Chords for K3 - Toveren
Tempo:
144.3 bpm
Chords used:
Ab
Bb
Eb
F
Cm
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Eb] Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan toveren.
[Cm] Iedereen [Ab] kan toveren.
[Eb] [Ab]
[Eb] [Ab] [Fm] [Ab]
[Bb] [Cm] Hier zijn we dan [Ab]
speciaal voor jou.
[Bb] Voor drie goede [G] veeën uit je dromen.
[C] Weer een topperwond, [Fm] we zijn er al naar je toe [Cm]
[G] gekomen.
[Cm] Luister nu maar [Ab] eens extra goed.
[Bb] Doe wat ook je is [G] om boer te geven.
[C] Rijd een nieuwe [Fm] glimlach op je snoed.
Wat een [Ab] magisch [Bb] leven.
[Eb] Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Cm] toveren.
[Ab]
[Eb] Nee, je [Ab] moet geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling [Bb] van [Eb] mij.
Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Bb] [Cm] toveren.
[Ab]
Iedereen [Eb] kan toveren.
Met een mooie [Ab]
glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw [Gm] [Eb] domenlaar.
[Ab]
[Eb] Iedereen [Fm] kan [Cm] toveren.
Nu wil je hard [Ab] met zonnen [Bb] schijnen.
Maar er zijn nog van [G] die hulp [C] uitdagen.
Dan voel jij je zo [Fm]
ontzettend klein.
[Cm] Honderdduizend [G] vragen.
[Cm] Alles wordt [Ab] mooier als je lacht.
[Bb] Jij kan ons de hoop [G] van liefde [C] geven.
Met je eigen [Fm]
megatoonkracht.
[Ab] Wat een magisch [Bb] leven.
[Eb] Koffie, koffie, [Ab]
[Eb] [Bb] [Cm] [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Nee, je moet [Ab] geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling van [Bb] mij.
[Eb] Koffie, koffie, [Ab]
[Eb] [Bb] [Cm] [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Met een [Ab] mooie glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw [Bb] [Ab] domenlaar.
En als de [G] hek doorslaat.
[Ab] Verschijnt erop een [G] regenbraak.
[B] Mooie zon die [Db] naar je laagt.
En [Ebm] iedereen heeft [Bb] [C] domkracht.
[F]
[Bb] [F] [Dm]
Koffie, [Bb] koffie, [F] iedereen kan toveren.
Met een [Bb] mooie [F] glimlach of een lieve [Bb]
taart.
[Am] [Gm] [F]
Koffie, koffie, [Bb] iedereen [F] kan [C] toveren.
[Dm] [Bb] [F]
Nee, je moet [Bb] geen [F] domenaar of [Bb] veterzijd.
[Gm] Of een leerling van [Am] [F]
mij.
Koffie, [Bb] [F]
[Dm] [Bb] koffie, iedereen [F] kan toveren.
Met een [Bb] mooie glimlach of [F] een [Bb] lieve taart.
[Gm] Wordt dan al jouw [F]
domenlaar.
Spookjes, iedereen kan toveren.
[Cm] Iedereen [Ab] kan toveren.
[Eb] [Ab]
[Eb] [Ab] [Fm] [Ab]
[Bb] [Cm] Hier zijn we dan [Ab]
speciaal voor jou.
[Bb] Voor drie goede [G] veeën uit je dromen.
[C] Weer een topperwond, [Fm] we zijn er al naar je toe [Cm]
[G] gekomen.
[Cm] Luister nu maar [Ab] eens extra goed.
[Bb] Doe wat ook je is [G] om boer te geven.
[C] Rijd een nieuwe [Fm] glimlach op je snoed.
Wat een [Ab] magisch [Bb] leven.
[Eb] Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Cm] toveren.
[Ab]
[Eb] Nee, je [Ab] moet geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling [Bb] van [Eb] mij.
Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Bb] [Cm] toveren.
[Ab]
Iedereen [Eb] kan toveren.
Met een mooie [Ab]
glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw [Gm] [Eb] domenlaar.
[Ab]
[Eb] Iedereen [Fm] kan [Cm] toveren.
Nu wil je hard [Ab] met zonnen [Bb] schijnen.
Maar er zijn nog van [G] die hulp [C] uitdagen.
Dan voel jij je zo [Fm]
ontzettend klein.
[Cm] Honderdduizend [G] vragen.
[Cm] Alles wordt [Ab] mooier als je lacht.
[Bb] Jij kan ons de hoop [G] van liefde [C] geven.
Met je eigen [Fm]
megatoonkracht.
[Ab] Wat een magisch [Bb] leven.
[Eb] Koffie, koffie, [Ab]
[Eb] [Bb] [Cm] [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Nee, je moet [Ab] geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling van [Bb] mij.
[Eb] Koffie, koffie, [Ab]
[Eb] [Bb] [Cm] [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Met een [Ab] mooie glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw [Bb] [Ab] domenlaar.
En als de [G] hek doorslaat.
[Ab] Verschijnt erop een [G] regenbraak.
[B] Mooie zon die [Db] naar je laagt.
En [Ebm] iedereen heeft [Bb] [C] domkracht.
[F]
[Bb] [F] [Dm]
Koffie, [Bb] koffie, [F] iedereen kan toveren.
Met een [Bb] mooie [F] glimlach of een lieve [Bb]
taart.
[Am] [Gm] [F]
Koffie, koffie, [Bb] iedereen [F] kan [C] toveren.
[Dm] [Bb] [F]
Nee, je moet [Bb] geen [F] domenaar of [Bb] veterzijd.
[Gm] Of een leerling van [Am] [F]
mij.
Koffie, [Bb] [F]
[Dm] [Bb] koffie, iedereen [F] kan toveren.
Met een [Bb] mooie glimlach of [F] een [Bb] lieve taart.
[Gm] Wordt dan al jouw [F]
domenlaar.
Spookjes, iedereen kan toveren.
Key:
Ab
Bb
Eb
F
Cm
Ab
Bb
Eb
[Eb] _ _ _ Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan toveren.
[Cm] _ Iedereen [Ab] kan toveren.
_ [Eb] _ _ _ _ _ [Ab] _ _
_ [Eb] _ _ [Ab] _ _ [Fm] _ _ [Ab] _
_ [Bb] _ _ [Cm] Hier zijn we dan [Ab]
speciaal voor jou.
[Bb] Voor drie goede [G] veeën uit je dromen.
[C] Weer een topperwond, [Fm] we zijn er al naar je toe _ [Cm] _
[G] gekomen.
[Cm] _ Luister nu maar [Ab] eens extra goed.
[Bb] Doe wat ook je is [G] om boer te geven.
[C] Rijd een nieuwe [Fm] glimlach op je snoed.
Wat een [Ab] _ magisch _ [Bb] leven.
_ [Eb] Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Cm] toveren.
_ _ _ [Ab] _
_ [Eb] _ _ Nee, je [Ab] moet geen _ [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling [Bb] van _ [Eb] mij.
Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Bb] [Cm] toveren.
_ _ [Ab] _
Iedereen [Eb] kan toveren.
Met een mooie [Ab]
glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw _ [Gm] _ _ [Eb] _ domenlaar.
_ [Ab] _
_ _ _ [Eb] _ Iedereen [Fm] kan _ [Cm] toveren.
Nu wil je hard [Ab] met zonnen [Bb] schijnen.
Maar er zijn nog van [G] die hulp _ [C] uitdagen.
Dan voel jij je zo [Fm]
ontzettend klein.
_ _ _ [Cm] Honderdduizend _ [G] vragen.
[Cm] _ Alles wordt [Ab] mooier als je lacht.
[Bb] Jij kan ons de hoop [G] van liefde [C] geven.
Met je eigen _ [Fm] _
_ megatoonkracht.
[Ab] Wat een _ _ magisch _ [Bb] leven.
[Eb] _ Koffie, koffie, [Ab] _
_ [Eb] _ [Bb] _ [Cm] _ _ _ _ [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Nee, je moet [Ab] geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling van [Bb] mij.
_ [Eb] _ Koffie, koffie, [Ab] _
_ _ [Eb] _ [Bb] _ [Cm] _ _ _ [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Met een [Ab] mooie glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw _ [Bb] _ _ _ [Ab] domenlaar.
En als de [G] hek doorslaat.
_ [Ab] Verschijnt erop een [G] _ regenbraak.
_ [B] Mooie zon die [Db] naar je laagt.
En [Ebm] _ iedereen heeft _ [Bb] _ _ [C] domkracht.
[F] _ _
_ _ _ [Bb] _ _ [F] _ _ [Dm] _
Koffie, [Bb] koffie, [F] iedereen kan toveren.
Met een [Bb] mooie [F] glimlach of een lieve [Bb]
taart.
[Am] _ [Gm] _ _ _ [F] _ _ _
Koffie, koffie, [Bb] _ iedereen [F] kan [C] toveren.
[Dm] _ _ _ [Bb] _ _ [F] _ _ _
Nee, je moet [Bb] geen [F] domenaar of [Bb] veterzijd.
[Gm] Of een leerling van [Am] _ [F] _
mij.
Koffie, [Bb] _ _ _ [F] _ _
[Dm] _ _ [Bb] koffie, iedereen [F] kan toveren.
Met een [Bb] mooie glimlach of [F] een [Bb] lieve taart.
[Gm] Wordt dan al jouw _ [F] _ _
domenlaar.
Spookjes, iedereen kan toveren.
[Cm] _ Iedereen [Ab] kan toveren.
_ [Eb] _ _ _ _ _ [Ab] _ _
_ [Eb] _ _ [Ab] _ _ [Fm] _ _ [Ab] _
_ [Bb] _ _ [Cm] Hier zijn we dan [Ab]
speciaal voor jou.
[Bb] Voor drie goede [G] veeën uit je dromen.
[C] Weer een topperwond, [Fm] we zijn er al naar je toe _ [Cm] _
[G] gekomen.
[Cm] _ Luister nu maar [Ab] eens extra goed.
[Bb] Doe wat ook je is [G] om boer te geven.
[C] Rijd een nieuwe [Fm] glimlach op je snoed.
Wat een [Ab] _ magisch _ [Bb] leven.
_ [Eb] Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Cm] toveren.
_ _ _ [Ab] _
_ [Eb] _ _ Nee, je [Ab] moet geen _ [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling [Bb] van _ [Eb] mij.
Koffie, [Ab] koffie, iedereen [Eb] kan [Bb] [Cm] toveren.
_ _ [Ab] _
Iedereen [Eb] kan toveren.
Met een mooie [Ab]
glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw _ [Gm] _ _ [Eb] _ domenlaar.
_ [Ab] _
_ _ _ [Eb] _ Iedereen [Fm] kan _ [Cm] toveren.
Nu wil je hard [Ab] met zonnen [Bb] schijnen.
Maar er zijn nog van [G] die hulp _ [C] uitdagen.
Dan voel jij je zo [Fm]
ontzettend klein.
_ _ _ [Cm] Honderdduizend _ [G] vragen.
[Cm] _ Alles wordt [Ab] mooier als je lacht.
[Bb] Jij kan ons de hoop [G] van liefde [C] geven.
Met je eigen _ [Fm] _
_ megatoonkracht.
[Ab] Wat een _ _ magisch _ [Bb] leven.
[Eb] _ Koffie, koffie, [Ab] _
_ [Eb] _ [Bb] _ [Cm] _ _ _ _ [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Nee, je moet [Ab] geen [Eb] domenaar of [Ab] veterzijd.
Of een leerling van [Bb] mij.
_ [Eb] _ Koffie, koffie, [Ab] _
_ _ [Eb] _ [Bb] _ [Cm] _ _ _ [Ab]
iedereen [Eb] kan toveren.
Met een [Ab] mooie glimlach [Eb] of een lieve [Ab] taart.
[Fm] Wordt dan al jouw _ [Bb] _ _ _ [Ab] domenlaar.
En als de [G] hek doorslaat.
_ [Ab] Verschijnt erop een [G] _ regenbraak.
_ [B] Mooie zon die [Db] naar je laagt.
En [Ebm] _ iedereen heeft _ [Bb] _ _ [C] domkracht.
[F] _ _
_ _ _ [Bb] _ _ [F] _ _ [Dm] _
Koffie, [Bb] koffie, [F] iedereen kan toveren.
Met een [Bb] mooie [F] glimlach of een lieve [Bb]
taart.
[Am] _ [Gm] _ _ _ [F] _ _ _
Koffie, koffie, [Bb] _ iedereen [F] kan [C] toveren.
[Dm] _ _ _ [Bb] _ _ [F] _ _ _
Nee, je moet [Bb] geen [F] domenaar of [Bb] veterzijd.
[Gm] Of een leerling van [Am] _ [F] _
mij.
Koffie, [Bb] _ _ _ [F] _ _
[Dm] _ _ [Bb] koffie, iedereen [F] kan toveren.
Met een [Bb] mooie glimlach of [F] een [Bb] lieve taart.
[Gm] Wordt dan al jouw _ [F] _ _
domenlaar.
Spookjes, iedereen kan toveren.