Jovink - An de kant Chords
Tempo:
122.5 bpm
Chords used:
D
G
F
A
C
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G#]
[F#] [N]
[D]
Stap in m'n wagen, ik heb goeie zin.
Ik laad het lekker spokken, riep overal tegenin.
Het rode stoplid, dat haal ik nog net.
Ik geef zoveel gas, dat ik het remmen verget.
[G]
Alle rotondes, die neem ik in z'n.
Dat vind ik zo mooi, ik ben zelf niet warm.
[A]
Ik zie een drempel, dat is m'n kans.
Ik spring hem voorbij, die langzame zwaans.
[D] Aan de kant, [C] aan de [D] kant.
[C] [D]
Rem niet voor dieren, want ik rem nooit.
Ik heb als 11-a-half die zakken geknooid.
Alle politie ziet dat ik huut.
Ik kreeg een kick van het [G] sirenegeluid.
Kijk in de spiegel, ze komen me naar.
Ze gaan dezelfde kant uit, die ik ook [A] ga.
Ik spreek de mauwen af, m'n hart in die pot.
Want ik riep op kop, aan [D] de kant.
[Am] Aan [D] de kant.
[F]
Laat je maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne [D] boje weer.
[G] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C]
[Am] Ik geef m'n wagens [D]
meer.
De eerste vier wagens, die ben ik zo kwijt.
Maar dat ken die, die wouden nog niet.
[A]
Het verdedmieren, ze blijven maar komen.
Ik schakel terug, godverdomme.
[D]
Aan de kant, [Am] [D]
aan de kant.
[G] Laat je [F] maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne boje [D] weer.
[C] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C]
Ik geef m'n [A] wagens meer.
[Am] [A]
[D]
[Dm]
[G] [D] [A]
[D]
Maar nu kom ik pas, zeg hoe dat gaat.
M'n grote geluk is, ik ben nooit bang.
De ophaalbrug, geeft net al op.
Ze ziet me vliegen, naar de parkje boven.
[G] Ik ga wel op, maar niet zo vies.
Doe me minder waar, ze kwam in het [A] vies.
Ik kweep op de bal, met een stuur in de hand.
Lachen, zwaai ik naar de, [D] andere kant.
[Am] [D] Andere kant.
[C] Laat je maar [F] komen, [D] het gaat op de [G] plank.
Ik draag een [F] dunne [D] boje weer.
[Am] Laat je maar komen, [D] het gaat op de [C] plank.
Ik geef m'n [A] wagens meer.
[D]
[A]
Ik [D] draag een dunne boje omlaag, maar ik laat me niet kennen.
Ze haalt me in, ik ben wegrennen.
[A] Oh meneer Jovink, het is goed dat ik ons zie.
Heb je misschien, een stikker van mij?
[D]
Sjur.
[Am] Laat je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[G] Ik [F] draag een dunne boje [D] weer.
[F#]
[G] Laat [F] je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] Ik krijg m'n wagens!
[F] [N]
[F#] [N]
[D]
Stap in m'n wagen, ik heb goeie zin.
Ik laad het lekker spokken, riep overal tegenin.
Het rode stoplid, dat haal ik nog net.
Ik geef zoveel gas, dat ik het remmen verget.
[G]
Alle rotondes, die neem ik in z'n.
Dat vind ik zo mooi, ik ben zelf niet warm.
[A]
Ik zie een drempel, dat is m'n kans.
Ik spring hem voorbij, die langzame zwaans.
[D] Aan de kant, [C] aan de [D] kant.
[C] [D]
Rem niet voor dieren, want ik rem nooit.
Ik heb als 11-a-half die zakken geknooid.
Alle politie ziet dat ik huut.
Ik kreeg een kick van het [G] sirenegeluid.
Kijk in de spiegel, ze komen me naar.
Ze gaan dezelfde kant uit, die ik ook [A] ga.
Ik spreek de mauwen af, m'n hart in die pot.
Want ik riep op kop, aan [D] de kant.
[Am] Aan [D] de kant.
[F]
Laat je maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne [D] boje weer.
[G] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C]
[Am] Ik geef m'n wagens [D]
meer.
De eerste vier wagens, die ben ik zo kwijt.
Maar dat ken die, die wouden nog niet.
[A]
Het verdedmieren, ze blijven maar komen.
Ik schakel terug, godverdomme.
[D]
Aan de kant, [Am] [D]
aan de kant.
[G] Laat je [F] maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne boje [D] weer.
[C] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C]
Ik geef m'n [A] wagens meer.
[Am] [A]
[D]
[Dm]
[G] [D] [A]
[D]
Maar nu kom ik pas, zeg hoe dat gaat.
M'n grote geluk is, ik ben nooit bang.
De ophaalbrug, geeft net al op.
Ze ziet me vliegen, naar de parkje boven.
[G] Ik ga wel op, maar niet zo vies.
Doe me minder waar, ze kwam in het [A] vies.
Ik kweep op de bal, met een stuur in de hand.
Lachen, zwaai ik naar de, [D] andere kant.
[Am] [D] Andere kant.
[C] Laat je maar [F] komen, [D] het gaat op de [G] plank.
Ik draag een [F] dunne [D] boje weer.
[Am] Laat je maar komen, [D] het gaat op de [C] plank.
Ik geef m'n [A] wagens meer.
[D]
[A]
Ik [D] draag een dunne boje omlaag, maar ik laat me niet kennen.
Ze haalt me in, ik ben wegrennen.
[A] Oh meneer Jovink, het is goed dat ik ons zie.
Heb je misschien, een stikker van mij?
[D]
Sjur.
[Am] Laat je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[G] Ik [F] draag een dunne boje [D] weer.
[F#]
[G] Laat [F] je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] Ik krijg m'n wagens!
[F] [N]
Key:
D
G
F
A
C
D
G
F
_ _ _ _ _ _ [G#] _ _
[F#] _ _ _ _ _ _ [N] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Stap in m'n wagen, ik heb goeie zin.
Ik laad het lekker spokken, riep overal tegenin.
Het rode stoplid, dat haal ik nog net.
Ik geef zoveel gas, dat ik het remmen verget.
_ [G]
Alle rotondes, die neem ik in z'n.
Dat vind ik zo mooi, ik ben zelf niet warm.
[A] _
Ik zie een drempel, dat is m'n kans.
Ik spring hem voorbij, die langzame zwaans.
[D] Aan de kant, _ _ _ _ _ [C] aan de [D] kant.
_ _ _ _ _ _ [C] _ [D]
Rem niet voor dieren, want ik rem nooit.
Ik heb als 11-a-half die zakken geknooid.
Alle politie ziet dat ik huut.
Ik kreeg een kick van het _ [G] sirenegeluid.
Kijk in de spiegel, ze komen me naar.
Ze gaan dezelfde kant uit, die ik ook [A] ga. _
_ Ik spreek de mauwen af, m'n hart in die pot.
Want ik riep op kop, aan [D] de kant.
_ _ _ _ [Am] Aan [D] de kant.
_ _ _ _ _ _ [F]
Laat je maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne [D] boje weer. _ _ _
[G] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] _
_ _ _ [Am] Ik geef m'n wagens [D]
meer. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ De eerste vier wagens, die ben ik zo kwijt.
Maar dat ken die, die wouden nog niet.
[A]
Het verdedmieren, ze blijven maar komen.
Ik schakel terug, _ _ godverdomme.
[D] _
_ _ Aan de kant, [Am] _ _ [D] _
_ _ aan de kant. _ _
[G] Laat je [F] maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne boje [D] weer. _ _ _
[C] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] _
_ _ _ Ik geef m'n [A] wagens meer. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [Am] _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ [Dm] _ _
_ [G] _ _ _ [D] _ _ [A] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [D] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ Maar nu kom ik pas, zeg hoe dat gaat.
M'n grote geluk is, ik ben nooit bang.
De ophaalbrug, geeft net al op.
Ze ziet me vliegen, naar de parkje boven.
[G] Ik ga wel op, maar niet zo vies.
Doe me minder waar, ze kwam in het [A] vies.
Ik kweep op de bal, met een stuur in de hand.
Lachen, zwaai ik naar de, [D] andere kant.
_ _ _ [Am] _ [D] Andere kant. _
_ _ _ _ [C] Laat je maar [F] komen, [D] het gaat op de [G] plank.
Ik draag een [F] dunne [D] boje weer. _
_ [Am] Laat je maar komen, [D] het gaat op de [C] plank.
_ _ _ Ik geef m'n [A] wagens meer.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ Ik [D] draag een dunne boje omlaag, maar ik laat me niet kennen.
Ze haalt me in, ik ben wegrennen.
[A] Oh meneer Jovink, het is goed dat ik ons zie.
Heb je misschien, een stikker van mij?
[D] _ _ _
Sjur. _ _ _ _ _ _
_ _ [Am] Laat je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[G] Ik [F] draag een dunne boje [D] weer.
_ [F#]
[G] Laat [F] je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] Ik krijg m'n wagens!
_ [F] _ _ _ _ [N] _
[F#] _ _ _ _ _ _ [N] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _
Stap in m'n wagen, ik heb goeie zin.
Ik laad het lekker spokken, riep overal tegenin.
Het rode stoplid, dat haal ik nog net.
Ik geef zoveel gas, dat ik het remmen verget.
_ [G]
Alle rotondes, die neem ik in z'n.
Dat vind ik zo mooi, ik ben zelf niet warm.
[A] _
Ik zie een drempel, dat is m'n kans.
Ik spring hem voorbij, die langzame zwaans.
[D] Aan de kant, _ _ _ _ _ [C] aan de [D] kant.
_ _ _ _ _ _ [C] _ [D]
Rem niet voor dieren, want ik rem nooit.
Ik heb als 11-a-half die zakken geknooid.
Alle politie ziet dat ik huut.
Ik kreeg een kick van het _ [G] sirenegeluid.
Kijk in de spiegel, ze komen me naar.
Ze gaan dezelfde kant uit, die ik ook [A] ga. _
_ Ik spreek de mauwen af, m'n hart in die pot.
Want ik riep op kop, aan [D] de kant.
_ _ _ _ [Am] Aan [D] de kant.
_ _ _ _ _ _ [F]
Laat je maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne [D] boje weer. _ _ _
[G] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] _
_ _ _ [Am] Ik geef m'n wagens [D]
meer. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ De eerste vier wagens, die ben ik zo kwijt.
Maar dat ken die, die wouden nog niet.
[A]
Het verdedmieren, ze blijven maar komen.
Ik schakel terug, _ _ godverdomme.
[D] _
_ _ Aan de kant, [Am] _ _ [D] _
_ _ aan de kant. _ _
[G] Laat je [F] maar komen, [D] het gaat op de plank.
[G] Ik draag een [F] dunne boje [D] weer. _ _ _
[C] Laat je [F] maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] _
_ _ _ Ik geef m'n [A] wagens meer. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [Am] _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ [Dm] _ _
_ [G] _ _ _ [D] _ _ [A] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [D] _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ Maar nu kom ik pas, zeg hoe dat gaat.
M'n grote geluk is, ik ben nooit bang.
De ophaalbrug, geeft net al op.
Ze ziet me vliegen, naar de parkje boven.
[G] Ik ga wel op, maar niet zo vies.
Doe me minder waar, ze kwam in het [A] vies.
Ik kweep op de bal, met een stuur in de hand.
Lachen, zwaai ik naar de, [D] andere kant.
_ _ _ [Am] _ [D] Andere kant. _
_ _ _ _ [C] Laat je maar [F] komen, [D] het gaat op de [G] plank.
Ik draag een [F] dunne [D] boje weer. _
_ [Am] Laat je maar komen, [D] het gaat op de [C] plank.
_ _ _ Ik geef m'n [A] wagens meer.
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ [A] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ Ik [D] draag een dunne boje omlaag, maar ik laat me niet kennen.
Ze haalt me in, ik ben wegrennen.
[A] Oh meneer Jovink, het is goed dat ik ons zie.
Heb je misschien, een stikker van mij?
[D] _ _ _
Sjur. _ _ _ _ _ _
_ _ [Am] Laat je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[G] Ik [F] draag een dunne boje [D] weer.
_ [F#]
[G] Laat [F] je maar [D] komen, het gaat op de plank.
[C] Ik krijg m'n wagens!
_ [F] _ _ _ _ [N] _