opwekking 614 Uw genade is mij genoeg Chords
Tempo:
78 bpm
Chords used:
D
G
C
Em
E
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G] [E]
[Em] [C] [G] [D] [Em]
[G]
[Em] [C] [G]
[Em] [C] [G] Zie hoe Jezus [C] daar loopt [G] in [D] Jeruzalem, [Em] met een kruis op [C] zijn rug [G] en een rode [D] kroon.
[Em] Hoorde [C] menigtes schreeuwt en [G] roept kruisig hem, zo [Em] gaf God [C] zijn eigen [G] [D] Zoon.
Zie [Em] het lamp [C] aan het kruis, [G] waarop volgt [D] God daad.
Als [Em] de Koning [C] der Joden [G] wordt Hij [D] veracht.
Zie [Em] de liefde [C] voor ons in [G] zijn ogen [D] staan, als hij [Em] roept, [C] het is [G] volbracht.
[D]
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade aan [D] mij telkens [Bm] weer, Uw [C] genade [G] is mij [D] genoeg.
[Em] In het rijk van [C] de dood is [G] Hij [D] neergedaald, ja, [G] het liefde [C] voor ons [G] heeft Hij weer [D] gedaan.
[G] Maar de sleep [C] van het graf is [G] U [D] weggehaald, [Em] deze sleep, [C] Hij is [G] [D] opgestaan.
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade [D] aan mij telkens [Bm] weer, Uw [C] [G] genade is mij [D] genoeg.
[Em] En Uw koop [C] ik tot [G] U met vrijmogen [D] blijft, met [Em] ontzag en [C] respect [G] diel ik voor [D] U dien.
[F#m] U bent [D] Koning en God, trot [A] in eeuwen [E] tijd, U [F#m] bent Jezus, [D] de [Bm] Hoogste [E] Heer.
[A] Jij kank U [D] voor Uw [E] genade, [C#m] o Heer, dat [D] U het [A] kruis voor mij [E] kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade [E] aan mij telkens [C#m] weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Jij kank U [A] voor [D] Uw [E] genade, [C#m] o Heer, [D] dat U het [A] kruis voor [E] mij kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade aan [E] mij telkens weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Uw genade, [D] Uw genade [A] is mij [E] genoeg.
[C#m] [D] [A] [E]
[A]
[N]
[Em] [C] [G] [D] [Em]
[G]
[Em] [C] [G]
[Em] [C] [G] Zie hoe Jezus [C] daar loopt [G] in [D] Jeruzalem, [Em] met een kruis op [C] zijn rug [G] en een rode [D] kroon.
[Em] Hoorde [C] menigtes schreeuwt en [G] roept kruisig hem, zo [Em] gaf God [C] zijn eigen [G] [D] Zoon.
Zie [Em] het lamp [C] aan het kruis, [G] waarop volgt [D] God daad.
Als [Em] de Koning [C] der Joden [G] wordt Hij [D] veracht.
Zie [Em] de liefde [C] voor ons in [G] zijn ogen [D] staan, als hij [Em] roept, [C] het is [G] volbracht.
[D]
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade aan [D] mij telkens [Bm] weer, Uw [C] genade [G] is mij [D] genoeg.
[Em] In het rijk van [C] de dood is [G] Hij [D] neergedaald, ja, [G] het liefde [C] voor ons [G] heeft Hij weer [D] gedaan.
[G] Maar de sleep [C] van het graf is [G] U [D] weggehaald, [Em] deze sleep, [C] Hij is [G] [D] opgestaan.
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade [D] aan mij telkens [Bm] weer, Uw [C] [G] genade is mij [D] genoeg.
[Em] En Uw koop [C] ik tot [G] U met vrijmogen [D] blijft, met [Em] ontzag en [C] respect [G] diel ik voor [D] U dien.
[F#m] U bent [D] Koning en God, trot [A] in eeuwen [E] tijd, U [F#m] bent Jezus, [D] de [Bm] Hoogste [E] Heer.
[A] Jij kank U [D] voor Uw [E] genade, [C#m] o Heer, dat [D] U het [A] kruis voor mij [E] kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade [E] aan mij telkens [C#m] weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Jij kank U [A] voor [D] Uw [E] genade, [C#m] o Heer, [D] dat U het [A] kruis voor [E] mij kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade aan [E] mij telkens weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Uw genade, [D] Uw genade [A] is mij [E] genoeg.
[C#m] [D] [A] [E]
[A]
[N]
Key:
D
G
C
Em
E
D
G
C
[G] _ _ _ _ _ _ _ [E] _
_ [Em] _ [C] _ _ [G] _ _ [D] _ [Em] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ _
[Em] _ _ [C] _ _ [G] _ _ _ _
[Em] _ _ [C] _ [G] _ _ _ Zie hoe Jezus [C] daar loopt [G] in [D] Jeruzalem, [Em] met een kruis op [C] zijn rug [G] en een rode [D] kroon.
[Em] Hoorde [C] menigtes schreeuwt en [G] roept kruisig hem, zo [Em] gaf God [C] zijn eigen [G] [D] Zoon.
Zie [Em] het lamp [C] aan het kruis, [G] waarop volgt [D] God daad.
Als [Em] de Koning [C] der Joden [G] wordt Hij [D] veracht.
Zie [Em] de liefde [C] voor ons in [G] zijn ogen [D] staan, als hij [Em] roept, [C] het is [G] volbracht.
[D] _ _
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] _ kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade aan [D] mij telkens [Bm] weer, Uw [C] genade [G] is mij _ [D] genoeg. _
[Em] In het rijk van [C] de dood is [G] Hij [D] neergedaald, ja, [G] het liefde [C] voor ons [G] heeft Hij weer [D] gedaan.
[G] Maar de sleep [C] van het graf is [G] U [D] weggehaald, [Em] deze sleep, [C] Hij is [G] _ _ [D] opgestaan.
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] _ _ kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade [D] aan mij telkens [Bm] weer, Uw [C] [G] genade is mij _ [D] _ genoeg.
[Em] En Uw koop [C] ik tot [G] U met vrijmogen [D] blijft, met [Em] ontzag en [C] respect [G] diel ik voor [D] U dien.
[F#m] U bent [D] Koning en God, trot [A] in eeuwen [E] tijd, U [F#m] bent Jezus, [D] de [Bm] Hoogste [E] Heer. _ _
[A] Jij kank U [D] voor Uw [E] genade, [C#m] o Heer, dat [D] U het [A] kruis voor mij [E] _ kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade [E] aan mij telkens [C#m] weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] _ genoeg.
Jij kank U [A] voor [D] Uw [E] genade, [C#m] o Heer, [D] dat U het [A] kruis voor [E] mij _ kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade aan [E] mij telkens weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Uw genade, [D] Uw genade [A] is mij _ [E] genoeg.
_ [C#m] _ [D] _ _ [A] _ _ [E] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _
_ [Em] _ [C] _ _ [G] _ _ [D] _ [Em] _
_ _ _ [G] _ _ _ _ _
[Em] _ _ [C] _ _ [G] _ _ _ _
[Em] _ _ [C] _ [G] _ _ _ Zie hoe Jezus [C] daar loopt [G] in [D] Jeruzalem, [Em] met een kruis op [C] zijn rug [G] en een rode [D] kroon.
[Em] Hoorde [C] menigtes schreeuwt en [G] roept kruisig hem, zo [Em] gaf God [C] zijn eigen [G] [D] Zoon.
Zie [Em] het lamp [C] aan het kruis, [G] waarop volgt [D] God daad.
Als [Em] de Koning [C] der Joden [G] wordt Hij [D] veracht.
Zie [Em] de liefde [C] voor ons in [G] zijn ogen [D] staan, als hij [Em] roept, [C] het is [G] volbracht.
[D] _ _
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] _ kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade aan [D] mij telkens [Bm] weer, Uw [C] genade [G] is mij _ [D] genoeg. _
[Em] In het rijk van [C] de dood is [G] Hij [D] neergedaald, ja, [G] het liefde [C] voor ons [G] heeft Hij weer [D] gedaan.
[G] Maar de sleep [C] van het graf is [G] U [D] weggehaald, [Em] deze sleep, [C] Hij is [G] _ _ [D] opgestaan.
[G] Jij kank U [C] voor Uw [D] genade, [Bm] o Heer, [C] dat U het [G] kruis voor mij [D] _ _ kroeg.
[G] U bewijst Uw [C] genade [D] aan mij telkens [Bm] weer, Uw [C] [G] genade is mij _ [D] _ genoeg.
[Em] En Uw koop [C] ik tot [G] U met vrijmogen [D] blijft, met [Em] ontzag en [C] respect [G] diel ik voor [D] U dien.
[F#m] U bent [D] Koning en God, trot [A] in eeuwen [E] tijd, U [F#m] bent Jezus, [D] de [Bm] Hoogste [E] Heer. _ _
[A] Jij kank U [D] voor Uw [E] genade, [C#m] o Heer, dat [D] U het [A] kruis voor mij [E] _ kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade [E] aan mij telkens [C#m] weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] _ genoeg.
Jij kank U [A] voor [D] Uw [E] genade, [C#m] o Heer, [D] dat U het [A] kruis voor [E] mij _ kroeg.
[A] U bewijst Uw [D] genade aan [E] mij telkens weer, Uw [D] genade is [A] mij [E] genoeg.
Uw genade, [D] Uw genade [A] is mij _ [E] genoeg.
_ [C#m] _ [D] _ _ [A] _ _ [E] _ _ _ _
[A] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _