Bm] hieraf [A] moet je gaan.
[D] [E] [A]
Key:
F
G
Em
A
D
F
G
Em
[F] _ _ _ _ [Em] _ _ _ _
_ [F] _ _ _ _ [Em] _ Ik _ [F] herinner mij nog goed in [G] hoe men mij vertelde [Em] [F] van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, _ [F] het binnengallen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, [F] de lijven plooiden
naar de [Em] gooivork en stonken naar het zweet, _ [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boeren [G] zijn
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [C] een [B] paradijs was [F#] voor de men.
_ [A] _ _ _
_ _ [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van [D] hieraf moet je gaan, [A] _ [F] met vallen en _ [D#] _ _
[E] ofzaan, _ [F] van hieraf moet je gaan. _ _
[Em] _ _ [G] _ [Em] _ _ [F] _ _ _
_ [G] _ _ _ [Em] [F] Men wees mij goeden, men Stim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim verbouwde, de
heuvels zacht, de zon was oud en [Em] het helder gerstenat, _ [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi
voor het jonge kalf, [F] en wie het vers gebraden kalf niet lust, [Em] zo'n man die is maar oud.
_ [F]
Hier heeft de [G] mens gewonnen, _ [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft [G] de mens met zwoeven [C] zijn
[G] hoogste [D] doel _ [Am]
bereikt.
_ _ [A] Hier [D] laat ik je los Tim, [A]
van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en _ [A] _
_ [E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan. _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ [G] _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [G] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [G] _ _ _ [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laurens
heb [G] aan dit meesterwerk [Em] verdiend, _ [Am] ik heb het lot bezongen [G] van de knechten en de boer,
[Am] het kerren van de boerendochter, [G] de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen,
[F] het ontwaken [G] van de stad, _ [F] ik heb dit [G] wel bezongen, [C] maar nooit [G] een cent [F#] _ _ [E] gehaald.
_ _ [A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] _ van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en _ [D#] _ _ [E]
ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
_ _ _ [G] _ _
_ _ [F] _ _ _ _ [G] _ _
Dus [F] ga en maak de mortel, [G] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld
Tim, [G] maak deuren voor je huis, [F] ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang [G] voor je jeugd, [F] de
krachten [Am] in je armen, [G] een ode aan de [Em] deugd, [F] de liefde voor [G] een vrouw Tim, [F] de [G] oogsten van
haar buik, [F] het [G] winnen van de dagen, [C] het [G] strijven [F#] naar geluk.
[Am] _ [E] _ _ [A] _ Hier laat ik [D] je los Tim, [A] _ van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en _
[D#m] _ _ [E] ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
Van [G] hieraf moet je gaan.
Van hieraf [A] moet je gaan.
Van [Bm] hieraf [A] moet je gaan.
_ _ _ [D] _ _ [E] _ [A] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [F] _ _ _ _ [Em] _ Ik _ [F] herinner mij nog goed in [G] hoe men mij vertelde [Em] [F] van het harde buitenleven, [Em] de boeren op hun
velden, _ [F] het binnengallen van de oost, [Em] het weer was droog en heet, [F] de lijven plooiden
naar de [Em] gooivork en stonken naar het zweet, _ [F] het graan [G] was rijp en binnen, [F] de boeren [G] zijn
hoogste wens, [F] men [G] zei mee dat dit alles [C] een [B] paradijs was [F#] voor de men.
_ [A] _ _ _
_ _ [D] Hier laat ik je los Tim, [A] van [D] hieraf moet je gaan, [A] _ [F] met vallen en _ [D#] _ _
[E] ofzaan, _ [F] van hieraf moet je gaan. _ _
[Em] _ _ [G] _ [Em] _ _ [F] _ _ _
_ [G] _ _ _ [Em] [F] Men wees mij goeden, men Stim, [Em] de grond gewonnen had, [F] waar men de zoete druim verbouwde, de
heuvels zacht, de zon was oud en [Em] het helder gerstenat, _ [F] de weide vol met hooi, [Em] het hooi
voor het jonge kalf, [F] en wie het vers gebraden kalf niet lust, [Em] zo'n man die is maar oud.
_ [F]
Hier heeft de [G] mens gewonnen, _ [F] de arme [G] grond verrijkt, [F]
hier heeft [G] de mens met zwoeven [C] zijn
[G] hoogste [D] doel _ [Am]
bereikt.
_ _ [A] Hier [D] laat ik je los Tim, [A]
van [D] hieraf moet je gaan, [A] met [F] vallen en _ [A] _
_ [E] ofzaan, [F] van hieraf moet je gaan. _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ [G] _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [Em] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [G] _ _ _ _ [F] _ _
_ _ [G] _ _ _ [F] Dit alles heeft men mij verteld [Em] Tim, ik heb het ook gezien, [F] hoewel ik zelf geen laurens
heb [G] aan dit meesterwerk [Em] verdiend, _ [Am] ik heb het lot bezongen [G] van de knechten en de boer,
[Am] het kerren van de boerendochter, [G] de blikken van de hoer, [F] de [G] schoonheid van de morgen,
[F] het ontwaken [G] van de stad, _ [F] ik heb dit [G] wel bezongen, [C] maar nooit [G] een cent [F#] _ _ [E] gehaald.
_ _ [A] Hier laat ik [D] je los Tim, [A] _ van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en _ [D#] _ _ [E]
ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
_ _ _ [G] _ _
_ _ [F] _ _ _ _ [G] _ _
Dus [F] ga en maak de mortel, [G] bouw stenen tot een huis, [F] smeet de ankers voor het geweld
Tim, [G] maak deuren voor je huis, [F] ikzelf geef je niets mee, dan [Em] loszang [G] voor je jeugd, [F] de
krachten [Am] in je armen, [G] een ode aan de [Em] deugd, [F] de liefde voor [G] een vrouw Tim, [F] de [G] oogsten van
haar buik, [F] het [G] winnen van de dagen, [C] het [G] strijven [F#] naar geluk.
[Am] _ [E] _ _ [A] _ Hier laat ik [D] je los Tim, [A] _ van hieraf moet je [D] gaan, [A] met [F] vallen en _
[D#m] _ _ [E] ofzaan, van [F] hieraf moet je gaan.
Van [G] hieraf moet je gaan.
Van hieraf [A] moet je gaan.
Van [Bm] hieraf [A] moet je gaan.
_ _ _ [D] _ _ [E] _ [A] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _