Chords for Leta Bell & Robert Bouten - Ik Bin Venlonaer (onscreen tekst)
Tempo:
92.1 bpm
Chords used:
Ab
Db
Gb
Fm
Bbm
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Db] [Fm]
[Gb] [Db] [Ab] [Db]
Wat een geluk [Bbm] heest [Ebm] ontroerdens mijn eek!
Was klein van staf [Gb] wie mijn moeder [Ab] me geek.
Bin [Fm] hee geboren en goed [Bbm]
geboren.
[Gb] Ja hee zo heet het [Ab]
levensleek.
[Db] Ik sing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab]
geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb [Ab] goed geluk [Db]
gehad.
[Gb] [Ab] [Db]
Ik weet nog goed [Bbm] ik zoet nog [Ebm] aan de fles.
Vol gooiemood [Gb] ja ik deed [Ab] goed mijn best.
Hem [Fm] op te gruien, hem op te [Bb]
beuien.
[Ebm] Want ik [Gb] ben niet als [Ab] pendo neergeraakt.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] gehad.
[Gb] [Ab] [Db]
Ik ben zo blij [Bbm] want het in me [Ebm] zoet eerd.
Altijd opnieuw [Gb] door de [Ab] jeugdjoren heer.
Ik [Fm] kan al zingen, ik kan al [Bbm]
stringen.
[Gb] Want mensen ik ben [Ab] pendo neer.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van ingeboorte stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben loneer [Db] [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet dat [Bbm] ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] [Bbm] gehad.
[A] [D] Ik zing mijn levensleek, u [Gbm] van moeder op de stad.
[G] Ik ben gelijk ik ben loneer [D] [A] geboren.
[Gb] Het schietsel wie ik heet dat [Bm] ik mazzel heb gehad.
[Em] Want ik ben niet als pendo [A] neergeboren.
[D] Ik zing mijn levensleek, u van moeder [Gbm] op de stad.
[G] Want ik heb goed [A]
geluk [G] gehad.
[Bb] [D]
[Gb] [Db] [Ab] [Db]
Wat een geluk [Bbm] heest [Ebm] ontroerdens mijn eek!
Was klein van staf [Gb] wie mijn moeder [Ab] me geek.
Bin [Fm] hee geboren en goed [Bbm]
geboren.
[Gb] Ja hee zo heet het [Ab]
levensleek.
[Db] Ik sing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab]
geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb [Ab] goed geluk [Db]
gehad.
[Gb] [Ab] [Db]
Ik weet nog goed [Bbm] ik zoet nog [Ebm] aan de fles.
Vol gooiemood [Gb] ja ik deed [Ab] goed mijn best.
Hem [Fm] op te gruien, hem op te [Bb]
beuien.
[Ebm] Want ik [Gb] ben niet als [Ab] pendo neergeraakt.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] gehad.
[Gb] [Ab] [Db]
Ik ben zo blij [Bbm] want het in me [Ebm] zoet eerd.
Altijd opnieuw [Gb] door de [Ab] jeugdjoren heer.
Ik [Fm] kan al zingen, ik kan al [Bbm]
stringen.
[Gb] Want mensen ik ben [Ab] pendo neer.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van ingeboorte stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben loneer [Db] [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet dat [Bbm] ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] [Bbm] gehad.
[A] [D] Ik zing mijn levensleek, u [Gbm] van moeder op de stad.
[G] Ik ben gelijk ik ben loneer [D] [A] geboren.
[Gb] Het schietsel wie ik heet dat [Bm] ik mazzel heb gehad.
[Em] Want ik ben niet als pendo [A] neergeboren.
[D] Ik zing mijn levensleek, u van moeder [Gbm] op de stad.
[G] Want ik heb goed [A]
geluk [G] gehad.
[Bb] [D]
Key:
Ab
Db
Gb
Fm
Bbm
Ab
Db
Gb
_ [Db] _ _ _ _ [Fm] _ _ _
_ [Gb] _ _ [Db] _ [Ab] _ [Db] _ _
Wat een geluk [Bbm] heest [Ebm] ontroerdens mijn eek!
Was klein van staf [Gb] wie mijn moeder [Ab] me geek.
Bin [Fm] hee geboren en goed _ [Bbm]
geboren.
[Gb] Ja hee zo heet het [Ab] _ _
levensleek.
[Db] Ik sing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer _ [Ab]
geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb [Ab] goed geluk [Db] _ _
gehad.
[Gb] _ _ [Ab] _ _ [Db] _ _
Ik weet nog goed [Bbm] ik zoet nog [Ebm] aan de fles.
Vol gooiemood [Gb] ja ik deed [Ab] goed mijn best.
Hem [Fm] op te gruien, hem op te _ [Bb]
beuien.
[Ebm] Want ik [Gb] ben niet als [Ab] pendo neergeraakt.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] _ gehad.
_ [Gb] _ _ [Ab] _ _ [Db] _ _
Ik ben zo blij [Bbm] want het in me [Ebm] zoet eerd.
Altijd opnieuw [Gb] door de [Ab] jeugdjoren heer.
Ik [Fm] kan al zingen, ik kan al _ [Bbm]
stringen.
[Gb] Want mensen ik ben [Ab] pendo _ neer.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van ingeboorte stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben loneer [Db] _ [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet dat [Bbm] ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo _ [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] _ [Bbm] gehad.
_ [A] _ _ _ [D] Ik zing mijn levensleek, u [Gbm] van moeder op de stad.
[G] Ik ben gelijk ik ben loneer [D] _ [A] geboren.
[Gb] Het schietsel wie ik heet dat [Bm] ik mazzel heb gehad.
[Em] Want ik ben niet als pendo _ [A] _ neergeboren.
[D] Ik zing mijn levensleek, u van moeder [Gbm] op de stad.
[G] Want ik heb goed [A]
geluk [G] gehad.
[Bb] _ _ [D] _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ [Gb] _ _ [Db] _ [Ab] _ [Db] _ _
Wat een geluk [Bbm] heest [Ebm] ontroerdens mijn eek!
Was klein van staf [Gb] wie mijn moeder [Ab] me geek.
Bin [Fm] hee geboren en goed _ [Bbm]
geboren.
[Gb] Ja hee zo heet het [Ab] _ _
levensleek.
[Db] Ik sing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer _ [Ab]
geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb [Ab] goed geluk [Db] _ _
gehad.
[Gb] _ _ [Ab] _ _ [Db] _ _
Ik weet nog goed [Bbm] ik zoet nog [Ebm] aan de fles.
Vol gooiemood [Gb] ja ik deed [Ab] goed mijn best.
Hem [Fm] op te gruien, hem op te _ [Bb]
beuien.
[Ebm] Want ik [Gb] ben niet als [Ab] pendo neergeraakt.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben [Db] loneer [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet [Bbm] dat ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, [Fm] u van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] _ gehad.
_ [Gb] _ _ [Ab] _ _ [Db] _ _
Ik ben zo blij [Bbm] want het in me [Ebm] zoet eerd.
Altijd opnieuw [Gb] door de [Ab] jeugdjoren heer.
Ik [Fm] kan al zingen, ik kan al _ [Bbm]
stringen.
[Gb] Want mensen ik ben [Ab] pendo _ neer.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van ingeboorte stad.
[Gb] Ik ben gelijk ik ben loneer [Db] _ [Ab] geboren.
[F] Het schietsel wie ik heet dat [Bbm] ik mazzel heb gehad.
[Ebm] Want ik ben niet als pendo _ [Ab] _ neergeboren.
[Db] Ik zing mijn levensleek, u [Fm] van moeder op de stad.
[Gb] Want ik heb goed [Ab] geluk [Db] _ [Bbm] gehad.
_ [A] _ _ _ [D] Ik zing mijn levensleek, u [Gbm] van moeder op de stad.
[G] Ik ben gelijk ik ben loneer [D] _ [A] geboren.
[Gb] Het schietsel wie ik heet dat [Bm] ik mazzel heb gehad.
[Em] Want ik ben niet als pendo _ [A] _ neergeboren.
[D] Ik zing mijn levensleek, u van moeder [Gbm] op de stad.
[G] Want ik heb goed [A]
geluk [G] gehad.
[Bb] _ _ [D] _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _