Chords for Louis Neefs Margrietje (De Rozen Zullen Bloeien)
Tempo:
72.8 bpm
Chords used:
G
C
Ab
Db
A
Tuning:Standard Tuning (EADGBE)Capo:+0fret
Start Jamming...
[G] Ach, [C] Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie [G] je mij [C] niet meer.
[G] [C] Door je traan heen zul jij [G] weer lachen, net [C] zoals [G] die laatste [C] keer.
En [G] al denk je, [Dm] dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[G] [C] Ach, Margrietje, de [G] rozen zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
Zit je vaak te dromen, kun je s'nachts niet [G] slapen, denk je nog teveel aan toen.
[Dm] Wie zal [G] je begrijpen, het blijft toch van ons samen, [C] je kunt er niet veel meer aan doen.
[F] Je leven kan al [C] leeg zijn, in vijf jaar kun je oud zijn, ik weet wat je [Gm] bedoelt.
[F] De zon hoeft [C] niet te [Em] schijnen, kinderen [A] niet te lachen, [D] maar denk aan wat je [G] hebt gevoeld.
[C] Ach, Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
[G] [C] Door je traan heen zul [G] jij weer lachen, [C] net zoals [Dm] die [G]
[C] laatste keer.
[G] En al denk je, dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[Ab] [G] Ach, [C] Margrietje, de [F] rozen [G] zullen [C] bloeien, [G] ook [C] al zie je [G] mij [C] niet meer.
Dan wil ik weer bij jou zijn, met je kunnen [G] praten, stil zijn om wat jij zegt.
[Dm] Omdat [G] jij van mij bent je ogen weer zien lachen, [C] om iets wat je niet zegt.
[F] Dan kan men wel [C] vinden, zoiets gebeurt wel [Am] vaker, [G] iedereen heeft zo'n [C] herinnering.
[F] Die kreet zal wel [Gb] terecht zijn, [A] het zal je niet [D] veel helpen, misschien als ik [G] dit zing.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Eb] je [Ab] mij [Db] niet [Ab] meer.
[Db] Door je traan heen zul [Ab] jij weer lachen, [Db] net zoals [Gb] die [Ab]
[Db] laatste keer.
[Ab] En al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt nooit, [Fm] [Bb] nooit [Eb] meer [A] terug.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de [Gb] rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Ab] je mij [Db] niet meer.
En [Ab] al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt [Fm] nooit, nee, [G] nooit meer [A] terug.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien
[Ab] [Db] [Ab] [Db]
[G] [C] Door je traan heen zul jij [G] weer lachen, net [C] zoals [G] die laatste [C] keer.
En [G] al denk je, [Dm] dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[G] [C] Ach, Margrietje, de [G] rozen zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
Zit je vaak te dromen, kun je s'nachts niet [G] slapen, denk je nog teveel aan toen.
[Dm] Wie zal [G] je begrijpen, het blijft toch van ons samen, [C] je kunt er niet veel meer aan doen.
[F] Je leven kan al [C] leeg zijn, in vijf jaar kun je oud zijn, ik weet wat je [Gm] bedoelt.
[F] De zon hoeft [C] niet te [Em] schijnen, kinderen [A] niet te lachen, [D] maar denk aan wat je [G] hebt gevoeld.
[C] Ach, Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
[G] [C] Door je traan heen zul [G] jij weer lachen, [C] net zoals [Dm] die [G]
[C] laatste keer.
[G] En al denk je, dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[Ab] [G] Ach, [C] Margrietje, de [F] rozen [G] zullen [C] bloeien, [G] ook [C] al zie je [G] mij [C] niet meer.
Dan wil ik weer bij jou zijn, met je kunnen [G] praten, stil zijn om wat jij zegt.
[Dm] Omdat [G] jij van mij bent je ogen weer zien lachen, [C] om iets wat je niet zegt.
[F] Dan kan men wel [C] vinden, zoiets gebeurt wel [Am] vaker, [G] iedereen heeft zo'n [C] herinnering.
[F] Die kreet zal wel [Gb] terecht zijn, [A] het zal je niet [D] veel helpen, misschien als ik [G] dit zing.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Eb] je [Ab] mij [Db] niet [Ab] meer.
[Db] Door je traan heen zul [Ab] jij weer lachen, [Db] net zoals [Gb] die [Ab]
[Db] laatste keer.
[Ab] En al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt nooit, [Fm] [Bb] nooit [Eb] meer [A] terug.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de [Gb] rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Ab] je mij [Db] niet meer.
En [Ab] al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt [Fm] nooit, nee, [G] nooit meer [A] terug.
[Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien
[Ab] [Db] [Ab] [Db]
Key:
G
C
Ab
Db
A
G
C
Ab
[G] _ _ Ach, [C] Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie [G] je mij [C] niet meer.
[G] _ [C] Door je traan heen zul jij [G] weer lachen, net [C] zoals [G] die laatste [C] keer.
En [G] al denk je, [Dm] dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
_ [G] [C] Ach, Margrietje, de [G] rozen zullen _ bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
_ _ Zit je vaak te dromen, kun je s'nachts niet [G] slapen, denk je nog teveel aan toen.
[Dm] Wie zal [G] je begrijpen, het blijft toch van ons samen, [C] je kunt er niet veel meer aan doen.
[F] Je leven kan al [C] leeg zijn, in vijf jaar kun je oud zijn, ik weet wat je [Gm] bedoelt.
[F] De zon hoeft [C] niet te [Em] schijnen, kinderen [A] niet te lachen, [D] maar denk aan wat je [G] hebt gevoeld.
_ [C] Ach, Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
[G] [C] Door je traan heen zul [G] jij weer lachen, [C] net zoals [Dm] die [G]
[C] laatste keer.
_ [G] En al denk je, dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[Ab] _ [G] Ach, [C] Margrietje, de [F] rozen [G] zullen [C] bloeien, [G] ook [C] al zie je [G] mij [C] niet meer.
Dan wil ik weer bij jou zijn, met je kunnen [G] praten, stil zijn om wat jij zegt.
[Dm] Omdat [G] jij van mij bent je ogen weer zien lachen, [C] om iets wat je niet zegt.
[F] Dan kan men wel [C] vinden, zoiets gebeurt wel [Am] vaker, [G] iedereen heeft zo'n [C] herinnering.
[F] Die kreet zal wel [Gb] terecht zijn, [A] het zal je niet [D] veel helpen, misschien als ik [G] dit zing.
[Ab] _ [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Eb] je [Ab] mij [Db] niet [Ab] meer.
[Db] Door je traan heen zul [Ab] jij weer lachen, [Db] net zoals [Gb] die [Ab]
[Db] laatste keer.
[Ab] En al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt nooit, [Fm] [Bb] nooit [Eb] meer [A] terug.
[Ab] _ [Db] Ach, Margrietje, de [Gb] rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Ab] je mij [Db] niet meer.
En [Ab] al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt [Fm] nooit, nee, [G] nooit meer [A] terug.
_ [Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien_
[Ab] _ _ [Db] _ _ [Ab] _ _ [Db] _
[G] _ [C] Door je traan heen zul jij [G] weer lachen, net [C] zoals [G] die laatste [C] keer.
En [G] al denk je, [Dm] dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
_ [G] [C] Ach, Margrietje, de [G] rozen zullen _ bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
_ _ Zit je vaak te dromen, kun je s'nachts niet [G] slapen, denk je nog teveel aan toen.
[Dm] Wie zal [G] je begrijpen, het blijft toch van ons samen, [C] je kunt er niet veel meer aan doen.
[F] Je leven kan al [C] leeg zijn, in vijf jaar kun je oud zijn, ik weet wat je [Gm] bedoelt.
[F] De zon hoeft [C] niet te [Em] schijnen, kinderen [A] niet te lachen, [D] maar denk aan wat je [G] hebt gevoeld.
_ [C] Ach, Margrietje, de rozen [G] zullen bloeien, [C] ook al zie je [G] mij [C] niet meer.
[G] [C] Door je traan heen zul [G] jij weer lachen, [C] net zoals [Dm] die [G]
[C] laatste keer.
_ [G] En al denk je, dat [C] komt nooit meer, dat [A] komt nooit, [Em] [A] nooit meer [D] terug.
[Ab] _ [G] Ach, [C] Margrietje, de [F] rozen [G] zullen [C] bloeien, [G] ook [C] al zie je [G] mij [C] niet meer.
Dan wil ik weer bij jou zijn, met je kunnen [G] praten, stil zijn om wat jij zegt.
[Dm] Omdat [G] jij van mij bent je ogen weer zien lachen, [C] om iets wat je niet zegt.
[F] Dan kan men wel [C] vinden, zoiets gebeurt wel [Am] vaker, [G] iedereen heeft zo'n [C] herinnering.
[F] Die kreet zal wel [Gb] terecht zijn, [A] het zal je niet [D] veel helpen, misschien als ik [G] dit zing.
[Ab] _ [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Eb] je [Ab] mij [Db] niet [Ab] meer.
[Db] Door je traan heen zul [Ab] jij weer lachen, [Db] net zoals [Gb] die [Ab]
[Db] laatste keer.
[Ab] En al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt nooit, [Fm] [Bb] nooit [Eb] meer [A] terug.
[Ab] _ [Db] Ach, Margrietje, de [Gb] rozen [Ab] zullen bloeien, [Db] ook al zie [Ab] je mij [Db] niet meer.
En [Ab] al denk je, dat [Db] komt nooit meer, dat [Bb] komt [Fm] nooit, nee, [G] nooit meer [A] terug.
_ [Ab] [Db] Ach, Margrietje, de rozen [Ab] zullen bloeien_
[Ab] _ _ [Db] _ _ [Ab] _ _ [Db] _