Chords for K3 - Lied Van De Vos | Musical De 3 Biggetjes
Tempo:
104.95 bpm
Chords used:
Am
G
C
A
F
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[Am] Want die morgen ben ik dan de sluwe [C] vos Louis.
Ik ben [Am] blij dat ik je hier nu [G] samen met je [D] zonen zie.
[A] Ik heb nieuws over de biggen en als jij dat [C] horen wil,
[Am] doe dat maar een [F] tijd in het zakje, [G] anders word ik [Am] plots heel stil.
Tsssha ha ha ha!
[B] [Am]
[Abm] Het [Am] is niet mooi Louis de Vos dat [G] ik betalen [Am] moet aan jou.
Maar [G] ik ben wel [C] heel nieuwsgierig, [F] dus vertel me [C] nu maar gauw.
[G] Wat gebeurt er [Am] in die herberg [G] bij die [C] bigge [D]
kamerad?
[Dm] Ik beloon je [G] voor een goede tip, [F] met [G] één gouden [A] stuk kaas.
Ja ha!
[Ab] [A] Oh, mooi!
[Abm] [A] Hoewel ik wandelde vanmorgen naar de [Am] herberg [C] in het bos.
[Am] Ja, ik vond het echt een goede grap [G] [Am] van Louis [D] de Vos.
[Am] Toen gebeurde er iets vreselijks, maar als jij dat [C] horen wil,
doe [Am] dan nog een tijd in het zakje, [G] anders word ik [A] weer heel stil.
[Abm] [A] Ik heb nog wel timor.
Ha ha!
[Am] Ach Louis, je [F] bent een edderbeil, [G] een afperser, [Am] een kief.
[G] Maar ik wil het [Am] einde kennen, [G] dus vertel me [C]
alsjeblieft.
[G] Wat [E] gebeurde [Am] er met jou, [G] verkleed als [Am] wolf [D] in het gewoud.
[Dm] Maar ik geef nu [G] echt wel voor het laatst [F] een [G] munstukje [A] van goud.
Ha ha ha!
[Am] Toen stapte ik als wolf [C] de [G] herberg van [Dm] de [Em] begen binnen.
[F] En ik zeg je wel timor, een [C] wolf kan [G] daar niks [D] beginnen.
Ha ha!
[F] Want ze hebben een alarm, dat hun [C] van elk gevaar vrij waard.
Zo, [F] dat was mijn [Am] gouden tip, die was [C] toch wel.
[G] Wat tijd [A] en waar.
[N]
Ik ben [Am] blij dat ik je hier nu [G] samen met je [D] zonen zie.
[A] Ik heb nieuws over de biggen en als jij dat [C] horen wil,
[Am] doe dat maar een [F] tijd in het zakje, [G] anders word ik [Am] plots heel stil.
Tsssha ha ha ha!
[B] [Am]
[Abm] Het [Am] is niet mooi Louis de Vos dat [G] ik betalen [Am] moet aan jou.
Maar [G] ik ben wel [C] heel nieuwsgierig, [F] dus vertel me [C] nu maar gauw.
[G] Wat gebeurt er [Am] in die herberg [G] bij die [C] bigge [D]
kamerad?
[Dm] Ik beloon je [G] voor een goede tip, [F] met [G] één gouden [A] stuk kaas.
Ja ha!
[Ab] [A] Oh, mooi!
[Abm] [A] Hoewel ik wandelde vanmorgen naar de [Am] herberg [C] in het bos.
[Am] Ja, ik vond het echt een goede grap [G] [Am] van Louis [D] de Vos.
[Am] Toen gebeurde er iets vreselijks, maar als jij dat [C] horen wil,
doe [Am] dan nog een tijd in het zakje, [G] anders word ik [A] weer heel stil.
[Abm] [A] Ik heb nog wel timor.
Ha ha!
[Am] Ach Louis, je [F] bent een edderbeil, [G] een afperser, [Am] een kief.
[G] Maar ik wil het [Am] einde kennen, [G] dus vertel me [C]
alsjeblieft.
[G] Wat [E] gebeurde [Am] er met jou, [G] verkleed als [Am] wolf [D] in het gewoud.
[Dm] Maar ik geef nu [G] echt wel voor het laatst [F] een [G] munstukje [A] van goud.
Ha ha ha!
[Am] Toen stapte ik als wolf [C] de [G] herberg van [Dm] de [Em] begen binnen.
[F] En ik zeg je wel timor, een [C] wolf kan [G] daar niks [D] beginnen.
Ha ha!
[F] Want ze hebben een alarm, dat hun [C] van elk gevaar vrij waard.
Zo, [F] dat was mijn [Am] gouden tip, die was [C] toch wel.
[G] Wat tijd [A] en waar.
[N]
Key:
Am
G
C
A
F
Am
G
C
[Am] _ Want die morgen ben ik dan de sluwe [C] vos Louis.
_ Ik ben [Am] blij dat ik je hier nu [G] samen met je [D] zonen zie.
[A] Ik heb nieuws over de biggen en als jij dat [C] horen wil,
[Am] doe dat maar een [F] tijd in het zakje, [G] anders word ik [Am] plots heel stil.
Tsssha ha ha ha!
[B] _ _ [Am] _ _ _
_ _ _ [Abm] Het [Am] is niet mooi Louis de Vos dat [G] ik betalen [Am] moet aan jou.
Maar [G] ik ben wel [C] heel nieuwsgierig, [F] dus vertel me [C] nu maar gauw.
[G] Wat gebeurt er [Am] in die herberg [G] bij die [C] bigge [D] _
_ kamerad?
[Dm] Ik beloon je [G] voor een goede tip, _ [F] met [G] één gouden [A] stuk kaas.
Ja ha!
_ [Ab] _ [A] Oh, mooi! _ _
_ [Abm] _ [A] Hoewel ik wandelde vanmorgen naar de [Am] herberg [C] in het _ bos.
[Am] Ja, ik vond het echt een goede grap [G] [Am] van Louis [D] de Vos.
[Am] Toen gebeurde er iets vreselijks, maar als jij dat [C] horen wil,
doe [Am] dan nog een tijd in het zakje, [G] anders word ik [A] weer heel stil.
_ _ _ [Abm] _ [A] Ik heb nog wel timor.
Ha ha!
_ _ _ [Am] Ach Louis, je [F] bent een edderbeil, [G] een afperser, [Am] een kief. _
[G] Maar ik wil het [Am] einde kennen, [G] dus vertel me [C] _
alsjeblieft.
[G] Wat [E] gebeurde [Am] er met jou, [G] verkleed als [Am] wolf [D] in het _ gewoud.
[Dm] Maar ik geef nu [G] echt wel voor het laatst [F] een [G] munstukje [A] van goud.
_ Ha ha ha! _ _ _
_ _ _ _ [Am] Toen stapte ik als wolf [C] de [G] herberg van [Dm] de [Em] begen binnen.
_ _ [F] En ik zeg je wel timor, een [C] wolf kan [G] daar niks _ [D] beginnen.
Ha ha!
_ [F] Want ze hebben een alarm, dat hun [C] van elk gevaar vrij waard.
Zo, [F] dat was mijn [Am] gouden tip, die was [C] toch wel.
_ _ [G] Wat tijd [A] en waar. _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _
_ Ik ben [Am] blij dat ik je hier nu [G] samen met je [D] zonen zie.
[A] Ik heb nieuws over de biggen en als jij dat [C] horen wil,
[Am] doe dat maar een [F] tijd in het zakje, [G] anders word ik [Am] plots heel stil.
Tsssha ha ha ha!
[B] _ _ [Am] _ _ _
_ _ _ [Abm] Het [Am] is niet mooi Louis de Vos dat [G] ik betalen [Am] moet aan jou.
Maar [G] ik ben wel [C] heel nieuwsgierig, [F] dus vertel me [C] nu maar gauw.
[G] Wat gebeurt er [Am] in die herberg [G] bij die [C] bigge [D] _
_ kamerad?
[Dm] Ik beloon je [G] voor een goede tip, _ [F] met [G] één gouden [A] stuk kaas.
Ja ha!
_ [Ab] _ [A] Oh, mooi! _ _
_ [Abm] _ [A] Hoewel ik wandelde vanmorgen naar de [Am] herberg [C] in het _ bos.
[Am] Ja, ik vond het echt een goede grap [G] [Am] van Louis [D] de Vos.
[Am] Toen gebeurde er iets vreselijks, maar als jij dat [C] horen wil,
doe [Am] dan nog een tijd in het zakje, [G] anders word ik [A] weer heel stil.
_ _ _ [Abm] _ [A] Ik heb nog wel timor.
Ha ha!
_ _ _ [Am] Ach Louis, je [F] bent een edderbeil, [G] een afperser, [Am] een kief. _
[G] Maar ik wil het [Am] einde kennen, [G] dus vertel me [C] _
alsjeblieft.
[G] Wat [E] gebeurde [Am] er met jou, [G] verkleed als [Am] wolf [D] in het _ gewoud.
[Dm] Maar ik geef nu [G] echt wel voor het laatst [F] een [G] munstukje [A] van goud.
_ Ha ha ha! _ _ _
_ _ _ _ [Am] Toen stapte ik als wolf [C] de [G] herberg van [Dm] de [Em] begen binnen.
_ _ [F] En ik zeg je wel timor, een [C] wolf kan [G] daar niks _ [D] beginnen.
Ha ha!
_ [F] Want ze hebben een alarm, dat hun [C] van elk gevaar vrij waard.
Zo, [F] dat was mijn [Am] gouden tip, die was [C] toch wel.
_ _ [G] Wat tijd [A] en waar. _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _