Chords for lamakettas - Kapitein Rooibos
Tempo:
190.6 bpm
Chords used:
A
E
F#m
C#m
B
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G]
[A] Lieve mensen, [Em] u bent geboren in [G#] Terneuzen en [A] misschien woont u er nog steeds.
[E] Misschien bent u vertrokken naar [G#] [Em] Brabant, naar [A] Eindhoven om te studeren en heeft u [F#m] besloten [A] om nooit meer terug te komen.
En dat heeft te maken dat veel zeer Slamingen niet terugkomen omdat we [B]
[A] een bepaalde identiteitscrisis hebben.
[E] Want in België denken [Am] ze dat we Hollanders [Em] zijn en in Holland [E] denken ze dat we [C] Belgen zijn.
[A] We vallen [E] altijd tussen wal en schip en daarom hebben we waarschijnlijk een [A] enorm alcoholprobleem.
Maar dames en heren, een van die kenmerken van het beeld wat ik nu schets is [G] de [A] geschiedenis van kapitein Rooibos.
En ik zie u allemaal naar elkaar roepen en denken kapitein Rooibos, wie is dat?
Dat is een legendarische kapitein.
Hij is in 1634 geboren op Saamslagzeel.
[E] [A]
Als Wim Pladet, maar omdat er zoveel mensen Pladet heet en in Zeeuws-Vlaanderen kreeg die vanwege zijn wilde ruggen boskrullen,
[E]
die rood [A] van kleur waren zijn bijnaam kapitein Rooibos.
[E] En [A] met zijn schip de lachende zeelul bevoerde hij alle [E] oceaan.
[A] En u vraagt zich af, wat heeft die vent dan gepresteerd?
[E] Het [A] meest indrukwekkende was zijn reis naar Japan in 1657.
U moet zich voorstellen dat Japan tot op dat moment een onmeenbare vesting was voor Spanjaarden, Europiane, [E]
[A] Chinezen, noem het maar op.
Maar kapitein [B] Rooibos had twee [A] tapere mannen mee.
Jo en Ko Deers uit Saamslag, die hij nog kende van de lagere school op de Reuzenhoek.
[E] En in alle [G#m] vroegte gaf [A] hij voor de kust van Japan een achteraf legendarisch [E] bevel [F#m] om aan land te [A] gaan.
Kapitein Rooibos riep [E] [B] in alle [A] vroegte voor de kust van Japan [E] [F#m] naar zijn [A] twee tapere mannen.
Jo
[E] [F#m] [G#m] [A] -ko -ha -ma!
De andere ochtend werd het Japanse dorp Yokohama [E] naar dit bevel [F#m] [G#m] benoemd.
[A]
Tegenwoordig wonen er veertien miljoen.
Over de Schelde, over de Schelde, en de
[E] Noordzee, en de Noordzee,
kapitein Rooibos, kapitein Rooibos, de wind nam [A] hem mee, de wind nam hem mee,
over de [D] Oceaanen, [Bm] over de Oceanen, iedere [A] zee, iedere zee,
[F#m] kapitein [E] Rooibos, kapitein Rooibos, hun [F#m] tapere [D] zee.
[B] [A]
En ik zie het in uw [C#m] ogen, u wordt [F#m] langzaam trots [A] dat u zes Vlaming bent.
Maar dit is niet [C#m] het enige wat [F#m] kapitein Rooibos gepresteerd heeft.
[A] U moet zich voorstellen dat we in de zeventiende eeuw Noord-Amerika alleen kenden,
[G#] [A]
ongeveer tot ter hoogte van New [F#m] York [E] daarboven kwamen we.
[B] [A] Maar kapitein Rooibos zette koers over de noordelijke IJszee richting Noord-Amerika.
[C#m] Maar daar [F#m] strandden ze op een ijsschots.
[A] En zijn stuurman, eentje die kwam van de hoek, die wist het niet [A#] meer,
en die vroeg naar zijn kapitein, [A] kapitein, hoe moet men nu?
[G#m] [C#m] Daarom spreekt kapitein [A] Rooibos de legendarische [G#] woorden,
[A] je kan naar [F#m] hier [A] en je kan naar daar.
Ze gingen naar [F#m] Canada.
[E] [F#m] [G#m] [A]
Dames en heren, dit is een chant die de band zingt, het publiek volgt.
Over de Scheldu, over de Scheldu, en de [E] Noordzee, en de Noordzee,
kapitein Rooibos, kapitein Rooibos, de [B] [A] Wittanen mee, Wittanen mee,
[Bm] over [F#m] [D]
oceanen, over oceanen, iedere [A] zee, [Em]
iedere [F#m] zee,
[B] kapitein Rooibos, [A] [E] kapitein Rooibos, een [A] dag [C#m] verhuur.
[D]
[C#] [B] [A] Op [Bm] 3 september, we hebben hem vorige [E] week herdacht,
[A]
hij verloor voor de kust van [E] Miami een legendarische [A] zeeslag van de [E] Mexicaanse armada.
[A] [C#m] En de mensen in Zeeuws [F#]-Vlaanderen konden niet [C#] geloven dat hij daar voor de kust [C#m] van Miami had verloren.
En [A] ze stonden te blijpen, [E] [F#] [G#] [A] ze [C#m] stonden te blijpen op de kaaienbresjes.
[A] Ze stonden met de traan in hun ogen op [C#m] het ponton [F#m] in Ten Uu.
[E] [F#m] [G#m] En [A] zelfs op Perkpolder [C#m] hetzelfde, toen hij niet [A] vervoerde, was er geen veerdienst.
[B] [A] Zelfs daar stonden ze met een [C#m] zandhoek in hun [E] ogen.
En de massale [F#m] reactie [B] na het [A] verlies voor de [C#m] kust van Miami in [F#m] Zeeuws-Vlaanderen was [E] een roep,
[F#m]
[G#m] nee, [A] verloor hij dan.
[F#m] Uiteindelijk werd een Amerikanen daar weer [A] gestaand en vernoemd verloor hij dan.
[Gm] [C#]
[A]
[E]
[A]
[Bm] [F#m] [D]
[A]
[F#m] [B]
Kapitein Rooibos, [A]
[Bm] kapitein [E] Rooibos.
Lieve mensen in deze foyer, wat was die, wat was die?
Over [A] de Schelde, over de Schelde en de [E] Noordzee, en de Noordzee.
Kapitein Rooibos, kapitein Rooibos.
Vindt [A] namen mee, vindt namen mee, [Bm] [F#m] over
[D] oceanen, over oceanen, iedere [A] zee,
[F#m] iedere zee.
[G#m] Kapitein Rooibos,
[A] kapitein [Bm] [G#]
Rooibos.
[A] Een dappere zee.
[D]
[Dm] [A]
Een dappere zee.
[A] Lieve mensen, [Em] u bent geboren in [G#] Terneuzen en [A] misschien woont u er nog steeds.
[E] Misschien bent u vertrokken naar [G#] [Em] Brabant, naar [A] Eindhoven om te studeren en heeft u [F#m] besloten [A] om nooit meer terug te komen.
En dat heeft te maken dat veel zeer Slamingen niet terugkomen omdat we [B]
[A] een bepaalde identiteitscrisis hebben.
[E] Want in België denken [Am] ze dat we Hollanders [Em] zijn en in Holland [E] denken ze dat we [C] Belgen zijn.
[A] We vallen [E] altijd tussen wal en schip en daarom hebben we waarschijnlijk een [A] enorm alcoholprobleem.
Maar dames en heren, een van die kenmerken van het beeld wat ik nu schets is [G] de [A] geschiedenis van kapitein Rooibos.
En ik zie u allemaal naar elkaar roepen en denken kapitein Rooibos, wie is dat?
Dat is een legendarische kapitein.
Hij is in 1634 geboren op Saamslagzeel.
[E] [A]
Als Wim Pladet, maar omdat er zoveel mensen Pladet heet en in Zeeuws-Vlaanderen kreeg die vanwege zijn wilde ruggen boskrullen,
[E]
die rood [A] van kleur waren zijn bijnaam kapitein Rooibos.
[E] En [A] met zijn schip de lachende zeelul bevoerde hij alle [E] oceaan.
[A] En u vraagt zich af, wat heeft die vent dan gepresteerd?
[E] Het [A] meest indrukwekkende was zijn reis naar Japan in 1657.
U moet zich voorstellen dat Japan tot op dat moment een onmeenbare vesting was voor Spanjaarden, Europiane, [E]
[A] Chinezen, noem het maar op.
Maar kapitein [B] Rooibos had twee [A] tapere mannen mee.
Jo en Ko Deers uit Saamslag, die hij nog kende van de lagere school op de Reuzenhoek.
[E] En in alle [G#m] vroegte gaf [A] hij voor de kust van Japan een achteraf legendarisch [E] bevel [F#m] om aan land te [A] gaan.
Kapitein Rooibos riep [E] [B] in alle [A] vroegte voor de kust van Japan [E] [F#m] naar zijn [A] twee tapere mannen.
Jo
[E] [F#m] [G#m] [A] -ko -ha -ma!
De andere ochtend werd het Japanse dorp Yokohama [E] naar dit bevel [F#m] [G#m] benoemd.
[A]
Tegenwoordig wonen er veertien miljoen.
Over de Schelde, over de Schelde, en de
[E] Noordzee, en de Noordzee,
kapitein Rooibos, kapitein Rooibos, de wind nam [A] hem mee, de wind nam hem mee,
over de [D] Oceaanen, [Bm] over de Oceanen, iedere [A] zee, iedere zee,
[F#m] kapitein [E] Rooibos, kapitein Rooibos, hun [F#m] tapere [D] zee.
[B] [A]
En ik zie het in uw [C#m] ogen, u wordt [F#m] langzaam trots [A] dat u zes Vlaming bent.
Maar dit is niet [C#m] het enige wat [F#m] kapitein Rooibos gepresteerd heeft.
[A] U moet zich voorstellen dat we in de zeventiende eeuw Noord-Amerika alleen kenden,
[G#] [A]
ongeveer tot ter hoogte van New [F#m] York [E] daarboven kwamen we.
[B] [A] Maar kapitein Rooibos zette koers over de noordelijke IJszee richting Noord-Amerika.
[C#m] Maar daar [F#m] strandden ze op een ijsschots.
[A] En zijn stuurman, eentje die kwam van de hoek, die wist het niet [A#] meer,
en die vroeg naar zijn kapitein, [A] kapitein, hoe moet men nu?
[G#m] [C#m] Daarom spreekt kapitein [A] Rooibos de legendarische [G#] woorden,
[A] je kan naar [F#m] hier [A] en je kan naar daar.
Ze gingen naar [F#m] Canada.
[E] [F#m] [G#m] [A]
Dames en heren, dit is een chant die de band zingt, het publiek volgt.
Over de Scheldu, over de Scheldu, en de [E] Noordzee, en de Noordzee,
kapitein Rooibos, kapitein Rooibos, de [B] [A] Wittanen mee, Wittanen mee,
[Bm] over [F#m] [D]
oceanen, over oceanen, iedere [A] zee, [Em]
iedere [F#m] zee,
[B] kapitein Rooibos, [A] [E] kapitein Rooibos, een [A] dag [C#m] verhuur.
[D]
[C#] [B] [A] Op [Bm] 3 september, we hebben hem vorige [E] week herdacht,
[A]
hij verloor voor de kust van [E] Miami een legendarische [A] zeeslag van de [E] Mexicaanse armada.
[A] [C#m] En de mensen in Zeeuws [F#]-Vlaanderen konden niet [C#] geloven dat hij daar voor de kust [C#m] van Miami had verloren.
En [A] ze stonden te blijpen, [E] [F#] [G#] [A] ze [C#m] stonden te blijpen op de kaaienbresjes.
[A] Ze stonden met de traan in hun ogen op [C#m] het ponton [F#m] in Ten Uu.
[E] [F#m] [G#m] En [A] zelfs op Perkpolder [C#m] hetzelfde, toen hij niet [A] vervoerde, was er geen veerdienst.
[B] [A] Zelfs daar stonden ze met een [C#m] zandhoek in hun [E] ogen.
En de massale [F#m] reactie [B] na het [A] verlies voor de [C#m] kust van Miami in [F#m] Zeeuws-Vlaanderen was [E] een roep,
[F#m]
[G#m] nee, [A] verloor hij dan.
[F#m] Uiteindelijk werd een Amerikanen daar weer [A] gestaand en vernoemd verloor hij dan.
[Gm] [C#]
[A]
[E]
[A]
[Bm] [F#m] [D]
[A]
[F#m] [B]
Kapitein Rooibos, [A]
[Bm] kapitein [E] Rooibos.
Lieve mensen in deze foyer, wat was die, wat was die?
Over [A] de Schelde, over de Schelde en de [E] Noordzee, en de Noordzee.
Kapitein Rooibos, kapitein Rooibos.
Vindt [A] namen mee, vindt namen mee, [Bm] [F#m] over
[D] oceanen, over oceanen, iedere [A] zee,
[F#m] iedere zee.
[G#m] Kapitein Rooibos,
[A] kapitein [Bm] [G#]
Rooibos.
[A] Een dappere zee.
[D]
[Dm] [A]
Een dappere zee.
Key:
A
E
F#m
C#m
B
A
E
F#m
[G] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[A] Lieve mensen, _ _ _ _ [Em] u bent geboren in [G#] Terneuzen en [A] misschien woont u er nog steeds.
_ _ [E] Misschien bent u vertrokken naar [G#] [Em] Brabant, naar [A] Eindhoven om te studeren en _ heeft u [F#m] besloten [A] om nooit meer terug te komen. _ _ _ _ _
_ En dat heeft te maken dat veel zeer Slamingen niet terugkomen omdat we _ [B] _
_ [A] een bepaalde _ identiteitscrisis hebben.
_ _ [E] _ Want in België denken [Am] ze dat we Hollanders [Em] zijn en in Holland [E] denken ze dat we [C] Belgen zijn.
[A] _ We vallen [E] altijd tussen wal en schip _ _ en daarom hebben we waarschijnlijk een [A] enorm _ _ alcoholprobleem.
_ _ _ Maar dames en heren, _ _ _ _ _ een van die kenmerken van het beeld wat ik nu schets _ _ _ _ _ is _ [G] de [A] geschiedenis van kapitein Rooibos.
En ik zie u allemaal naar elkaar roepen en denken _ kapitein Rooibos, wie is dat? _ _
Dat is een legendarische kapitein.
Hij is in _ 1634 geboren op _ Saamslagzeel.
_ _ _ _ _ _ [E] _ [A]
Als Wim Pladet, maar omdat er zoveel mensen Pladet heet en in Zeeuws-Vlaanderen kreeg die vanwege zijn wilde ruggen _ boskrullen,
_ [E] _
die rood [A] van kleur waren zijn bijnaam kapitein Rooibos.
[E] _ En [A] met zijn schip de lachende zeelul bevoerde hij alle [E] oceaan.
_ _ [A] En u vraagt zich af, wat heeft die vent dan gepresteerd? _ _
[E] _ Het [A] meest _ indrukwekkende was zijn reis naar Japan in _ _ 1657. _
_ U moet zich voorstellen dat Japan tot op dat moment een onmeenbare vesting was voor Spanjaarden, _ Europiane, [E] _ _ _
[A] _ _ _ Chinezen, noem het maar op.
Maar kapitein [B] Rooibos had twee [A] tapere mannen mee.
_ Jo en Ko Deers uit Saamslag, die hij nog kende van de lagere school op de Reuzenhoek.
_ _ [E] En in alle [G#m] vroegte gaf [A] hij voor de kust van Japan een achteraf _ legendarisch [E] bevel [F#m] om aan land te [A] gaan. _ _ _
Kapitein Rooibos riep [E] [B] in alle [A] vroegte _ voor de kust van Japan [E] _ _ [F#m] naar zijn [A] twee tapere mannen.
_ _ _ Jo _
[E] _ [F#m] _ _ [G#m] _ [A] _ -ko _ _ _ -ha _ -ma! _
De andere ochtend werd het Japanse dorp _ Yokohama [E] naar dit bevel [F#m] [G#m] benoemd.
[A] _
Tegenwoordig wonen er veertien miljoen. _ _ _
Over de Schelde, over de Schelde, en de _
[E] _ Noordzee, en de _ _ _ Noordzee,
_ _ kapitein Rooibos, _ _ kapitein _ Rooibos, de wind nam [A] hem _ mee, de wind nam hem mee,
over de [D] _ _ Oceaanen, [Bm] over de _ _ _ Oceanen, iedere [A] zee, _ _ iedere zee,
_ _ _ [F#m] kapitein _ [E] Rooibos, _ _ kapitein Rooibos, hun [F#m] tapere [D] zee. _ _ _ _
[B] _ _ [A] _ _ _ _ _ _
_ En ik zie het in uw [C#m] ogen, u wordt [F#m] langzaam trots [A] dat u zes Vlaming bent. _
_ Maar dit is niet [C#m] het enige wat [F#m] kapitein Rooibos gepresteerd heeft.
_ [A] _ U moet zich voorstellen dat we in de zeventiende eeuw Noord-Amerika alleen kenden,
[G#] _ [A] _ _
ongeveer tot ter hoogte van New [F#m] York [E] daarboven kwamen we.
[B] _ _ [A] Maar kapitein Rooibos zette koers over de noordelijke IJszee richting Noord-Amerika.
_ _ [C#m] Maar daar [F#m] strandden ze op een ijsschots.
_ _ [A] En zijn stuurman, eentje die kwam van de hoek, _ die wist het niet [A#] meer,
en die vroeg naar zijn kapitein, _ _ [A] _ kapitein, hoe moet men nu?
[G#m] _ _ _ [C#m] Daarom spreekt kapitein _ [A] Rooibos de legendarische [G#] woorden,
_ [A] _ _ _ je kan naar [F#m] hier _ _ [A] en je kan naar daar. _
Ze gingen naar [F#m] Canada. _ _
[E] _ _ [F#m] _ [G#m] _ _ [A] _ _
Dames en heren, dit is een chant die de band zingt, het publiek volgt.
_ Over de Scheldu, over de _ Scheldu, en de _ [E] _ Noordzee, en de _ _ Noordzee, _ _
kapitein Rooibos, _ kapitein _ Rooibos, de [B] _ [A] Wittanen _ mee, _ Wittanen mee,
_ [Bm] over [F#m] _ [D] _
_ oceanen, over _ _ _ oceanen, iedere [A] _ zee, _ [Em]
iedere [F#m] zee,
_ _ _ [B] kapitein _ Rooibos, [A] _ [E] kapitein Rooibos, een [A] dag _ [C#m] _ verhuur.
[D] _ _
[C#] _ [B] _ _ [A] _ _ Op [Bm] 3 september, we hebben hem vorige [E] week herdacht,
[A] _
hij verloor voor de kust van [E] Miami een legendarische [A] zeeslag van de [E] Mexicaanse armada.
[A] _ _ [C#m] En de mensen in Zeeuws [F#]-Vlaanderen konden niet [C#] geloven dat hij daar voor de kust [C#m] van Miami had verloren.
En [A] ze stonden te blijpen, [E] _ [F#] _ [G#] _ [A] ze [C#m] stonden te blijpen op de _ kaaienbresjes.
[A] _ _ Ze stonden met de traan in hun ogen op [C#m] het ponton [F#m] in Ten Uu.
_ _ [E] _ [F#m] [G#m] En [A] zelfs op Perkpolder [C#m] hetzelfde, toen hij niet [A] vervoerde, was er geen veerdienst.
_ _ [B] [A] Zelfs daar stonden ze met een [C#m] zandhoek _ in hun [E] ogen.
En de massale [F#m] reactie [B] na het [A] verlies _ voor de [C#m] kust van Miami in [F#m] Zeeuws-Vlaanderen was [E] een roep,
_ [F#m]
[G#m] nee, [A] _ _ verloor hij dan. _
[F#m] _ _ Uiteindelijk werd een Amerikanen daar weer [A] gestaand en vernoemd verloor hij dan. _
_ _ _ [Gm] _ _ _ [C#] _ _
_ _ _ _ [A] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [E] _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [A] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Bm] _ [F#m] _ [D] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [A] _ _ _ _ _ _
[F#m] _ _ _ _ _ _ [B] _ _
Kapitein Rooibos, _ _ _ _ [A] _
[Bm] kapitein _ [E] _ _ Rooibos. _
_ _ _ _ _ _ Lieve mensen in deze foyer, wat was die, wat was die?
_ _ _ _ _ _ Over [A] de Schelde, over de Schelde en de _ [E] _ Noordzee, en de _ _ Noordzee. _
Kapitein _ Rooibos, _ kapitein _ Rooibos.
Vindt [A] namen _ mee, vindt namen mee, [Bm] [F#m] over _
[D] _ _ oceanen, over _ _ oceanen, iedere [A] _ zee, _ _
[F#m] iedere zee. _ _ _ _
[G#m] Kapitein _ Rooibos, _ _ _
_ [A] _ kapitein [Bm] _ _ [G#] _ _
_ Rooibos. _ _ _ _ _
_ _ [A] Een _ _ _ _ _ dappere _ _ zee. _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ [Dm] _ _ _ [A] _
_ _ _ _ Een dappere zee. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[A] Lieve mensen, _ _ _ _ [Em] u bent geboren in [G#] Terneuzen en [A] misschien woont u er nog steeds.
_ _ [E] Misschien bent u vertrokken naar [G#] [Em] Brabant, naar [A] Eindhoven om te studeren en _ heeft u [F#m] besloten [A] om nooit meer terug te komen. _ _ _ _ _
_ En dat heeft te maken dat veel zeer Slamingen niet terugkomen omdat we _ [B] _
_ [A] een bepaalde _ identiteitscrisis hebben.
_ _ [E] _ Want in België denken [Am] ze dat we Hollanders [Em] zijn en in Holland [E] denken ze dat we [C] Belgen zijn.
[A] _ We vallen [E] altijd tussen wal en schip _ _ en daarom hebben we waarschijnlijk een [A] enorm _ _ alcoholprobleem.
_ _ _ Maar dames en heren, _ _ _ _ _ een van die kenmerken van het beeld wat ik nu schets _ _ _ _ _ is _ [G] de [A] geschiedenis van kapitein Rooibos.
En ik zie u allemaal naar elkaar roepen en denken _ kapitein Rooibos, wie is dat? _ _
Dat is een legendarische kapitein.
Hij is in _ 1634 geboren op _ Saamslagzeel.
_ _ _ _ _ _ [E] _ [A]
Als Wim Pladet, maar omdat er zoveel mensen Pladet heet en in Zeeuws-Vlaanderen kreeg die vanwege zijn wilde ruggen _ boskrullen,
_ [E] _
die rood [A] van kleur waren zijn bijnaam kapitein Rooibos.
[E] _ En [A] met zijn schip de lachende zeelul bevoerde hij alle [E] oceaan.
_ _ [A] En u vraagt zich af, wat heeft die vent dan gepresteerd? _ _
[E] _ Het [A] meest _ indrukwekkende was zijn reis naar Japan in _ _ 1657. _
_ U moet zich voorstellen dat Japan tot op dat moment een onmeenbare vesting was voor Spanjaarden, _ Europiane, [E] _ _ _
[A] _ _ _ Chinezen, noem het maar op.
Maar kapitein [B] Rooibos had twee [A] tapere mannen mee.
_ Jo en Ko Deers uit Saamslag, die hij nog kende van de lagere school op de Reuzenhoek.
_ _ [E] En in alle [G#m] vroegte gaf [A] hij voor de kust van Japan een achteraf _ legendarisch [E] bevel [F#m] om aan land te [A] gaan. _ _ _
Kapitein Rooibos riep [E] [B] in alle [A] vroegte _ voor de kust van Japan [E] _ _ [F#m] naar zijn [A] twee tapere mannen.
_ _ _ Jo _
[E] _ [F#m] _ _ [G#m] _ [A] _ -ko _ _ _ -ha _ -ma! _
De andere ochtend werd het Japanse dorp _ Yokohama [E] naar dit bevel [F#m] [G#m] benoemd.
[A] _
Tegenwoordig wonen er veertien miljoen. _ _ _
Over de Schelde, over de Schelde, en de _
[E] _ Noordzee, en de _ _ _ Noordzee,
_ _ kapitein Rooibos, _ _ kapitein _ Rooibos, de wind nam [A] hem _ mee, de wind nam hem mee,
over de [D] _ _ Oceaanen, [Bm] over de _ _ _ Oceanen, iedere [A] zee, _ _ iedere zee,
_ _ _ [F#m] kapitein _ [E] Rooibos, _ _ kapitein Rooibos, hun [F#m] tapere [D] zee. _ _ _ _
[B] _ _ [A] _ _ _ _ _ _
_ En ik zie het in uw [C#m] ogen, u wordt [F#m] langzaam trots [A] dat u zes Vlaming bent. _
_ Maar dit is niet [C#m] het enige wat [F#m] kapitein Rooibos gepresteerd heeft.
_ [A] _ U moet zich voorstellen dat we in de zeventiende eeuw Noord-Amerika alleen kenden,
[G#] _ [A] _ _
ongeveer tot ter hoogte van New [F#m] York [E] daarboven kwamen we.
[B] _ _ [A] Maar kapitein Rooibos zette koers over de noordelijke IJszee richting Noord-Amerika.
_ _ [C#m] Maar daar [F#m] strandden ze op een ijsschots.
_ _ [A] En zijn stuurman, eentje die kwam van de hoek, _ die wist het niet [A#] meer,
en die vroeg naar zijn kapitein, _ _ [A] _ kapitein, hoe moet men nu?
[G#m] _ _ _ [C#m] Daarom spreekt kapitein _ [A] Rooibos de legendarische [G#] woorden,
_ [A] _ _ _ je kan naar [F#m] hier _ _ [A] en je kan naar daar. _
Ze gingen naar [F#m] Canada. _ _
[E] _ _ [F#m] _ [G#m] _ _ [A] _ _
Dames en heren, dit is een chant die de band zingt, het publiek volgt.
_ Over de Scheldu, over de _ Scheldu, en de _ [E] _ Noordzee, en de _ _ Noordzee, _ _
kapitein Rooibos, _ kapitein _ Rooibos, de [B] _ [A] Wittanen _ mee, _ Wittanen mee,
_ [Bm] over [F#m] _ [D] _
_ oceanen, over _ _ _ oceanen, iedere [A] _ zee, _ [Em]
iedere [F#m] zee,
_ _ _ [B] kapitein _ Rooibos, [A] _ [E] kapitein Rooibos, een [A] dag _ [C#m] _ verhuur.
[D] _ _
[C#] _ [B] _ _ [A] _ _ Op [Bm] 3 september, we hebben hem vorige [E] week herdacht,
[A] _
hij verloor voor de kust van [E] Miami een legendarische [A] zeeslag van de [E] Mexicaanse armada.
[A] _ _ [C#m] En de mensen in Zeeuws [F#]-Vlaanderen konden niet [C#] geloven dat hij daar voor de kust [C#m] van Miami had verloren.
En [A] ze stonden te blijpen, [E] _ [F#] _ [G#] _ [A] ze [C#m] stonden te blijpen op de _ kaaienbresjes.
[A] _ _ Ze stonden met de traan in hun ogen op [C#m] het ponton [F#m] in Ten Uu.
_ _ [E] _ [F#m] [G#m] En [A] zelfs op Perkpolder [C#m] hetzelfde, toen hij niet [A] vervoerde, was er geen veerdienst.
_ _ [B] [A] Zelfs daar stonden ze met een [C#m] zandhoek _ in hun [E] ogen.
En de massale [F#m] reactie [B] na het [A] verlies _ voor de [C#m] kust van Miami in [F#m] Zeeuws-Vlaanderen was [E] een roep,
_ [F#m]
[G#m] nee, [A] _ _ verloor hij dan. _
[F#m] _ _ Uiteindelijk werd een Amerikanen daar weer [A] gestaand en vernoemd verloor hij dan. _
_ _ _ [Gm] _ _ _ [C#] _ _
_ _ _ _ [A] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [E] _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [A] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ [Bm] _ [F#m] _ [D] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [A] _ _ _ _ _ _
[F#m] _ _ _ _ _ _ [B] _ _
Kapitein Rooibos, _ _ _ _ [A] _
[Bm] kapitein _ [E] _ _ Rooibos. _
_ _ _ _ _ _ Lieve mensen in deze foyer, wat was die, wat was die?
_ _ _ _ _ _ Over [A] de Schelde, over de Schelde en de _ [E] _ Noordzee, en de _ _ Noordzee. _
Kapitein _ Rooibos, _ kapitein _ Rooibos.
Vindt [A] namen _ mee, vindt namen mee, [Bm] [F#m] over _
[D] _ _ oceanen, over _ _ oceanen, iedere [A] _ zee, _ _
[F#m] iedere zee. _ _ _ _
[G#m] Kapitein _ Rooibos, _ _ _
_ [A] _ kapitein [Bm] _ _ [G#] _ _
_ Rooibos. _ _ _ _ _
_ _ [A] Een _ _ _ _ _ dappere _ _ zee. _
_ _ _ _ _ _ _ [D] _
_ _ _ _ [Dm] _ _ _ [A] _
_ _ _ _ Een dappere zee. _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _