Chords for Noach: 'Ken je dit verhaal' (van cd Kom aan boord) HQ videoclip
Tempo:
103.95 bpm
Chords used:
C
F
Bb
G
D
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[F]
[C] [A] God zei Noach, bouw een boot, samen [F] met je [Cm] zonen.
Maak hem sterk en maak hem groot, [E] je moet er straks in wonen.
En neem dan heel veel dieren mee, wanneer de boot gaat varen.
Ik zal ze sturen, twee aan twee, ik wil mijn leven sparen.
[F] De ark was [Bb] netjes [C] afgebouwd, de intocht kon [F] beginnen.
De dieren [Bb] liepen twee aan twee, [Em] de ark van [F] Noach binnen.
[C] En toen deed [Dm] God de deur afslot, [G] en liet de [C] wolken komen.
De regen viel [Bb] met een pakken [C] neer, en het leven [Bb] bleef maar [F]
stroomen.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Gm]
allemaal.
[C] [F] De wereld [Bb] werd een vol [C] signaal, waarop de [F] arken kregen.
Het slechtste [Bb] dieren in de ark, [C] die zongen [F] overblijven.
[C] Maar op een dag [Dm] was het [G] voorbij, het water ging [F] [C] verdwijnen.
[F] De wolken [Bb] schopen weer [C] opzij, de zon begon [Bb] te [F] schijnen.
De aarde [Bb] werd weer langzaam groen, [C] de bomen [F] gingen groeien.
Er startte [Bb] weer een nieuw seizoen, [C] en bloemen [F] gingen bloeien.
[C] Noach [Dm] liet de dieren [G] gaan, ze mochten [F] gaan [C] proberen.
[F] Om elk weer op [Bb] zijn eigen plek, [C] op Arnhem [Bb] terug te [F] keren.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je dit [F] verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb]
Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Bb] allemaal.
[D] [G] Toezeg [C] of kijk eens omhoog, [D] zie daar die [G] boog op deuren.
Luister [C] Noach, ik beloof, [D] het zal niet meer [G]
gebeuren.
[D] Ik zal met [Em] jullie nog een keer, [A] de aarde op [D] gaan bouwen.
[G] Ik maak met [C] jou een nieuw begin, [D] daar mag je [Am] op [G] vertrouwen.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Zo [G] wordt het nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Lees maar [G] in de Bijbel, want daar staat het allemaal.
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Zo wordt het [G] nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Lees [G] maar in de Bijbel, want daar [D] staat het [G] allemaal.
[C] [D] [Am] [G]
[C] [A] God zei Noach, bouw een boot, samen [F] met je [Cm] zonen.
Maak hem sterk en maak hem groot, [E] je moet er straks in wonen.
En neem dan heel veel dieren mee, wanneer de boot gaat varen.
Ik zal ze sturen, twee aan twee, ik wil mijn leven sparen.
[F] De ark was [Bb] netjes [C] afgebouwd, de intocht kon [F] beginnen.
De dieren [Bb] liepen twee aan twee, [Em] de ark van [F] Noach binnen.
[C] En toen deed [Dm] God de deur afslot, [G] en liet de [C] wolken komen.
De regen viel [Bb] met een pakken [C] neer, en het leven [Bb] bleef maar [F]
stroomen.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Gm]
allemaal.
[C] [F] De wereld [Bb] werd een vol [C] signaal, waarop de [F] arken kregen.
Het slechtste [Bb] dieren in de ark, [C] die zongen [F] overblijven.
[C] Maar op een dag [Dm] was het [G] voorbij, het water ging [F] [C] verdwijnen.
[F] De wolken [Bb] schopen weer [C] opzij, de zon begon [Bb] te [F] schijnen.
De aarde [Bb] werd weer langzaam groen, [C] de bomen [F] gingen groeien.
Er startte [Bb] weer een nieuw seizoen, [C] en bloemen [F] gingen bloeien.
[C] Noach [Dm] liet de dieren [G] gaan, ze mochten [F] gaan [C] proberen.
[F] Om elk weer op [Bb] zijn eigen plek, [C] op Arnhem [Bb] terug te [F] keren.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je dit [F] verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb]
Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Bb] allemaal.
[D] [G] Toezeg [C] of kijk eens omhoog, [D] zie daar die [G] boog op deuren.
Luister [C] Noach, ik beloof, [D] het zal niet meer [G]
gebeuren.
[D] Ik zal met [Em] jullie nog een keer, [A] de aarde op [D] gaan bouwen.
[G] Ik maak met [C] jou een nieuw begin, [D] daar mag je [Am] op [G] vertrouwen.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Zo [G] wordt het nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Lees maar [G] in de Bijbel, want daar staat het allemaal.
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Zo wordt het [G] nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Lees [G] maar in de Bijbel, want daar [D] staat het [G] allemaal.
[C] [D] [Am] [G]
Key:
C
F
Bb
G
D
C
F
Bb
_ _ _ _ _ [F] _ _ _
_ _ _ _ [C] [A] God zei Noach, bouw een boot, samen [F] met je [Cm] zonen.
Maak hem sterk en maak hem groot, [E] je moet er straks in wonen.
En neem dan heel veel dieren mee, wanneer de boot gaat varen.
Ik zal ze sturen, twee aan twee, ik wil mijn leven sparen.
[F] De ark was [Bb] netjes [C] afgebouwd, de intocht kon [F] beginnen.
De dieren [Bb] liepen twee aan twee, [Em] de ark van [F] Noach binnen.
[C] En toen deed [Dm] God de deur afslot, [G] en liet de [C] wolken komen.
De regen viel [Bb] met een pakken [C] neer, en het leven [Bb] bleef maar _ [F]
stroomen.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Gm]
allemaal.
_ [C] [F] De wereld [Bb] werd een vol [C] signaal, waarop de [F] arken kregen.
Het slechtste [Bb] dieren in de ark, [C] die zongen [F] overblijven.
[C] Maar op een dag [Dm] was het [G] voorbij, het water ging [F] [C] verdwijnen.
[F] De wolken [Bb] schopen weer [C] opzij, de zon begon [Bb] te _ [F] schijnen.
De aarde [Bb] werd weer langzaam groen, [C] de bomen [F] gingen groeien.
Er startte [Bb] weer een nieuw seizoen, [C] en bloemen [F] gingen bloeien.
[C] Noach [Dm] liet de dieren [G] gaan, ze mochten [F] gaan [C] proberen.
[F] Om elk weer op [Bb] zijn eigen plek, [C] op Arnhem [Bb] terug te [F] keren.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je dit [F] verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
_ [Bb]
Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Bb] allemaal. _ _
[D] _ [G] Toezeg [C] of kijk eens omhoog, [D] zie daar die [G] boog op deuren.
Luister [C] Noach, ik beloof, [D] het zal niet meer [G]
gebeuren.
[D] Ik zal met [Em] jullie nog een keer, [A] de aarde op [D] gaan bouwen.
[G] Ik maak met [C] jou een nieuw begin, [D] daar mag je [Am] op [G] vertrouwen.
_ [C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Zo [G] wordt het nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Lees maar [G] in de Bijbel, want daar staat het allemaal.
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Zo wordt het [G] nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Lees [G] maar in de Bijbel, want daar [D] staat het [G] allemaal.
_ [C] _ _ [D] _ _ [Am] _ _ [G] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [C] [A] God zei Noach, bouw een boot, samen [F] met je [Cm] zonen.
Maak hem sterk en maak hem groot, [E] je moet er straks in wonen.
En neem dan heel veel dieren mee, wanneer de boot gaat varen.
Ik zal ze sturen, twee aan twee, ik wil mijn leven sparen.
[F] De ark was [Bb] netjes [C] afgebouwd, de intocht kon [F] beginnen.
De dieren [Bb] liepen twee aan twee, [Em] de ark van [F] Noach binnen.
[C] En toen deed [Dm] God de deur afslot, [G] en liet de [C] wolken komen.
De regen viel [Bb] met een pakken [C] neer, en het leven [Bb] bleef maar _ [F]
stroomen.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Gm]
allemaal.
_ [C] [F] De wereld [Bb] werd een vol [C] signaal, waarop de [F] arken kregen.
Het slechtste [Bb] dieren in de ark, [C] die zongen [F] overblijven.
[C] Maar op een dag [Dm] was het [G] voorbij, het water ging [F] [C] verdwijnen.
[F] De wolken [Bb] schopen weer [C] opzij, de zon begon [Bb] te _ [F] schijnen.
De aarde [Bb] werd weer langzaam groen, [C] de bomen [F] gingen groeien.
Er startte [Bb] weer een nieuw seizoen, [C] en bloemen [F] gingen bloeien.
[C] Noach [Dm] liet de dieren [G] gaan, ze mochten [F] gaan [C] proberen.
[F] Om elk weer op [Bb] zijn eigen plek, [C] op Arnhem [Bb] terug te [F] keren.
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
[Bb] Zo wordt het [F] nu al eeuwenlang, [G] vertelt hij in [C] elke taal.
[Bb] Ken je dit [F] verhaal?
[Bb] Ken je [F] dit verhaal?
_ [Bb]
Lees maar [F] in de Bijbel, want daar [C] staat het [Bb] allemaal. _ _
[D] _ [G] Toezeg [C] of kijk eens omhoog, [D] zie daar die [G] boog op deuren.
Luister [C] Noach, ik beloof, [D] het zal niet meer [G]
gebeuren.
[D] Ik zal met [Em] jullie nog een keer, [A] de aarde op [D] gaan bouwen.
[G] Ik maak met [C] jou een nieuw begin, [D] daar mag je [Am] op [G] vertrouwen.
_ [C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Zo [G] wordt het nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Lees maar [G] in de Bijbel, want daar staat het allemaal.
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Zo wordt het [G] nu al eeuwenlang, [A] vertelt hij in [D] elke taal.
[C] Ken je dit [G] verhaal?
[C] Ken [G] je dit verhaal?
[C] Lees [G] maar in de Bijbel, want daar [D] staat het [G] allemaal.
_ [C] _ _ [D] _ _ [Am] _ _ [G] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _