Chords for Raymond Van het Groenewoud - Maanlicht
Tempo:
103.95 bpm
Chords used:
F
Bb
Eb
Cm
Am
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Bb] Ach, het is weer voorbij, het was de waan van de dag, [Cm] maar het was ook de dag van de waan.
[F] Ik was weer eens verstrikt in mijn ijdele ik, [Gm]
zoveel licht jagen van [Bb] haar vandaan.
Al die schimmen van hersens en wat ik ging doen, [Eb] en ben ik er dan ook voor [Cm]
gegaan.
[F] En het zeurde maar verder, het zeurde maar door, [Gm] tot ik jou aan [F] de hemel zag staan.
Je [Eb]
verlicht die [Dm] duizenden rimpels van [Cm] de zware [Bb] ruisende zee.
En die [Eb]
dansende [Dm] zilveren rimpels [Cm] zingen allemaal met [F] me mee.
Oh, [Eb]
maan, [Ebm] kon je me verblijden?
[F]
Laan ik [Am] in mijn sombere [Gm] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of geel of rood [Dm] of blauw?
[Ab] [G] [Eb]
Wil [Gm] je [Ebm] ook haar hart [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [Eb] dat ik zoveel van [Bb] haar [Gb] hou.
[Bb] [A] [Bb]
Ja, we zingen voor jou, want je staat daar zo mooi, [Cm] zo bedachtzaam, zo bleek en zo zacht.
[Dm] Ach, je bent hier zo lang en je bent zo getrouwd [Eb] met de eenzame stem [F] in de nacht.
[Eb] Je hebt vast het eeuwige [F] leven, [Cm] maakt dat jou zo rustig [Bb] misschien?
[Eb] Wij sukkels, [F] wij zijn hier maar even, maar [Cm] gelukkig jou [F] soms te zien.
[Db] Oh, [Eb]
maan, kon [Bb] je [Ebm] me [F] verblijden?
Laan [Am] ik in mijn sombere [E] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of [Cm] geel of [Bb] rood of blauw?
[Dm] [Ab] [G] [Eb]
Wil je [Bb] haar hart verlichten?
[F]
Toon haar [Am] jouw verstoeld [E] gezicht [Cm] en zeg haar [Eb] dat ik [F] zoveel van [Bb] haar hou.
[A] [Ab] [G] [Eb]
[C] [Bb]
[F] [Am] [C] [Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of geel [F] of [Bb] rood of [Ab] blauw?
[G] Wil [Gm]
je [Bb] haar [Ebm] [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [F] dat ik zoveel van [Bb] haar hou.
[Gbm] [Bb]
Hee, liefs!
Hee, liefs!
En een [N] prettige nacht!
[F] Ik was weer eens verstrikt in mijn ijdele ik, [Gm]
zoveel licht jagen van [Bb] haar vandaan.
Al die schimmen van hersens en wat ik ging doen, [Eb] en ben ik er dan ook voor [Cm]
gegaan.
[F] En het zeurde maar verder, het zeurde maar door, [Gm] tot ik jou aan [F] de hemel zag staan.
Je [Eb]
verlicht die [Dm] duizenden rimpels van [Cm] de zware [Bb] ruisende zee.
En die [Eb]
dansende [Dm] zilveren rimpels [Cm] zingen allemaal met [F] me mee.
Oh, [Eb]
maan, [Ebm] kon je me verblijden?
[F]
Laan ik [Am] in mijn sombere [Gm] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of geel of rood [Dm] of blauw?
[Ab] [G] [Eb]
Wil [Gm] je [Ebm] ook haar hart [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [Eb] dat ik zoveel van [Bb] haar [Gb] hou.
[Bb] [A] [Bb]
Ja, we zingen voor jou, want je staat daar zo mooi, [Cm] zo bedachtzaam, zo bleek en zo zacht.
[Dm] Ach, je bent hier zo lang en je bent zo getrouwd [Eb] met de eenzame stem [F] in de nacht.
[Eb] Je hebt vast het eeuwige [F] leven, [Cm] maakt dat jou zo rustig [Bb] misschien?
[Eb] Wij sukkels, [F] wij zijn hier maar even, maar [Cm] gelukkig jou [F] soms te zien.
[Db] Oh, [Eb]
maan, kon [Bb] je [Ebm] me [F] verblijden?
Laan [Am] ik in mijn sombere [E] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of [Cm] geel of [Bb] rood of blauw?
[Dm] [Ab] [G] [Eb]
Wil je [Bb] haar hart verlichten?
[F]
Toon haar [Am] jouw verstoeld [E] gezicht [Cm] en zeg haar [Eb] dat ik [F] zoveel van [Bb] haar hou.
[A] [Ab] [G] [Eb]
[C] [Bb]
[F] [Am] [C] [Cm]
Wie is je?
[Eb] Wit of geel [F] of [Bb] rood of [Ab] blauw?
[G] Wil [Gm]
je [Bb] haar [Ebm] [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [F] dat ik zoveel van [Bb] haar hou.
[Gbm] [Bb]
Hee, liefs!
Hee, liefs!
En een [N] prettige nacht!
Key:
F
Bb
Eb
Cm
Am
F
Bb
Eb
_ _ [Bb] Ach, het is weer voorbij, het was de waan van de dag, [Cm] maar het was ook de dag van de waan. _
[F] Ik was weer eens verstrikt in mijn ijdele ik, [Gm]
zoveel licht jagen van [Bb] haar vandaan.
_ Al die schimmen van hersens en wat ik ging doen, [Eb] en ben ik er dan ook voor [Cm]
gegaan.
[F] En het zeurde maar verder, het zeurde maar door, [Gm] tot ik jou aan [F] de hemel zag staan.
Je [Eb]
verlicht die [Dm] duizenden rimpels van [Cm] de zware [Bb] ruisende zee.
_ En die [Eb]
dansende [Dm] zilveren rimpels _ [Cm] zingen allemaal met [F] me mee.
Oh, [Eb] _
maan, _ [Ebm] kon je me verblijden?
[F] _
Laan ik _ [Am] in mijn sombere [Gm] tijden.
[Cm]
Wie is je?
_ [Eb] Wit of geel of rood [Dm] of blauw?
_ [Ab] _ _ [G] _ _ [Eb]
Wil [Gm] je _ [Ebm] ook haar hart [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg _ haar [Eb] dat ik zoveel van [Bb] haar [Gb] hou.
_ [Bb] _ [A] _ [Bb] _ _ _
Ja, we zingen voor jou, want je staat daar zo mooi, [Cm] zo bedachtzaam, zo bleek en zo zacht. _
[Dm] Ach, je bent hier zo lang en je bent zo getrouwd [Eb] met de eenzame stem [F] in de nacht. _ _
[Eb] Je hebt vast het eeuwige [F] leven, _ [Cm] maakt dat jou zo rustig [Bb] misschien?
_ [Eb] Wij sukkels, [F] wij zijn hier maar even, maar [Cm] gelukkig jou [F] soms te zien.
[Db] Oh, [Eb] _
maan, kon [Bb] je [Ebm] me [F] verblijden?
Laan [Am] ik in mijn sombere [E] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] _ Wit of [Cm] geel of [Bb] rood of blauw?
[Dm] _ _ [Ab] _ [G] _ _ _ [Eb]
Wil je _ [Bb] haar hart verlichten?
[F] _
Toon haar [Am] jouw verstoeld [E] gezicht [Cm] en zeg haar [Eb] _ dat ik [F] zoveel van [Bb] haar hou.
[A] _ _ [Ab] _ _ [G] _ _ [Eb] _
_ _ _ [C] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ [F] _ [Am] _ _ _ [C] _ [Cm] _
Wie is je?
[Eb] Wit of geel [F] of [Bb] rood of _ _ [Ab] blauw?
_ [G] Wil [Gm] _
_ je [Bb] haar _ _ [Ebm] [F] verlichten?
_ Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [F] dat ik zoveel van [Bb] haar hou.
_ _ [Gbm] _ [Bb] _
Hee, liefs!
Hee, liefs! _
En een [N] prettige nacht! _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
[F] Ik was weer eens verstrikt in mijn ijdele ik, [Gm]
zoveel licht jagen van [Bb] haar vandaan.
_ Al die schimmen van hersens en wat ik ging doen, [Eb] en ben ik er dan ook voor [Cm]
gegaan.
[F] En het zeurde maar verder, het zeurde maar door, [Gm] tot ik jou aan [F] de hemel zag staan.
Je [Eb]
verlicht die [Dm] duizenden rimpels van [Cm] de zware [Bb] ruisende zee.
_ En die [Eb]
dansende [Dm] zilveren rimpels _ [Cm] zingen allemaal met [F] me mee.
Oh, [Eb] _
maan, _ [Ebm] kon je me verblijden?
[F] _
Laan ik _ [Am] in mijn sombere [Gm] tijden.
[Cm]
Wie is je?
_ [Eb] Wit of geel of rood [Dm] of blauw?
_ [Ab] _ _ [G] _ _ [Eb]
Wil [Gm] je _ [Ebm] ook haar hart [F] verlichten?
Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg _ haar [Eb] dat ik zoveel van [Bb] haar [Gb] hou.
_ [Bb] _ [A] _ [Bb] _ _ _
Ja, we zingen voor jou, want je staat daar zo mooi, [Cm] zo bedachtzaam, zo bleek en zo zacht. _
[Dm] Ach, je bent hier zo lang en je bent zo getrouwd [Eb] met de eenzame stem [F] in de nacht. _ _
[Eb] Je hebt vast het eeuwige [F] leven, _ [Cm] maakt dat jou zo rustig [Bb] misschien?
_ [Eb] Wij sukkels, [F] wij zijn hier maar even, maar [Cm] gelukkig jou [F] soms te zien.
[Db] Oh, [Eb] _
maan, kon [Bb] je [Ebm] me [F] verblijden?
Laan [Am] ik in mijn sombere [E] tijden.
[Cm]
Wie is je?
[Eb] _ Wit of [Cm] geel of [Bb] rood of blauw?
[Dm] _ _ [Ab] _ [G] _ _ _ [Eb]
Wil je _ [Bb] haar hart verlichten?
[F] _
Toon haar [Am] jouw verstoeld [E] gezicht [Cm] en zeg haar [Eb] _ dat ik [F] zoveel van [Bb] haar hou.
[A] _ _ [Ab] _ _ [G] _ _ [Eb] _
_ _ _ [C] _ _ _ _ [Bb] _
_ _ [F] _ [Am] _ _ _ [C] _ [Cm] _
Wie is je?
[Eb] Wit of geel [F] of [Bb] rood of _ _ [Ab] blauw?
_ [G] Wil [Gm] _
_ je [Bb] haar _ _ [Ebm] [F] verlichten?
_ Toon haar [Am] jouw verstoeld [Cm] gezicht en zeg haar [F] dat ik zoveel van [Bb] haar hou.
_ _ [Gbm] _ [Bb] _
Hee, liefs!
Hee, liefs! _
En een [N] prettige nacht! _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _