Chords for Wie Sjoen Ös Limburg Is
Tempo:
80.35 bpm
Chords used:
C
G
F
D
Em
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret

Jam Along & Learn...
[Em] [G] [C] Als [G]
[C] de klanken van de ovenklok weer [G] jubelen als muziek,
het slemberslijntje rond, dan vullen [Bm]
[C] werelds riek.
kniel ik in je [F] voor het kruis,
alleen [C] in Limburg [D]-Noord, langs elke zandweg [G]
zuus.
niemes,
[C] de klanken van de ovenklok weer [G] jubelen als muziek,
het slemberslijntje rond, dan vullen [Bm]
[C] werelds riek.
kniel ik in je [F] voor het kruis,
alleen [C] in Limburg [D]-Noord, langs elke zandweg [G]
zuus.
niemes,
100% ➙ 80BPM
C
G
F
D
Em
C
G
F
[Em] _ _ _ [G] _ [C] Als _ [G] _
_ _ [C] _ de klanken van de ovenklok weer [G] jubelen als _ muziek,
over het _ slemberslijntje rond, dan vullen _ [Bm]
[C] werelds riek.
En doe de ovenzon bestrold, kniel ik in je [F] voor het kruis,
dat staat alleen [C] in Limburg [D]-Noord, langs elke zandweg [G]
zuus.
Wie schoon als Limburg is, begript [C] toch niemes,
als [G] alleen de Zuiderling bij [C] Limburg leef is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
_ _ [G] _ _ _ [C] _
_ _ _ [Em] _ [C] _ _ Als een zilverig lintje is te maas, door bergen bos [G] omzuim,
o, elke _ Zuiderling die in de vreemden [B] is, [C] vandruimt.
Want velt het leven soms niet mee, en zeugt de [F] Noord het geluk,
blijf even één [C] gedachte [D] stoom, en denk aan [G] Limburg druk.
Wie schoon als Limburg is, [F] begript toch niemes,
als [G] alleen de Zuiderling bij [F] Limburg [C] leef is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, [D] dat het [G] schoonste is. _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [C] _ de klanken van de ovenklok weer [G] jubelen als _ muziek,
over het _ slemberslijntje rond, dan vullen _ [Bm]
[C] werelds riek.
En doe de ovenzon bestrold, kniel ik in je [F] voor het kruis,
dat staat alleen [C] in Limburg [D]-Noord, langs elke zandweg [G]
zuus.
Wie schoon als Limburg is, begript [C] toch niemes,
als [G] alleen de Zuiderling bij [C] Limburg leef is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
_ _ [G] _ _ _ [C] _
_ _ _ [Em] _ [C] _ _ Als een zilverig lintje is te maas, door bergen bos [G] omzuim,
o, elke _ Zuiderling die in de vreemden [B] is, [C] vandruimt.
Want velt het leven soms niet mee, en zeugt de [F] Noord het geluk,
blijf even één [C] gedachte [D] stoom, en denk aan [G] Limburg druk.
Wie schoon als Limburg is, [F] begript toch niemes,
als [G] alleen de Zuiderling bij [F] Limburg [C] leef is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, dat het [C] schoonste is.
Want [F] door de jaren heen, bleef [C] Limburg onbetwist,
het [G] stuksche Nederland, [D] dat het [G] schoonste is. _
_ _ _ _ _ _ _ _