Chords for Nick en Simon - Pak maar mijn hand ( Songtekst )
Tempo:
82.5 bpm
Chords used:
Eb
Db
Ab
Fm
Bb
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Fm] [Db] [Eb] [Ab]
[Fm]
[Eb] [Ab] Kijk maar naar de huizen om je heen, ze zouden nooit gebouwd zijn zonder steen.
[Eb] Zitten er geen vleugels [Fm] aan een vogel, [Db] vliegt het toch nooit [Eb] ergens [Ab] heen.
Ook al krijg je nog zoveel kansen, gaat er altijd eentje mis.
[Bbm] En omdat je [Fm] mijn gezang kunt horen, [Db] weet je ook wat [Eb] stilte is.
Want het [Bb]
één kan niet zonder [Db] het ander.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet [Eb] teveel vragen.
Je kunt [Fm] niet als enige de [Bb] wier hoed dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
[Db] [Eb] Maar je kunt het niet alleen.
[Ab] Als je weer een wedstrijd hebt verloren en je voelt je niet zo fijn.
Weet dan dat [Fm] je extra goed moet [Ab] zaaien, wil [Db] de oogst wat [Ab] beter zijn.
Maar je vindt de hulp zo overbodig, want je weet het zelf zo goed.
[Eb] [Fm] Nog heb je je naaste mensen nodig, die vertellen hoe [Eb] het moet.
Want [Bb] het één kan niet zonder [Db] het ander.
Dus [Ab] pak maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet [Fm] als enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar mijn [Ab] hand, laat mij de weg [Eb] wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer [Eb] op keer jezelf [Fm] wil bewijzen.
[Db] [Eb] Maar je kunt het [Bb] niet alleen.
[Bbm] Ik rijd je mijn hand, [Eb] beschrijf deze kans.
Want [C] ik bied graag mijn hulp aan [Fm] jou.
[Eb] [Bb] [Db] Ik hoop dat jij mijn handen [Eb] vertrouwt.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet als [Fm] enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
[Db] [Ab] Maar je kunt het niet alleen.
[Db] [Ab]
[Fm]
[Eb] [Ab] Kijk maar naar de huizen om je heen, ze zouden nooit gebouwd zijn zonder steen.
[Eb] Zitten er geen vleugels [Fm] aan een vogel, [Db] vliegt het toch nooit [Eb] ergens [Ab] heen.
Ook al krijg je nog zoveel kansen, gaat er altijd eentje mis.
[Bbm] En omdat je [Fm] mijn gezang kunt horen, [Db] weet je ook wat [Eb] stilte is.
Want het [Bb]
één kan niet zonder [Db] het ander.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet [Eb] teveel vragen.
Je kunt [Fm] niet als enige de [Bb] wier hoed dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
[Db] [Eb] Maar je kunt het niet alleen.
[Ab] Als je weer een wedstrijd hebt verloren en je voelt je niet zo fijn.
Weet dan dat [Fm] je extra goed moet [Ab] zaaien, wil [Db] de oogst wat [Ab] beter zijn.
Maar je vindt de hulp zo overbodig, want je weet het zelf zo goed.
[Eb] [Fm] Nog heb je je naaste mensen nodig, die vertellen hoe [Eb] het moet.
Want [Bb] het één kan niet zonder [Db] het ander.
Dus [Ab] pak maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet [Fm] als enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar mijn [Ab] hand, laat mij de weg [Eb] wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer [Eb] op keer jezelf [Fm] wil bewijzen.
[Db] [Eb] Maar je kunt het [Bb] niet alleen.
[Bbm] Ik rijd je mijn hand, [Eb] beschrijf deze kans.
Want [C] ik bied graag mijn hulp aan [Fm] jou.
[Eb] [Bb] [Db] Ik hoop dat jij mijn handen [Eb] vertrouwt.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet als [Fm] enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
[Db] [Ab] Maar je kunt het niet alleen.
[Db] [Ab]
Key:
Eb
Db
Ab
Fm
Bb
Eb
Db
Ab
[Fm] _ [Db] _ _ _ [Eb] _ [Ab] _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Fm] _ _
_ _ _ _ [Eb] _ [Ab] Kijk maar naar de huizen om je heen, ze zouden nooit gebouwd zijn zonder steen.
[Eb] Zitten er geen vleugels [Fm] aan een vogel, [Db] vliegt het toch nooit [Eb] ergens [Ab] heen.
Ook al krijg je nog zoveel kansen, gaat er altijd eentje mis.
[Bbm] En omdat je [Fm] mijn gezang kunt horen, [Db] weet je ook wat [Eb] stilte is.
Want het [Bb]
één kan niet zonder [Db] het ander.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet [Eb] teveel vragen.
Je kunt [Fm] niet als enige de [Bb] wier hoed dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
_ _ [Db] _ [Eb] Maar je kunt het niet alleen.
[Ab] Als je weer een wedstrijd hebt verloren en je voelt je niet zo fijn.
Weet dan dat [Fm] je extra goed moet [Ab] zaaien, wil [Db] de oogst wat [Ab] beter zijn.
Maar je vindt de hulp zo _ overbodig, want je weet het zelf zo goed.
[Eb] [Fm] Nog heb je je naaste mensen nodig, die vertellen hoe [Eb] het moet.
Want [Bb] het één kan niet zonder [Db] het ander.
Dus [Ab] pak maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet [Fm] als enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar mijn [Ab] hand, laat mij de weg [Eb] wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer [Eb] op keer jezelf [Fm] wil bewijzen.
_ [Db] _ [Eb] Maar je kunt het [Bb] niet alleen.
_ [Bbm] Ik rijd je mijn hand, [Eb] beschrijf deze kans.
Want [C] ik bied graag mijn hulp aan [Fm] jou.
[Eb] _ [Bb] _ _ _ _ [Db] Ik hoop dat jij mijn handen [Eb] _ vertrouwt.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet als [Fm] enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] _ bewijzen.
_ [Db] _ [Ab] Maar je kunt het niet alleen. _ _
_ _ _ _ [Db] _ _ _ [Ab] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Fm] _ _
_ _ _ _ [Eb] _ [Ab] Kijk maar naar de huizen om je heen, ze zouden nooit gebouwd zijn zonder steen.
[Eb] Zitten er geen vleugels [Fm] aan een vogel, [Db] vliegt het toch nooit [Eb] ergens [Ab] heen.
Ook al krijg je nog zoveel kansen, gaat er altijd eentje mis.
[Bbm] En omdat je [Fm] mijn gezang kunt horen, [Db] weet je ook wat [Eb] stilte is.
Want het [Bb]
één kan niet zonder [Db] het ander.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet [Eb] teveel vragen.
Je kunt [Fm] niet als enige de [Bb] wier hoed dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] bewijzen.
_ _ [Db] _ [Eb] Maar je kunt het niet alleen.
[Ab] Als je weer een wedstrijd hebt verloren en je voelt je niet zo fijn.
Weet dan dat [Fm] je extra goed moet [Ab] zaaien, wil [Db] de oogst wat [Ab] beter zijn.
Maar je vindt de hulp zo _ overbodig, want je weet het zelf zo goed.
[Eb] [Fm] Nog heb je je naaste mensen nodig, die vertellen hoe [Eb] het moet.
Want [Bb] het één kan niet zonder [Db] het ander.
Dus [Ab] pak maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet [Fm] als enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar mijn [Ab] hand, laat mij de weg [Eb] wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer [Eb] op keer jezelf [Fm] wil bewijzen.
_ [Db] _ [Eb] Maar je kunt het [Bb] niet alleen.
_ [Bbm] Ik rijd je mijn hand, [Eb] beschrijf deze kans.
Want [C] ik bied graag mijn hulp aan [Fm] jou.
[Eb] _ [Bb] _ _ _ _ [Db] Ik hoop dat jij mijn handen [Eb] _ vertrouwt.
Pak [Ab] maar mijn hand, stel niet teveel [Eb] vragen.
Je kunt niet als [Fm] enige de wier hoed [Bb] dragen.
Pak nou maar [Ab] mijn hand, laat mij de [Eb] weg wijzen.
Het is geen [Bb] probleem _ [Db] als je keer op [Eb] keer jezelf wil [Fm] _ bewijzen.
_ [Db] _ [Ab] Maar je kunt het niet alleen. _ _
_ _ _ _ [Db] _ _ _ [Ab] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _