Chords for Kabouter Plop - Kabouter Plop Is Jarig | Karaoke
Tempo:
112.8 bpm
Chords used:
E
A
F
B
Bb
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klopperde-klop, dag [A] vrienden, welkom op het feestje.
[E] Hebben jullie er zin in?
Ja!
[E] Eerst doen we de [A] kapouterdans en daarna gaan we eten.
Wat zou er in die pakjes zitten?
Dat zou [B] ik graag weten.
[E] Je moet niet ongeduldig [A] zijn, we willen dat je wacht.
Die pakjes mag je openen precies om [E] uternacht.
Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje [B] ouder dan [E] verleden jaar.
Smullen, smullen, ik heb zo'n honger.
Ik [A] zou eens iets zeggen, hè?
Ik ook.
Ik ook.
Wees maar gerust, vrienden.
Kijk eens wat Luytje heeft meegebracht.
[E] Hier is de verjaardag, luister oven.
Voor we ervan eten, [A] moet jij eerst de [B] kaarsjes dopen.
[E] Goed, ik blaas zo hard, ik [A] kan de kaarsjes zijn al uit.
Smijt ze maar in duizend [Db] stukken en zing [E] dan heel luid.
Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is alweer een jaartje ouder dan [E] verleden jaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] [C] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is [F] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klus, klus, zijn er ook pakjes voor mij bij?
Natuurlijk niet, jij hebt allemaal klus.
Het is toch de verjaardag van Blob en Iede, ouwe?
Ouwe?
De klok heeft twaalf keer [Bb] geslagen, nu gaat het gebeuren.
Nog [F] even, ik mag al het cadeaupapier [C] verscheuren.
[F] Een nieuwe muts, een houten knuit [Bb] en shampoo voor mijn haar.
Dit is voor mij de mooiste dag van het [F] kapouterjaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [G] een jaartje ouder dan [F] verleden jaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken [Bb] die staan al voor [C] ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [F] een jaartje ouder dan verleden jaar.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klopperde-klop, dag [A] vrienden, welkom op het feestje.
[E] Hebben jullie er zin in?
Ja!
[E] Eerst doen we de [A] kapouterdans en daarna gaan we eten.
Wat zou er in die pakjes zitten?
Dat zou [B] ik graag weten.
[E] Je moet niet ongeduldig [A] zijn, we willen dat je wacht.
Die pakjes mag je openen precies om [E] uternacht.
Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje [B] ouder dan [E] verleden jaar.
Smullen, smullen, ik heb zo'n honger.
Ik [A] zou eens iets zeggen, hè?
Ik ook.
Ik ook.
Wees maar gerust, vrienden.
Kijk eens wat Luytje heeft meegebracht.
[E] Hier is de verjaardag, luister oven.
Voor we ervan eten, [A] moet jij eerst de [B] kaarsjes dopen.
[E] Goed, ik blaas zo hard, ik [A] kan de kaarsjes zijn al uit.
Smijt ze maar in duizend [Db] stukken en zing [E] dan heel luid.
Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] [B] kapouterbord is jarig.
En is alweer een jaartje ouder dan [E] verleden jaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] [C] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is [F] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klus, klus, zijn er ook pakjes voor mij bij?
Natuurlijk niet, jij hebt allemaal klus.
Het is toch de verjaardag van Blob en Iede, ouwe?
Ouwe?
De klok heeft twaalf keer [Bb] geslagen, nu gaat het gebeuren.
Nog [F] even, ik mag al het cadeaupapier [C] verscheuren.
[F] Een nieuwe muts, een houten knuit [Bb] en shampoo voor mijn haar.
Dit is voor mij de mooiste dag van het [F] kapouterjaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [G] een jaartje ouder dan [F] verleden jaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken [Bb] die staan al voor [C] ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [F] een jaartje ouder dan verleden jaar.
Key:
E
A
F
B
Bb
E
A
F
Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klopperde-klop, dag [A] vrienden, welkom op het feestje.
[E] Hebben jullie er zin in?
Ja! _
[E] Eerst doen we de [A] kapouterdans en daarna gaan we eten.
Wat zou er in die pakjes zitten?
Dat zou [B] ik graag weten.
[E] Je moet niet ongeduldig [A] zijn, we willen dat je wacht.
Die pakjes mag je openen precies om [E] uternacht.
Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje [B] ouder dan [E] verleden jaar.
Smullen, smullen, ik heb zo'n honger.
Ik [A] zou eens iets zeggen, hè?
Ik ook.
Ik ook.
Wees maar gerust, vrienden.
Kijk eens wat Luytje heeft meegebracht.
[E] Hier is de verjaardag, _ luister oven.
Voor we ervan eten, [A] moet jij eerst de [B] kaarsjes dopen.
[E] Goed, ik blaas zo hard, ik [A] kan de kaarsjes zijn al uit.
Smijt ze maar in duizend [Db] stukken en zing [E] dan heel luid.
Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is alweer een jaartje ouder dan [E] verleden jaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] _ [C] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is [F] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klus, klus, zijn er ook pakjes voor mij bij?
Natuurlijk niet, jij hebt allemaal klus.
Het is toch de verjaardag van Blob en Iede, ouwe?
Ouwe?
De klok heeft twaalf keer [Bb] geslagen, nu gaat het gebeuren.
Nog [F] even, ik mag al het cadeaupapier [C] verscheuren.
[F] Een nieuwe muts, een houten knuit [Bb] en shampoo voor mijn haar.
Dit is voor mij de mooiste dag van het _ [F] kapouterjaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [G] een jaartje ouder dan [F] verleden jaar.
Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken [Bb] die staan al voor [C] ons klaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [F] een jaartje ouder dan verleden jaar. _
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klopperde-klop, dag [A] vrienden, welkom op het feestje.
[E] Hebben jullie er zin in?
Ja! _
[E] Eerst doen we de [A] kapouterdans en daarna gaan we eten.
Wat zou er in die pakjes zitten?
Dat zou [B] ik graag weten.
[E] Je moet niet ongeduldig [A] zijn, we willen dat je wacht.
Die pakjes mag je openen precies om [E] uternacht.
Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is [E] alweer een jaartje [B] ouder dan [E] verleden jaar.
Smullen, smullen, ik heb zo'n honger.
Ik [A] zou eens iets zeggen, hè?
Ik ook.
Ik ook.
Wees maar gerust, vrienden.
Kijk eens wat Luytje heeft meegebracht.
[E] Hier is de verjaardag, _ luister oven.
Voor we ervan eten, [A] moet jij eerst de [B] kaarsjes dopen.
[E] Goed, ik blaas zo hard, ik [A] kan de kaarsjes zijn al uit.
Smijt ze maar in duizend [Db] stukken en zing [E] dan heel luid.
Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[E] Hoera, hoera, [A] _ [B] kapouterbord is jarig.
En is alweer een jaartje ouder dan [E] verleden jaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] _ [C] kapouterbord is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is [F] alweer een jaartje ouder dan verleden jaar.
Klus, klus, zijn er ook pakjes voor mij bij?
Natuurlijk niet, jij hebt allemaal klus.
Het is toch de verjaardag van Blob en Iede, ouwe?
Ouwe?
De klok heeft twaalf keer [Bb] geslagen, nu gaat het gebeuren.
Nog [F] even, ik mag al het cadeaupapier [C] verscheuren.
[F] Een nieuwe muts, een houten knuit [Bb] en shampoo voor mijn haar.
Dit is voor mij de mooiste dag van het _ [F] kapouterjaar.
Hoera, hoera, [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken die staan al voor ons klaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [G] een jaartje ouder dan [F] verleden jaar.
Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
De blokmelk en de blokkoeken [Bb] die staan al voor [C] ons klaar.
[F] Hoera, hoera, _ [Bb] kapouterbord [C] is jarig.
En is alweer [F] een jaartje ouder dan verleden jaar. _