Chords for Veur altiéd eine Venlonaer

[A] _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ [E] _ _ _ [B] _ _ [C#m] _
_ _ [F#m] _ _ [E] _ [F#m] _ _ _
[E] _ [A] _ _ [E] _ _ [A] _ [E] _ [E] _
_ _ Toch speelde een man op zijn trepel een mooie [B] _ _ _
melodie.
_ _ [C#] [F#m] Ben je het leeg van de _ [B] sterren en het heft je van [E] _ _
[A] Parijs.
[E] _ _ Toch zingen de manen de _ strotten een prachtig [B] schroefje. _
_ _ _ _ [C#] [F#m] Maar hij werd wel _ [B] weggehaald, de uur van [E] zijn portret.
_ [Em] _ _ [E] _ [A] Ik kreeg het hoogste kwaad, man wat [E] deed hij het _ hier.
_ _ _ [F#m] In mijn vaste [B] locht, [F#m] ben ik fijn [E] om te zien.
[A] _ [E] _ _ _ _ [A] _ Leegste heer, ik word, ik loop ik [E] nooit. _
[B] _ [C#m] _ _ _ _ [F#m] Ik weet niets meer te zeggen, _ [A] _ ik zie [E] niets te _ [E] terugvinden.
[F#m] _ [E] _ _ _ _ Waar laat je [A] u schrikken, ik hang al [E]
op koers. _ _ _ _
Vind ik geen [F#m] politie, wat vallen [B] is mijn _ doos.
Ik [E] _ [A] ben zeker, ik heb een ding, [B] [E] en ook niet en [G#m] ik heb [C#m] een _ verwijs.
[F#m] _ _
_ [B] Altijd hier, _ altijd [F#m] daar, altijd [B] hier.
_ _ _ [F#m] _ _
Altijd [B] hier, _ eigenhechten [A] verloor [E] ik.
_ [A] _ _ [E] _ _ [A] _ _
_ _ _ _ _ _ [E] _ _
_ [B] _ [C#m] _ _ _ _ [F#m] _ [E] _
[F#m] _ _ _ [E] _ [A] _ _ [E] _ _
[A] _ [E] _ [E] _ _ _ Maar geen ding moet ze wel weten, _ ik heb [B] dik zo _ _ lief.
_ _ [C#] [F#m] Grijf maar van ik heb ze te [B] zwijten, voor de dik [E] dik vallen.
_ [A] _ [E] _ _ Ik wist de leeftijd van mijn leven, _ hoe word ik [B] gelost door.
_ _ _ _ [C#] [F#m] Ik had een vlug, ik had een schip, [B] _ _ had een [E] schip in de hand.
[Em] _ _ [E] _ [A] Het zette me in brand, schat wat [E] het werd. _
_ _ _ _ _ [F#m] In mijn vaste locht, [B] _ ben ik fijn [E] om te zien.
[C] _ [E] _ _ _ _ [A] Lees de lust al goed, ik zing niet meer [E] _ _
[C#m] alleen.
_ _ _ [F#m] _ Alle vrouwen en heren, [E] ken het het _ [F#m] refrein.
_ [E] _ _ _ _ Waar laat je [A] u schrikken, ik [E] hang al op _
[A] [E] koers.
_ _ Vind ik geen _ _
_ [F#m] politie, wat vallen [B] is mijn doos.
Ik [E] _ [A] ben zeker hier ben ik, [D#] ben [E] ook blij dat ik [B] even hier [C#m] ben.
_ [F#m] Maar we wachten, _
[B] _ _ eigenhechten [A] verloor ik.
[E] _ _
[A] _ _ [E] _ _ _ Waar laat [D] je u [C] schrikken, ik hang al op koers.
_ _ _ Voor geen frank blief ik in Parijs, want verloor is mijn doos.
[D#] _ _ _ [A] Ik ben zeker hier ben ik, [B] [E] ben ook blij dat ik even [C#m] hier ben.
_ [F#m] Maar _ veraltijd [B] blief ik, veraltijd [G#m] en _ altijd [C#m] blief ik.
Verriep ik [F#m] en _ altijd [B] blief ik, eigenhechten [A] verloor ik. _
_ _ _ _ [E] _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _