Chords for Wesly Bronkhorst Wij
Tempo:
105.05 bpm
Chords used:
D
A
Em
G
F#m
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[A] [G]
[D]
[Em]
[A] [D] Hey, kijk nou toch niet zo triest, kom maar bij mij.
Je weet dat ik hetzelfde [F#m] ben als jij.
[D] Doe [Em] vergeet het maar.
Hey, verliefd zijn maakt je soms een beetje blind.
Je voelt je nu onzeker [A] als een kind.
[D] [A] Maar ik sta voor je [D]
klaar.
[A] [D] Hey, ik weet dat jij er echt niets aan kan [D] doen.
Het begon eerst zo onschuldig, ach maar toe.
Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
[B] [Em] Hey, nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[D] [A] Echt, ik [D] weet wat je [Am] voelt.
[G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik [A] naar jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof [A] ik in mij.
[D] Jij, jij bent soms kwaad op mij, maar nooit te lang.
Jouw ogen vol van vuur, het maakt me bang.
Toch zie ik [Em] dan een lach.
Jij, jij weet dat ik niet zonder jou [A] besta.
Dat ik je als geen ander toch versta.
Jij bent mijn [D] stille kracht.
[Am] [G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik naar jou [A] verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof ik [A] in mij.
[D]
Hé, ik weet dat jij er echt niets aan kan doen.
Het begon eerst zo onschuldig, ach [F#m] maar toe.
[D] Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
Hé, nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[A] Echt, ik weet [D] wat je voelt.
[G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik naar [A] jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof [D] ik in mij.
[Em] Maar toch [A] geloof ik [D] in mij.
[N]
[D]
[Em]
[A] [D] Hey, kijk nou toch niet zo triest, kom maar bij mij.
Je weet dat ik hetzelfde [F#m] ben als jij.
[D] Doe [Em] vergeet het maar.
Hey, verliefd zijn maakt je soms een beetje blind.
Je voelt je nu onzeker [A] als een kind.
[D] [A] Maar ik sta voor je [D]
klaar.
[A] [D] Hey, ik weet dat jij er echt niets aan kan [D] doen.
Het begon eerst zo onschuldig, ach maar toe.
Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
[B] [Em] Hey, nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[D] [A] Echt, ik [D] weet wat je [Am] voelt.
[G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik [A] naar jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof [A] ik in mij.
[D] Jij, jij bent soms kwaad op mij, maar nooit te lang.
Jouw ogen vol van vuur, het maakt me bang.
Toch zie ik [Em] dan een lach.
Jij, jij weet dat ik niet zonder jou [A] besta.
Dat ik je als geen ander toch versta.
Jij bent mijn [D] stille kracht.
[Am] [G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik naar jou [A] verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof ik [A] in mij.
[D]
Hé, ik weet dat jij er echt niets aan kan doen.
Het begon eerst zo onschuldig, ach [F#m] maar toe.
[D] Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
Hé, nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[A] Echt, ik weet [D] wat je voelt.
[G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
Als ik naar [A] jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, [G] ja wij, wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
Maar toch geloof [D] ik in mij.
[Em] Maar toch [A] geloof ik [D] in mij.
[N]
Key:
D
A
Em
G
F#m
D
A
Em
_ _ _ _ [A] _ _ [G] _ _
_ _ _ _ _ _ [D] _ _
_ _ _ _ _ _ [Em] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[A] _ _ _ _ _ _ [D] Hey, _ kijk nou toch niet zo triest, kom maar bij mij.
_ Je weet dat ik hetzelfde [F#m] ben als jij. _
_ _ [D] _ Doe [Em] vergeet het maar.
_ _ _ _ _ _ Hey, _ _ verliefd zijn maakt je soms een beetje blind. _
_ Je voelt je nu onzeker [A] als een kind.
[D] _ _ [A] _ Maar ik sta voor je [D] _
klaar.
_ [A] _ _ _ _ [D] Hey, _ ik weet dat jij er echt niets aan kan [D] doen. _
_ Het begon eerst zo onschuldig, ach maar toe.
_ _ _ Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
_ _ [B] _ _ _ _ [Em] Hey, _ nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
_ Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[D] _ _ [A] _ Echt, ik [D] weet wat je _ [Am] voelt.
_ _ [G] Ja, wij, _ wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar. _
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik [A] naar jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, _ _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ _ Maar toch geloof [A] ik in mij.
_ _ _ _ _ _ [D] Jij, _ jij bent soms kwaad op mij, maar nooit te lang. _
_ Jouw ogen vol van vuur, het maakt me bang.
_ _ _ Toch zie ik [Em] dan een lach.
_ _ _ _ _ _ Jij, _ jij weet dat ik niet zonder jou [A] besta.
_ Dat ik je als geen ander toch versta.
_ _ _ Jij bent mijn [D] stille kracht.
_ [Am] _ _ _ [G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar. _
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik naar jou [A] verlang, dan [D] ben je daar.
_ Oh, _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ _ Maar toch geloof ik [A] in mij.
_ _ _ _ _ _ [D] _
Hé, ik weet dat jij er echt niets aan kan doen.
_ Het begon eerst zo onschuldig, ach [F#m] maar toe.
_ _ [D] _ Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
_ _ _ _ _ _ Hé, _ nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
_ Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
_ _ _ [A] Echt, ik weet [D] wat je _ voelt.
_ _ [G] Ja, wij, _ wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik naar [A] jou verlang, dan [D] ben je daar.
_ Oh, _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ Maar toch geloof [D] ik in mij.
_ _ [Em] _ Maar toch [A] geloof ik [D] in mij. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [N] _ _
_ _ _ _ _ _ [D] _ _
_ _ _ _ _ _ [Em] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[A] _ _ _ _ _ _ [D] Hey, _ kijk nou toch niet zo triest, kom maar bij mij.
_ Je weet dat ik hetzelfde [F#m] ben als jij. _
_ _ [D] _ Doe [Em] vergeet het maar.
_ _ _ _ _ _ Hey, _ _ verliefd zijn maakt je soms een beetje blind. _
_ Je voelt je nu onzeker [A] als een kind.
[D] _ _ [A] _ Maar ik sta voor je [D] _
klaar.
_ [A] _ _ _ _ [D] Hey, _ ik weet dat jij er echt niets aan kan [D] doen. _
_ Het begon eerst zo onschuldig, ach maar toe.
_ _ _ Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
_ _ [B] _ _ _ _ [Em] Hey, _ nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
_ Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
[D] _ _ [A] _ Echt, ik [D] weet wat je _ [Am] voelt.
_ _ [G] Ja, wij, _ wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar. _
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik [A] naar jou verlang, dan [D] ben je daar.
Oh, _ _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ _ Maar toch geloof [A] ik in mij.
_ _ _ _ _ _ [D] Jij, _ jij bent soms kwaad op mij, maar nooit te lang. _
_ Jouw ogen vol van vuur, het maakt me bang.
_ _ _ Toch zie ik [Em] dan een lach.
_ _ _ _ _ _ Jij, _ jij weet dat ik niet zonder jou [A] besta.
_ Dat ik je als geen ander toch versta.
_ _ _ Jij bent mijn [D] stille kracht.
_ [Am] _ _ _ [G] Ja, wij, wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar. _
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik naar jou [A] verlang, dan [D] ben je daar.
_ Oh, _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ _ Maar toch geloof ik [A] in mij.
_ _ _ _ _ _ [D] _
Hé, ik weet dat jij er echt niets aan kan doen.
_ Het begon eerst zo onschuldig, ach [F#m] maar toe.
_ _ [D] _ Dit heb jij zo niet [Em] bedoeld.
_ _ _ _ _ _ Hé, _ nu sta je hier dan voor me vol [A] van spijt.
_ Het komt heus wel weer goed, geef mij wat tijd.
_ _ _ [A] Echt, ik weet [D] wat je _ voelt.
_ _ [G] Ja, wij, _ wij zijn toch echt geboren voor [D] elkaar.
_ Heb jij het moeilijk, sta ik voor [Em] je klaar.
_ Als ik naar [A] jou verlang, dan [D] ben je daar.
_ Oh, _ _ [G] ja wij, _ wij weten allebei wat [D] liefde is.
Het is zo mooi, toch gaat het wel [Em] eens mis.
_ Maar toch geloof [D] ik in mij.
_ _ [Em] _ Maar toch [A] geloof ik [D] in mij. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [N] _ _