De Donder Rolt Chords by Rob De Nijs
Tempo:
150 bpm
Chords used:
D
Bb
A
C
Dm
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[N] [A] [Db]
[F] [D]
Half vier in de morgen [Bb] is het al zo laat, hij [A] loopt haastig naast zijn auto in een uitgestorven [D] straat.
Regendruppels op de [Bb] voorruit, er hangt storm in de lucht.
[A] Op de vlucht uit een motel de bekende weg [D] terug en de
[C] donderrood.
[A]
De [D]
donderrood.
Alle lichten branden in hun [Bb] huis daar vrij vandaan.
[A] Zij wacht bij de telefoon met haar wale duns [D] eraan.
Kon ze maar geloven [Bb] dat ze zich vergist [A] en dat er door de storm komt dat hij er nog niet [D] is.
De [C] donderrood.
De [A] [Dm]
donderrood.
En de donder [Bb]
[C] loopt op [Dm] lichtse kraak.
En de [Bb] liefde [C] brandt, maar ze wordt [A] geraakt.
En de schoofmaat [Bb] [C] is
[D] vol.
Diep in haar [Bb] hart, [C] waar de [D] donder loopt.
[Dm]
Ze staat al bij de voordeur, [Bb] als hij het pad oprijdt.
[A] Gooit zich in zijn armen aller angst en [D]
spijt.
Maar in de wind drijft een vreemd pad, [Bb] dan een geur die aan hem kleeft.
[A] Er bliksemlicht haar ogen op en hij weet dat zij [D] het weet.
En de [C] donder loopt.
[A] En [D] de donder loopt.
En de donder [Bb]
loopt [C] op lichtse [Dm] kraak.
En de [Bb] liefde [C] brandt, maar ze wordt [A] geraakt.
En de schoofmaat [Bb] [C] is [D] vol.
Diep in haar [Bb] hart, [C] waar de donder [D] loopt.
[Dm]
[Gm]
[D]
[F] [D]
Half vier in de morgen [Bb] is het al zo laat, hij [A] loopt haastig naast zijn auto in een uitgestorven [D] straat.
Regendruppels op de [Bb] voorruit, er hangt storm in de lucht.
[A] Op de vlucht uit een motel de bekende weg [D] terug en de
[C] donderrood.
[A]
De [D]
donderrood.
Alle lichten branden in hun [Bb] huis daar vrij vandaan.
[A] Zij wacht bij de telefoon met haar wale duns [D] eraan.
Kon ze maar geloven [Bb] dat ze zich vergist [A] en dat er door de storm komt dat hij er nog niet [D] is.
De [C] donderrood.
De [A] [Dm]
donderrood.
En de donder [Bb]
[C] loopt op [Dm] lichtse kraak.
En de [Bb] liefde [C] brandt, maar ze wordt [A] geraakt.
En de schoofmaat [Bb] [C] is
[D] vol.
Diep in haar [Bb] hart, [C] waar de [D] donder loopt.
[Dm]
Ze staat al bij de voordeur, [Bb] als hij het pad oprijdt.
[A] Gooit zich in zijn armen aller angst en [D]
spijt.
Maar in de wind drijft een vreemd pad, [Bb] dan een geur die aan hem kleeft.
[A] Er bliksemlicht haar ogen op en hij weet dat zij [D] het weet.
En de [C] donder loopt.
[A] En [D] de donder loopt.
En de donder [Bb]
loopt [C] op lichtse [Dm] kraak.
En de [Bb] liefde [C] brandt, maar ze wordt [A] geraakt.
En de schoofmaat [Bb] [C] is [D] vol.
Diep in haar [Bb] hart, [C] waar de donder [D] loopt.
[Dm]
[Gm]
[D]
Key:
D
Bb
A
C
Dm
D
Bb
A
[N] _ _ _ _ [A] _ _ _ [Db] _
_ [F] _ _ _ _ [D] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ Half vier in de morgen _ _ [Bb] is het al zo laat, hij [A] loopt haastig naast zijn auto _ in een uitgestorven [D] _ straat. _ _
_ Regendruppels op de _ [Bb] voorruit, er hangt storm in de lucht.
[A] _ Op de vlucht uit een motel de bekende weg [D] terug _ en de _ _
[C] _ _ donderrood.
_ _ _ [A] _
_ _ _ De _ [D] _ _
donderrood. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ Alle lichten branden in hun [Bb] huis daar vrij _ _ vandaan.
[A] _ Zij wacht bij de telefoon met haar wale duns [D] eraan. _
_ Kon ze maar geloven _ [Bb] dat ze zich vergist _ [A] en dat er door de storm _ komt dat hij er nog niet _ [D] is.
_ _ De _ [C] _ _ donderrood.
_ De [A] _ _ _ _ _ _ _ [Dm] _
donderrood.
_ En de donder [Bb] _ _
_ _ [C] loopt op [Dm] lichtse kraak.
_ En de [Bb] liefde _ _ [C] brandt, maar ze wordt _ [A] _ geraakt.
En de schoofmaat [Bb] _ _ [C] is _
_ _ [D] vol. _ _ _
Diep in haar [Bb] _ _ hart, [C] waar de [D] donder _ _ loopt. _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [Dm] _ _ _ _
_ _ _ Ze staat al bij de _ voordeur, [Bb] als hij het pad _ oprijdt.
_ [A] Gooit zich in zijn armen _ aller angst en [D] _
spijt.
Maar in de wind drijft een vreemd pad, [Bb] dan een geur die aan hem _ kleeft.
[A] Er bliksemlicht haar ogen op en hij weet dat zij [D] het weet.
_ En de [C] donder _ _ loopt. _ _
_ [A] _ _ _ En [D] de donder _ loopt. _ _ _ _ _
_ _ _ En de donder [Bb] _
loopt _ [C] op lichtse [Dm] _ kraak.
_ En de [Bb] liefde _ _ [C] brandt, maar ze wordt _ [A] geraakt. _
En de schoofmaat [Bb] _ _ _ [C] is _ _ [D] vol. _ _ _
Diep in haar [Bb] _ _ hart, [C] waar de donder [D] _ _ _ _ loopt. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [Dm] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Gm] _ _
_ [D] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ [F] _ _ _ _ [D] _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ Half vier in de morgen _ _ [Bb] is het al zo laat, hij [A] loopt haastig naast zijn auto _ in een uitgestorven [D] _ straat. _ _
_ Regendruppels op de _ [Bb] voorruit, er hangt storm in de lucht.
[A] _ Op de vlucht uit een motel de bekende weg [D] terug _ en de _ _
[C] _ _ donderrood.
_ _ _ [A] _
_ _ _ De _ [D] _ _
donderrood. _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ Alle lichten branden in hun [Bb] huis daar vrij _ _ vandaan.
[A] _ Zij wacht bij de telefoon met haar wale duns [D] eraan. _
_ Kon ze maar geloven _ [Bb] dat ze zich vergist _ [A] en dat er door de storm _ komt dat hij er nog niet _ [D] is.
_ _ De _ [C] _ _ donderrood.
_ De [A] _ _ _ _ _ _ _ [Dm] _
donderrood.
_ En de donder [Bb] _ _
_ _ [C] loopt op [Dm] lichtse kraak.
_ En de [Bb] liefde _ _ [C] brandt, maar ze wordt _ [A] _ geraakt.
En de schoofmaat [Bb] _ _ [C] is _
_ _ [D] vol. _ _ _
Diep in haar [Bb] _ _ hart, [C] waar de [D] donder _ _ loopt. _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ [Dm] _ _ _ _
_ _ _ Ze staat al bij de _ voordeur, [Bb] als hij het pad _ oprijdt.
_ [A] Gooit zich in zijn armen _ aller angst en [D] _
spijt.
Maar in de wind drijft een vreemd pad, [Bb] dan een geur die aan hem _ kleeft.
[A] Er bliksemlicht haar ogen op en hij weet dat zij [D] het weet.
_ En de [C] donder _ _ loopt. _ _
_ [A] _ _ _ En [D] de donder _ loopt. _ _ _ _ _
_ _ _ En de donder [Bb] _
loopt _ [C] op lichtse [Dm] _ kraak.
_ En de [Bb] liefde _ _ [C] brandt, maar ze wordt _ [A] geraakt. _
En de schoofmaat [Bb] _ _ _ [C] is _ _ [D] vol. _ _ _
Diep in haar [Bb] _ _ hart, [C] waar de donder [D] _ _ _ _ loopt. _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [Dm] _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ [Gm] _ _
_ [D] _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _