Wat Je Diep Treft Chords by Will Tura
Tempo:
73.55 bpm
Chords used:
E
Eb
B
Bb
A
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
Wat je diep treft, doet eeuwig [Bb] pijn, mag nog zo lang geleden [Eb] zijn.
Een kwetsend [Eb] woord, een [Ab] groot verdriet, wat [Eb] je diep treft, [Bb]
vergeet [Eb] je niet.
De eerste straf die je moeder gaf, [Bb] om een vlek op je zondagspark,
dit alles staat nog [Eb] voor je geest.
Die trouwe hond, je deelgenoot, hij [Ab] werd te oud en schoot hem dood.
[Bb] Het is net alsof het pas gisteren [Eb] is geweest.
Wat je diep treft, doet [Bb] eeuwig pijn, mag nog zo lang [Eb] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [Ab] groot verdriet, [Eb] wat je diep [Bb] treft, [Eb] vergeet je niet.
[B] Die [E] grote liefde die niet kon zijn, je liet [B] haar gaan, maar niet zonder pijn.
Je zag haar nooit, of [E] nooit meer weer.
Maar als je naar een ander kijkt, die [A] enigszins op haar gelijkt,
[B] dan doet de wonde telkens weer een [E] beetje pijn.
Wat je diep treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo lang [E] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, [E] wat je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
Wat je diep [Dbm] treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo [B]
[E] lang geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, wat [E] je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
[C] Wat [E] je diep [B]
treft, vergeet je [A] niet.
[E] [N]
Een kwetsend [Eb] woord, een [Ab] groot verdriet, wat [Eb] je diep treft, [Bb]
vergeet [Eb] je niet.
De eerste straf die je moeder gaf, [Bb] om een vlek op je zondagspark,
dit alles staat nog [Eb] voor je geest.
Die trouwe hond, je deelgenoot, hij [Ab] werd te oud en schoot hem dood.
[Bb] Het is net alsof het pas gisteren [Eb] is geweest.
Wat je diep treft, doet [Bb] eeuwig pijn, mag nog zo lang [Eb] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [Ab] groot verdriet, [Eb] wat je diep [Bb] treft, [Eb] vergeet je niet.
[B] Die [E] grote liefde die niet kon zijn, je liet [B] haar gaan, maar niet zonder pijn.
Je zag haar nooit, of [E] nooit meer weer.
Maar als je naar een ander kijkt, die [A] enigszins op haar gelijkt,
[B] dan doet de wonde telkens weer een [E] beetje pijn.
Wat je diep treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo lang [E] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, [E] wat je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
Wat je diep [Dbm] treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo [B]
[E] lang geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, wat [E] je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
[C] Wat [E] je diep [B]
treft, vergeet je [A] niet.
[E] [N]
Key:
E
Eb
B
Bb
A
E
Eb
B
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ Wat je diep treft, doet eeuwig [Bb] pijn, _ mag nog zo lang geleden [Eb] zijn.
_ Een kwetsend [Eb] woord, een [Ab] groot verdriet, _ wat [Eb] je diep treft, [Bb]
vergeet [Eb] je niet.
De eerste straf die je moeder gaf, [Bb] om een vlek op je zondagspark,
dit alles staat nog [Eb] voor je geest.
Die trouwe hond, je deelgenoot, hij [Ab] werd te oud en schoot hem dood.
[Bb] Het is net alsof het pas gisteren [Eb] is geweest.
Wat je diep treft, doet [Bb] eeuwig pijn, _ mag nog zo lang [Eb] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [Ab] groot verdriet, [Eb] wat je diep [Bb] treft, [Eb] vergeet je niet.
[B] Die [E] grote liefde die niet kon zijn, je liet [B] haar gaan, maar niet zonder pijn.
Je zag haar nooit, of [E] nooit meer weer.
Maar als je naar een ander kijkt, die [A] enigszins op haar gelijkt,
[B] dan doet de wonde telkens weer een [E] beetje pijn.
_ Wat je diep treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo lang [E] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, _ [E] wat je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
_ Wat je diep [Dbm] treft, doet [B] eeuwig _ pijn, mag nog zo [B] _
[E] lang geleden zijn.
Een kwetsend _ woord, een [A] groot verdriet, wat [E] je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
[C] Wat [E] je diep [B]
treft, vergeet je [A] niet.
_ [E] _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _
_ _ _ Wat je diep treft, doet eeuwig [Bb] pijn, _ mag nog zo lang geleden [Eb] zijn.
_ Een kwetsend [Eb] woord, een [Ab] groot verdriet, _ wat [Eb] je diep treft, [Bb]
vergeet [Eb] je niet.
De eerste straf die je moeder gaf, [Bb] om een vlek op je zondagspark,
dit alles staat nog [Eb] voor je geest.
Die trouwe hond, je deelgenoot, hij [Ab] werd te oud en schoot hem dood.
[Bb] Het is net alsof het pas gisteren [Eb] is geweest.
Wat je diep treft, doet [Bb] eeuwig pijn, _ mag nog zo lang [Eb] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [Ab] groot verdriet, [Eb] wat je diep [Bb] treft, [Eb] vergeet je niet.
[B] Die [E] grote liefde die niet kon zijn, je liet [B] haar gaan, maar niet zonder pijn.
Je zag haar nooit, of [E] nooit meer weer.
Maar als je naar een ander kijkt, die [A] enigszins op haar gelijkt,
[B] dan doet de wonde telkens weer een [E] beetje pijn.
_ Wat je diep treft, doet [B] eeuwig pijn, mag nog zo lang [E] geleden zijn.
Een kwetsend woord, een [A] groot verdriet, _ [E] wat je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
_ Wat je diep [Dbm] treft, doet [B] eeuwig _ pijn, mag nog zo [B] _
[E] lang geleden zijn.
Een kwetsend _ woord, een [A] groot verdriet, wat [E] je diep [B] treft, [E] vergeet je niet.
[C] Wat [E] je diep [B]
treft, vergeet je [A] niet.
_ [E] _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ _
_ _ _ _ _ _ _ [N] _