Chords for De Samba van de Sint - Jochem van Gelder (Wild Geraas)

_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ Oh, [F] wat een vrouw!
_ [Bb] _
_ _ _ [F] _ _ _ [Bb] Arriba!
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
Ben je al ooit in Spanje geweest?
In Sint-Sint-Kasteel [F] is het elke dag feest.
Wie tanst de samba en Sint-Sint-La-Bamba?
Ze gaat [Bb] de keer als een [Ebm] beest.
En de muziek [Bbm] staat er vaak lekker hard.
[F] _
Iedere morgen [Bbm] dan gaat het van start.
[Ebm]
Tien over zeven [Bbm] dan kruipt er de haan.
[C] En Sint gaat er weer [F] tegenaan.
_ Ik zie hem staan.
Hij [Bb] zwaait heen en weer.
Hij springt op en in.
We zingen, we dansen, we gaan [Bb] deel tekeer.
Hij zwaait heen en [F] weer.
Hij springt op en in.
We zingen, [F] we dansen, we [Bb] gaan deel tekeer.
Zwaai heen en [F] weer.
Spring [Bb] op en in.
Zwaai heen en weer.
Spring op en in.
_ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ _
[Bb] Hij brengt ons muziek uit een warm tropisch oog.
Vrolijke [F] klanken die hoor je aan boord.
De Piet tanst de samba en Sint-Sint-La-Bamba.
Ze zijn zeer [Bb] prettig gestoord.
[Ebm] Snoep en [Bbm] cadeautjes, de boot zit weer vol.
[F]
We schreeuwen en [Bbm] dansen, we gaan uit de boot.
[Ebm] _
Iedereen swingt [Bbm] op het lied van de [C] Sint.
Vandaag aan de klink [F] door het lied.
Ik zie hem staan.
[Bb] Hij zwaait heen en weer.
Hij springt op en in.
We zingen, we dansen, we gaan [Bb] deel tekeer.
Hij zwaait heen en [F] weer.
Hij springt op en [Bb] in.
We zingen, [F] we dansen, we gaan deel [Bb] tekeer.
[F] Zwaai heen en [F] weer.
[Bb] Spring op en in.
Zwaai heen en weer.
Spring op en in.
_ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ _ [F] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ _ _ _ _ _ [Ebm] _
Sint houdt van samba, dat [Bbm] weet iedereen.
En [F] is dan wel oud, maar [Bbm] nog zit goed ter been.
[Ebm] Maar zwarte [Bbm] Piet kan er ook wel wat [C] van.
Het feest swingt [F] opnieuw uit de pan.
En dat gaat niet meer.
[Bb] Hij zwaait [Ab] heen en weer.
[D] Hij _ _ _ zingt, we _ gaan veel tekeer.
_ Heen en weer.
Hij _ _ [A] _ _ _ _ schaamt veel tekeer.
[G] Allemaal!
Hij [C] zwaait heen [G] en weer.
Hij springt op en [C] in.
We zingen, [G] we dansen, we gaan deel tekeer.
Hij zwaait heen en weer.
Hij springt op [C] en in.
We zingen, [G] we dansen, we gaan deel tekeer.
[G] Zwaai [C] heen en weer.
[G]
Spring op en in.
Zwaai heen en weer.
Spring op en in.
Zwaai [C] heen en weer.
[G]
Spring op [C] en in.
[G] [C] Zwaai heen en weer.
Spring op en in. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _